Punctuation

De punt

In het Nederlands worden punten op dezelfde manier gebruikt als in het Engels. Ze markeren altijd het einde van zinnen en het gebruik van punten in teksten is verplicht. Zonder punten zouden zinnen niet leesbaar zijn en zou de tekst geen structuur hebben.

In de meeste gevallen, en ook in het Engels, zijn zinnen niet langer dan twee regels, vergeleken met andere talen waar zinnen tot drie of vier regels kunnen duren met een structuur die meestal door komma's wordt gescheiden. Wanneer de zin is gemarkeerd met een punt, moet de volgende zin beginnen met een hoofdletter:

De laatste tijd werd er veel wijn gedronken. Toen Willem aankwam vertelde hij dat in een periode van twee weken er twintig flessen werden leeg gedronken, iedereen was verbaasd. Later keek Klaas naar de bonnen van de afgelopen maand.

Afkortingen hebben in veel gevallen een toevoeging van punten:

Dat wil zeggen → d.w.z.
Doctorandus → drs.

Wanneer een zin eindigt in een afkorting met een punt, mag er geen extra punt worden opgenomen:

Dit doet mij denken aan salsa, tango, merengue, etc. Af en toe gaan we naar de dansschool.

Aan het einde van titels behorende bij artikelen, hoofdstukken, alinea's etc. is geen punt nodig. Zelfs als de titel uit een langere zin bestaat.

Wanneer grote getallen worden beschreven, worden periodes gebruikt om elke groep van drie getallen te scheiden:

1.000.000
6.870.550.200

De komma

In veel gevallen is het nodig om een ​​komma aan zinnen toe te voegen om ze structuur te geven. Hier eindigt een zin binnen een zin en dan is er nog één:

De bekers zijn heel mooi, de grotere beker zelfs mooier.

In sommige gevallen kan een komma de definitie van de betekenis van een zin veranderen:

Dit is de sterkste koffie met een beetje suiker.
Dit is de sterkste koffie, met een beetje suiker is hij niet zo bitter.

Een belangrijke regel voor het gebruik van een komma binnen een zin is om er rekening mee te houden dat op het moment dat de komma wordt geplaatst, er een kleine pauze wordt ingelast tijdens het lezen of spreken. Als je twijfelt tijdens het schrijven, is het beter om geen komma's te plaatsen in plaats van komma's te gebruiken waar ze niet zouden moeten staan. Komma's moeten of kunnen worden gebruikt tussen subonderdelen:

Hoewel zij blind is, willen ze dat zij meegaat

Ze moeten worden opgenomen tussen zelfstandige naamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden in opsommingen:

Ik heb het over stoelen, kasten, tafels en deuren
We willen alleen de rode, groene en de oranje schriften.

Na zinnen met een komma begint de volgende zin nooit met een hoofdletter, zoals wanneer de zinnen met een punt worden aangeduid. Met uitzondering van kaarten, brieven, mails, enz., hier begint na de aanspreking die eindigt met een komma de volgende zin met een hoofdletter:

Geachte meneer van Duijn,
Hierbij wil ik u laten weten dat op donderdag 10 januari de vergadering plaatsvindt.

In cijfers worden altijd komma's gebruikt om decimalen aan te geven

$44,50
1.230.798,506

De dubbele punt

De dubbele punt in het Nederlands wordt gebruikt voor opsommingen:

Toen we aankwamen zagen we dat er dingen ontbraken: het brood, het beleg en vlees.

In de meeste gevallen worden ze gebruikt om iets te beschrijven of uit te leggen:

Dit gaat om het volgende: drie jonge kinderen en een verpleger.

Dubbele punten worden gebruikt om een ​​directe toespraak te citeren:

Toen ze in het park aankwamen zeiden ze: ‘’laat de eenden met rust.’’

De puntkomma

Puntkomma's worden op dezelfde manier gebruikt als dubbele punten. Ze worden gebruikt om zinnen te scheiden zonder de sterke verbindingen tussen de twee zinnen te verliezen. De functie is vergelijkbaar met het gebruik van komma's:

De kinderen spelen vaak buiten; we wachten vol vreugde op de zomer.

Het aanhalingsteken

Aanhalingstekens worden in het Nederlands in verschillende vormen gebruikt. Er is de klassieke vorm:

„Binnekort zullen we het feest aankondigen”

In de meeste gevallen worden normale aanhalingstekens gebruikt:

”Binnekort zullen we het feest aankondigen”

Als de geschreven speech wordt onderbroken door bijvoorbeeld ''zei hij'', eindigt de geciteerde zin met een aanhalingsteken en wordt de volgende zin geopend met een nieuw aanhalingsteken:

”Goedemiddag iedereen!” zei de burgemeester, ”Ik ben blij om jullie hier te zien.”

Wanneer binnen de geciteerde zin een andere zin wordt geciteerd, moeten enkelvoudige aanhalingstekens worden gebruikt:

De jongens vertelde: ‘’oma zei altijd ‘maak zelf je kleren schoon’ toen we laat aankwamen.’’

De apostrof

In sommige gevallen geven Nederlandse apostrofs aan dat een groep letters wordt overgeslagen binnen een gereduceerd woord, wat soms optioneel is maar ook verplicht kan zijn. Dit kan gebeuren aan het begin van woorden:

Een → ‘n; Ik zag ‘n vogel.
Het → ‘t; Dit is ’t schip.
Eens → ‘ns; Kom ‘ns!

Ze verschijnen ook in het midden van woorden:

Mijn → m’n; Dat is m’n mobiel.
Zijn → z’n; Kijk naar z’n pols

Ze worden ook heel vaak gebruikt bij samentrekkingen;

Zo een → zo’n; Ik wil ook zo’n huis

Zoals eerder vermeld, zijn apostrofs gebruikelijk voor woorden in meervoud met klinkeruitgangen. Als een woord op een klinker eindigt, wordt een apostrof + -s gebruikt:

Foto → foto’s

In sommige gevallen wordt een apostrof gebruikt voor genitiefgevallen wanneer een zelfstandig naamwoord eindigt op een klinker en wanneer het zelfstandig naamwoord eindigt op -s , gaat de apostrof na de -s :

Emma’s opa
Guus’ ouders

In zinnen die beginnen met een woord met een apostrof, heeft het tweede woord een hoofdletter in plaats van de eerste:

‘n Schaap zal nooit ontsnappen.

Zoals eerder gezegd, hebben afgekorte letterwoorden een apostrof in hun meervoudsvormen en verkleinvormen:

PDF’s
Sms’je

De puntkomma

De ellips in het Nederlands wordt gebruikt om ons te laten weten dat een deel van een zin of woord is weggelaten:

De laatste tijd zijn wij bang geweest, dus…
Kijk maar in de spie…

Ze worden gebruikt om een ​​korte pauze tussen woorden in een zin aan te geven:

Wat toen ontbrak … het podium.

Ze worden ook gebruikt om opsommingen te hervatten:

We keken naar de dieren: apen, beren, leeuwen, tijgers…