×

We gebruiken cookies om LingQ beter te maken. Als u de website bezoekt, gaat u akkoord met onze cookiebeleid.

image

Short Stories In Dutch For Beginners, De Gekke Loempia - Hoofdstuk 4 – De terugkeer

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 4 – De terugkeer

Hoofdstuk 4 – De terugkeer

De man en ik praten weinig tijdens de rit naar Amsterdam. Ik zeg niet dat ik zijn zoon misschien ken. Eindelijk arriveert de vrachtwagen van De Gekke Loempia. De chauffeur zet de motor af. De oude man en ik stappen via de achterdeur uit. De oude man verstopt zich tussen de mensen op straat. Ik bedank de chauffeur.

‘Graag gedaan', zegt hij. ‘Heb een fijne dag!'

Ik draai me om. De oude man kijkt naar het restaurant. Eindelijk zijn we bij De Gekke Loempia. We gaan allebei naar binnen. Er is niemand. Het is drie uur ‘s middags. Het is nog te vroeg voor het avondeten.

‘Wat wilt u gaan doen?', vraag ik de man.

‘Ik heb geen honger', antwoordt hij. ‘Ik wil naar de flat van mijn zoon. Wilt u met me meegaan?'

‘Jazeker', antwoord ik.

De oude man heeft het adres van Arnoud. We nemen zonder te praten bus 35. Dan lopen we naar de flat van Arnoud. Hij weet nog steeds niet dat Arnoud mijn vriend is. Arnoud spreekt niet vaak over zijn vader. Ik weet dat Arnoud en de man elkaar nooit hebben ontmoet.

Op dit moment weet ik niet wat het beste is. Moet ik de man vertellen dat ik Arnoud ken? Of kan ik dat beter niet doen? Tenslotte neem ik een beslissing. Ik zeg niets. Ik wil dat de ontmoeting een grote verrassing is.

We komen bij de flat aan en lopen door de vooringang.

‘Goedemiddag!', zegt de receptionist.

‘Goedemiddag', antwoorden we.

De oude man gaat naar de receptionist. Hij wil het huisnummer van de flat van Arnoud vragen.

‘Laat mij dat maar doen,' zeg ik.

We nemen de lift naar de derde verdieping. We stappen uit. We lopen naar de deur van de flat.

‘Dit is het', zeg ik tegen de oude man.

‘Hoe weet je dat?', vraagt hij.

Ten slotte vertel ik hem alles. Ik zeg hem dat ik Arnoud al jaren ken. Het was gewoon geluk – of het lot – dat hij en ik in dezelfde vrachtwagen zaten. Eerst kan hij het niet geloven! Dan accepteert hij dat het zo moest zijn. Hij kan niet wachten en wil graag zijn zoon zien.

We bellen aan, maar niemand reageert.

‘Julia? Arnoud?', roep ik. ‘Is er iemand?' Alweer antwoordt er niemand. Ik leg uit dat mijn zus en ik in het appartement logeren. Dan pak ik mijn sleutel en open de deur.

‘Waar zijn ze?', vraagt de man.

‘Dat weet ik niet. Maar ze komen vast gauw.'

We gaan de flat in. Ik vind de oplader van mijn mobiele telefoon. De volgende 15 minuten laad ik mijn telefoon op. Daarna bel ik mijn zus. De telefoon van Julia gaat één keer over. Ze neemt snel op.

‘Daniel! Eindelijk! Mam heeft gebeld, maar ik was zo bezorgd!'

‘Hallo, Julia. Maak je geen zorgen. Het gaat goed met me. Ik ben in de flat van Arnoud. Ik heb iemand bij me.'

‘Wie is het?'

‘Nou, dat is een lang verhaal. Kom naar de flat. Waar zijn jullie?'

‘Ik heb vanmorgen met mam gesproken. Ze vertelde me over Maastricht. Arnoud en ik hebben de hele nacht op je gewacht! We zijn even gaan lunchen. We komen eraan!'

‘Oké. We zullen hier op jullie wachten.'

Een half uur later komen Arnoud en Julia in de flat aan. ‘Hallo Daniel! We zijn zo blij om je weer te zien!', zegt Arnoud. Hij draait zich om naar de oude man. ‘En wie bent u?', vraagt hij.

Voordat de man kan antwoorden, zeg ik: ‘Hm … Arnoud, ik moet je iets belangrijks vertellen.'

‘Wat is er aan de hand?', vraagt hij.

‘Arnoud, dit is je vader', zeg ik.

Eerst kijkt Arnoud geschokt. ‘Mijn vader? Dat is onmogelijk!'

De oude man kijkt hem aan. ‘Ben jij Arnoud?', zegt hij.

‘Ja dat ben ik. U kunt onmogelijk mijn vader zijn!', antwoordt Arnoud.

‘Mijn naam is Anton Schuit. En ja, ik ben je vader.'

De man legt alles uit. Arnoud begrijpt snel dat hij echt zijn vader is. Hij geeft de man een onhandige knuffel. Na zoveel jaar ontmoeten ze elkaar eindelijk. Beide mannen weten niet precies wat ze moeten doen.

Uiteindelijk glimlacht Arnoud en zegt: ‘Nou … ik geloof dat we dit moeten vieren!'

‘Dat denk ik ook!', zegt Anton, zijn vader.

‘Zullen we naar De Gekke Loempia gaan?', zegt Julia.

Ik kijk Julia aan. Ik ben verbaasd. ‘Nee! Ik wil geen loempia! Ik wil nooit meer een loempia!' Zij kijkt me aan en lacht. ‘Ik wil geen stap in de buurt van dat restaurant zetten!' ga ik door. ‘En ik wil ook heel lang geen voet meer in een bus zetten! Ik wil een pizza!'

Ze barsten allemaal in lachen uit. Een beetje later lach ik ook.

‘Wat een gekke dag!', zeg ik.

‘Ja,' antwoordt Anton. ‘Wat een gekke dag, zeg dat wel!'

Hoofdstuk 4 Overzicht

Samenvatting

Daniel en de oude man komen in Amsterdam aan. Ze gaan naar het restaurant De Gekke Loempia. Er is niemand, omdat het nog vroeg is. Daarna gaan ze naar de flat van Arnoud. Daar is ook niemand. Daniel laadt zijn telefoon op. Hij belt Julia. Ze is met Arnoud in de stad. Julia en Arnoud komen terug naar de flat. Daniel introduceert Arnoud aan zijn vader. Ze besluiten dit te gaan vieren met een diner. Maar Daniel wil geen loempia, hij wil pizza.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 4 – De terugkeer |||||возвращение |||||le retour Die|Verrückte|Frühlingsrolle|Kapitel||Rückkehr |Crazy|spring roll|Chapter 1||The return Der verrückte Coup - Kapitel 4 - Die Rückkehr The crazy spring roll - Chapter 4 - The return El Golpe de Estado - Capítulo 4 - El regreso Le coup d'État fou - Chapitre 4 - Le retour Il colpo di stato - Capitolo 4 - Il ritorno Szalony zamach stanu - Rozdział 4 - Powrót O golpe louco - Capítulo 4 - O regresso Безумный переворот - Глава 4 - Возвращение Den galna kuppen - Kapitel 4 - Återkomsten Çılgın Darbe - Bölüm 4 - Dönüş Божевільний переворот - Розділ 4 - Повернення 疯狂春卷第四章回归 疯狂政变》 - 第 4 章 - 回归

**Hoofdstuk 4 – De terugkeer** ||возвращение Chapter||The return Chapter 4 - The return 第 4 章 – 回归

De man en ik praten weinig tijdens de rit naar Amsterdam. ||||||||Fahrt|| |||||little|during||ride|| The husband and I talk little during the drive to Amsterdam. Saya dan pria itu tidak banyak berbicara selama perjalanan ke Amsterdam. Мы с ним мало разговариваем во время поездки в Амстердам. 在开车去阿姆斯特丹的路上,我和那个男人没怎么说话。 Ik zeg niet dat ik zijn zoon misschien ken. ||не|||||| |say|||||son|maybe| I'm not saying I might know his son. Я не говорю, что могу знать его сына. Eindelijk arriveert de vrachtwagen van De Gekke Loempia. Наконец-то|прибывает|||||| |arrive|||||| Finally|arrives||truck|||Crazy| |ankommt|||||| Finally, the truck from The Crazy Spring Roll arrives. Akhirnya, truk dari The Crazy Spring Roll tiba. Наконец, прибывает грузовик с "Безумным спринг-роллом". 来自 De Gekke Loempia 的卡车终于抵达。 De chauffeur zet de motor af. ||выключает||| |driver|turns||engine| The driver turns off the engine. Pengemudi mematikan mesin. Водитель выключает двигатель. 司机关闭发动机。 De oude man en ik stappen via de achterdeur uit. |||||выходим|через||| |old|||||through||back door| The old man and I step out through the back door. Saya dan orang tua itu melangkah keluar melalui pintu belakang. Мы со стариком выходим через заднюю дверь. De oude man verstopt zich tussen de mensen op straat. the|||прячется|||||| |||versteckt sich|||||| The|||hides||||||street The old man hides among the people on the street. Pria tua itu bersembunyi di antara orang-orang di jalan. Старик прячется среди людей на улице. Ik bedank de chauffeur. |thank|| I thank the driver. Я благодарю водителя.

‘Graag gedaan', zegt hij. 'You're welcome,' he says. Не за что, - говорит он. ‘Heb een fijne dag!' ||nice| |мати|| "Have a great day! "Хорошего дня! '祝你今天过得愉快!'

Ik draai me om. |поворачиваюсь|| |drehe|| I|I turn around.|me| I turn around. Aku berbalik. Я поворачиваюсь. 我转身。 De oude man kijkt naar het restaurant. The old man looks at the restaurant. Старик смотрит на ресторан. 老人看着餐厅。 Eindelijk zijn we bij De Gekke Loempia. Endlich|||||| Finally|||||| Finally, we got to The Crazy Spring Roll. Наконец, мы добрались до "Сумасшедшего спринг-ролла". 最后我们到达了 De Gekke Loempia。 We gaan allebei naar binnen. ||both|| We both go in. Мы оба заходим внутрь. 我们俩都进去了。 Er is niemand. There is no one. Никого нет. Het is drie uur ‘s middags. ||three o'clock||| It is three o'clock in the afternoon. Сейчас три часа дня. Het is nog te vroeg voor het avondeten. |||||||ужин ||||too early|||dinner It is still too early for dinner. Для ужина еще слишком рано.

‘Wat wilt u gaan doen?', vraag ik de man. |||идти||||| ||||||||the man "What do you want to do?", I ask the man. Что вы хотите сделать?" - спрашиваю я мужчину. “你想做什么?”我问那个男人。

‘Ik heb geen honger', antwoordt hij. 'I'm not hungry,' he replied. Я не голоден, - отвечает он. “我不饿,”他回答。 ‘Ik wil naar de flat van mijn zoon. Я||||||| |want|||apartment||| 'I want to go to my son's apartment. Я хочу поехать в квартиру сына. Wilt u met me meegaan?' ||||mitkommen |||me|come along Would you like to come with me? Не хотите пойти со мной? 你想跟着我一起去吗?'

‘Jazeker', antwoord ik. certainly|| 'Yes indeed,' I reply.

De oude man heeft het adres van Arnoud. |||||address|| The old man has Arnoud's address. We nemen zonder te praten bus 35. ||без||| ||ohne||| |take|without||| Without talking, we take bus 35. Мы без разговоров садимся в автобус № 35. 我们没有说话就坐35路公交车。 Dan lopen we naar de flat van Arnoud. Then we walk to Arnoud's apartment. Затем мы идем в квартиру Арнуда. Hij weet nog steeds niet dat Arnoud mijn vriend is. |||по-прежнему|||||| |||still|||||| He still doesn't know that Arnoud is my friend. Он до сих пор не знает, что Арнуд - мой друг. Arnoud spreekt niet vaak over zijn vader. |talks||often|about|his| Arnoud doesn't often talk about his father. Арнуд не часто говорит о своем отце. 阿努德并不经常谈论他的父亲。 Ik weet dat Arnoud en de man elkaar nooit hebben ontmoet. |||Arnoud||||each other|never|| I know Arnoud and the man never met. Я знаю, что Арнуд и этот человек никогда не встречались. 我知道阿努德和那个人从未见过面。

Op dit moment weet ik niet wat het beste is. ||||||what||best| Right now, I don't know what's best. Saat ini, saya tidak tahu apa yang terbaik. Сейчас я не знаю, что лучше. 此时我不知道什么是最好的。 Moet ik de man vertellen dat ik Arnoud ken? ||||tell|||| Should I tell the man that I know Arnoud? Haruskah saya memberi tahu orang yang saya kenal, Arnoud? Должен ли я сказать этому человеку, что знаю Арнуда? Of kan ik dat beter niet doen? of that|||||| Or is it better not to do that? Atau lebih baik tidak melakukannya? Или лучше этого не делать? Tenslotte neem ik een beslissing. ||||решение Schließlich||||Entscheidung Finally||||decision Finally, I make a decision. Akhirnya, saya membuat keputusan. Наконец, я принимаю решение. Ik zeg niets. I'm not saying anything. Aku tidak mengatakan apa-apa. Я ничего не говорю. Ik wil dat de ontmoeting een grote verrassing is. ||||встреча|||| ||||la rencontre|||| ||||meeting||big|surprise| ||||das Treffen|||| I want the meeting to be a big surprise. Saya ingin pertemuan tersebut menjadi sebuah kejutan besar. Я хочу, чтобы встреча стала большой неожиданностью. 我希望这次会议能给大家带来很大的惊喜。

We komen bij de flat aan en lopen door de vooringang. ||||||||||передний вход ||||||||||entrée principale ||||||||through||front entrance ||||||||||Vordereingang We arrive at the apartment and walk through the front entrance. Мы подъезжаем к квартире и заходим через входную дверь. 我们到达公寓并穿过前门。

‘Goedemiddag!', zegt de receptionist. |||рецепционист |||réceptionniste Good afternoon|||"receptionist" |||Rezeptionist "Good afternoon!" says the receptionist. ‘Добрый день!', говорит receptionist.

‘Goedemiddag', antwoorden we. |отвечаем| |answers| 'Good afternoon,' we reply.

De oude man gaat naar de receptionist. ||||||the receptionist The old man goes to the receptionist. Pria tua itu pergi ke resepsionis. Hij wil het huisnummer van de flat van Arnoud vragen. |||numéro de maison|||||| |||house number|||||| |||Hausnummer|||||| He wants to ask for the house number of Arnoud's apartment. Dia ingin menanyakan nomor rumah flat Arnoud.

‘Laat mij dat maar doen,' zeg ik. |||but||| 'Let me do that,' I say. Позвольте мне это сделать, - говорю я. “让我来做吧,”我说。

We nemen de lift naar de derde verdieping. |||лифт||||этаж ||||||dritten|Stockwerk |||elevator|||third|third floor We take the elevator to the third floor. Kami naik lift ke lantai tiga. Мы поднимаемся на лифте на третий этаж. We stappen uit. |We get out.| We get off. Мы выходим. Dışarı çıkıyoruz. We lopen naar de deur van de flat. ||||door||| We walk to the door of the apartment. Dairenin kapısına kadar yürüdük.

‘Dit is het', zeg ik tegen de oude man. 'This is it,' I say to the old man. 'Ini dia,' kata saya kepada orang tua itu. Вот и все, - говорю я старику. Yaşlı adama 'İşte bu,' dedim.

‘Hoe weet je dat?', vraagt hij. "How do you know?" he asks. 'Bagaimana Anda tahu?" tanyanya. Откуда вы знаете?" - спрашивает он. "Nereden biliyorsun?" diye sorar.

Ten slotte vertel ik hem alles. |наконец|||| zehn|schließlich|||| then|slots|tell||| Finally, I tell him everything. Наконец, я все ему рассказала. Sonunda ona her şeyi anlattım. Ik zeg hem dat ik Arnoud al jaren ken. ||||||already|years| I tell him that I have known Arnoud for years. Я говорю ему, что знаю Арнуда уже много лет. Ona Arnoud'u yıllardır tanıdığımı söyledim. 我告诉他我认识阿努德很多年了。 Het was gewoon geluk – of het lot – dat hij en ik in dezelfde vrachtwagen zaten. |||счастье|||судьба||||||||находились ||||||le destin|||||||| ||just|luck||it|fate||||I|||truck|were sitting Es war reines Glück - oder Schicksal - dass er und ich im selben Lkw saßen. It was just luck - or fate - that he and I were in the same truck. Hanya keberuntungan - atau takdir - bahwa dia dan saya berada di truk yang sama. Это была просто удача - или судьба, - что мы с ним оказались в одном грузовике. O ve benim aynı kamyonda olmamız sadece şanstı - ya da kaderdi. 他和我在同一辆卡车上,这只是运气——或者说是命运。 Eerst kan hij het niet geloven! First|||||believe At first he can't believe it! Pada awalnya, dia tidak percaya! Сначала он не может в это поверить! İlk başta, buna inanamıyor! 一开始他简直不敢相信! Dan accepteert hij dat het zo moest zijn. |accepte|||||| |accepts|||||had to| |akzeptiert|||||| Then he accepts that it had to be that way. Kemudian dia menerima bahwa memang harus seperti itu. Потом он понял, что так и должно быть. O zaman böyle olması gerektiğini kabul eder. 然后他承认事情必须是这样的。 Hij kan niet wachten en wil graag zijn zoon zien. He|||wait||||||see He can't wait and is eager to see his son. Он не может дождаться и с нетерпением ждет встречи с сыном. Sabırsızlanıyor ve oğlunu görmek için sabırsızlanıyor. 他等不及了,想见见他的儿子。

We bellen aan, maar niemand reageert. |||||responds We ring the bell, but no one answers. Мы звоним в колокольчик, но никто не отзывается. Zili çalıyoruz ama kimse cevap vermiyor.

‘Julia? 'Julia? Arnoud?', roep ik. |rufe ich| |call out| Arnoud?", I call out. ‘Is er iemand?' Alweer antwoordt er niemand. |||Once again||| Ist da jemand? Wieder antwortet niemand. "Is anyone there? Again, no one answers. "Apakah ada orang di sana?" Sekali lagi, tidak ada yang menjawab. "Есть кто-нибудь?" И снова никто не отвечает. "Orada kimse var mı? Yine kimse cevap vermiyor. Ik leg uit dat mijn zus en ik in het appartement logeren. ||||||||||квартире|остаемся в |||||||||||séjournons I|explain|out||||||||apartment|are staying |||||||||||wohnen Ich erkläre, dass meine Schwester und ich in der Wohnung wohnen. I explain that my sister and I are staying in the apartment. Saya menjelaskan bahwa saya dan saudara perempuan saya tinggal di flat. Я объясняю, что мы с сестрой живем в этой квартире. Kız kardeşim ve benim dairede kaldığımızı açıkladım. 我解释说我和姐姐住在公寓里。 Dan pak ik mijn sleutel en open de deur. ||||ключ|||| ||||clé|||| |grab|||key||open|| Then I grab my key and open the door. Затем я беру ключ и открываю дверь. Sonra anahtarımı aldım ve kapıyı açtım.

‘Waar zijn ze?', vraagt de man. "Where are they?" the man asks. Где они?" - спрашивает мужчина. “他们在哪儿?”男人问道。

‘Dat weet ik niet. 'I don't know. Я не знаю. Maar ze komen vast gauw.' |||наверняка|скоро |||bestimmt|bald |||surely|soon But I'm sure they'll come soon. Tapi mereka pasti akan segera datang. Но они обязательно скоро придут". 但我确信他们很快就会来。

We gaan de flat in. We go into the apartment. Kami memasuki apartemen. Мы входим в квартиру. Daireye giriyoruz. Ik vind de oplader van mijn mobiele telefoon. ||||||мобильного| |||chargeur|||| |||charger|||mobile| |||Ladegerät|||| I find the charger for my cell phone. Saya menemukan pengisi daya ponsel saya. Cep telefonumun şarj aletini buldum. 我找到了我的手机充电器。 De volgende 15 minuten laad ik mijn telefoon op. В течение||||||| |||charge|||| |next||charge|I||| |||lade|||| For the next 15 minutes, I charge my phone. Saya menghabiskan 15 menit berikutnya untuk mengisi daya ponsel saya. Следующие 15 минут я потратил на зарядку телефона. Sonraki 15 dakikayı telefonumu şarj ederek geçirdim. 接下来的 15 分钟我会为手机充电。 Daarna bel ik mijn zus. After that|||| Then I call my sister. Sonra kız kardeşimi aradım. De telefoon van Julia gaat één keer over. |phone|||rings|one time|| Julia's phone rings once. Telepon Julia berdering sekali. Телефон Джулии звонит один раз. Julia'nın telefonu bir kez çaldı. 朱莉娅的电话响了一次。 Ze neemt snel op. |она|| She picks up quickly. Dia mengambilnya dengan cepat. Она быстро берет трубку. Çabuk toparlıyor.

‘Daniel! 'Daniel! Eindelijk! Finally! Finally! Наконец-то! Nihayet! 最后! Mam heeft gebeld, maar ik was zo bezorgd!' ||звонила||||| ||called|||||worried Mom called, but I was so worried! Ibu menelepon, tapi saya sangat khawatir! Annem aradı ama çok endişelendim!' 妈妈打电话来,但我很担心!”

‘Hallo, Julia. Maak je geen zorgen. |||worries Don't worry. Jangan khawatir. Не волнуйтесь. Het gaat goed met me. I'm doing well. Ik ben in de flat van Arnoud. I'm in Arnoud's apartment. Arnoud'un dairesindeyim. Ik heb iemand bij me.' I have someone with me. Ada seseorang yang menemani saya. Со мной кто-то есть. Yanımda biri var. 我有人陪着我。

‘Wie is het?' "Who is it? "Kim o?

‘Nou, dat is een lang verhaal. |||||story 'Well, that's a long story. Bu uzun bir hikaye. Kom naar de flat. Come to the apartment. Datanglah ke flat. Waar zijn jullie?' Where are you guys? Где ты? Neredesin?

‘Ik heb vanmorgen met mam gesproken. ||сегодня утром||| ||this morning||| 'I talked to Mom this morning. 'Saya sudah berbicara dengan ibu pagi ini. Я разговаривала с мамой сегодня утром. “今天早上我和妈妈谈过。 Ze vertelde me over Maastricht. |told||about| She told me about Maastricht. Dia bercerita tentang Maastricht. Bana Maastricht'ten bahsetti. 她告诉我有关马斯特里赫特的事。 Arnoud en ik hebben de hele nacht op je gewacht! ||||||ночь|||ждали |||||||||attendu ||||||night|||waited for you Arnoud and I waited for you all night! Arnoud dan saya menunggu Anda sepanjang malam! Мы с Арнудом ждали вас всю ночь! 我和阿努德等了你一整晚! We zijn even gaan lunchen. ||||пообедать ||for a bit||have lunch We went to lunch for a while. Kami pergi untuk makan siang. Мы пошли на обед. Öğle yemeğine gittik. 我们去吃午饭。 We komen eraan!' ||приходим скоро we||"We're coming!" We're coming! Kami datang! Мы идем! Geliyoruz! 我们来了!'

‘Oké. We zullen hier op jullie wachten.' |will||||wait We will wait for you here. Мы будем ждать вас здесь. Sizi burada bekleyeceğiz. 我们会在这里等你。

Een half uur later komen Arnoud en Julia in de flat aan. |||||||Julia|||| |||||Арнуд|||||| Half an hour later, Arnoud and Julia arrive at the apartment. Setengah jam kemudian, Arnoud dan Julia tiba di apartemen. Через полчаса Арну и Джулия приезжают в квартиру. Yarım saat sonra, Arnoud ve Julia daireye gelirler. ‘Hallo Daniel! 'Hello Daniel! Merhaba Daniel! We zijn zo blij om je weer te zien!', zegt Arnoud. ||||||||||Arnoud said We are so happy to see you again!" said Arnoud. Kami sangat senang bertemu dengan Anda lagi!" kata Arnoud. Мы так рады видеть вас снова!" - говорит Арнуд. Sizi tekrar gördüğümüz için çok mutluyuz!" diyor Arnoud. Hij draait zich om naar de oude man. |поворачивается|||||| |turns|||||| He turns to the old man. Dia menoleh ke arah pria tua itu. Он поворачивается к старику. Yaşlı adama döner. 他转向老人。 ‘En wie bent u?', vraagt hij. |who|||| "And who are you?" he asks. А кто вы?" - спрашивает он.

Voordat de man kan antwoorden, zeg ik: ‘Hm … Arnoud, ik moet je iets belangrijks vertellen.' |||||||||||||важное| |||||||||||||important| "Before"|||||||||||||important| |||||||||||||Wichtiges| Before the man can answer, I say, "Hm ... Arnoud, I need to tell you something important. Прежде чем мужчина успел ответить, я говорю: "Хм... Арнуд, мне нужно сказать тебе кое-что важное". Adam cevap vermeden önce, 'Hm... Arnoud, sana önemli bir şey söylemem gerekiyor' dedim.

‘Wat is er aan de hand?', vraagt hij. |||||going on|| "What's going on?" he asks. Что происходит?" - спрашивает он. "Neler oluyor?" diye soruyor.

‘Arnoud, dit is je vader', zeg ik. 'Arnoud, this is your father,' I say.

Eerst kijkt Arnoud geschokt. |||в шоке |||choqué |||shocked |||schockiert At first Arnoud looks shocked. Pada awalnya Arnoud terlihat terkejut. Сначала Арнуд выглядит потрясенным. Arnoud ilk başta şok olmuş görünüyor. 起初阿努德看起来很震惊。 ‘Mijn vader? |father 'My father? Dat is onmogelijk!' ||невозможно ||unmöglich ||That is impossible! That's impossible! Itu tidak mungkin! Это невозможно!

De oude man kijkt hem aan. The old man looks at him. Старик смотрит на него. Yaşlı adam ona bakar. 老者看着他。 ‘Ben jij Arnoud?', zegt hij. are|||| "Are you Arnoud?" he says. Вы Арнуд, - говорит он.

‘Ja dat ben ik. 'Yes I am. U kunt onmogelijk mijn vader zijn!', antwoordt Arnoud. ||"impossible"||||| You can't possibly be my father!" replied Arnoud. Вы не можете быть моим отцом!" - отвечает Арнуд. Sen benim babam olamazsın!" diye cevap verir Arnoud.

‘Mijn naam is Anton Schuit. |||Антон|Шуит ||||Schuit |||Anton|Schuit ||||Schuit 'My name is Anton Schuit. En ja, ik ben je vader.' And yes, I am your father. И да, я твой отец.

De man legt alles uit. ||объясняет|| ||explains|| The man explains everything. Мужчина все объясняет. Adam her şeyi açıklıyor. Arnoud begrijpt snel dat hij echt zijn vader is. |understands||||||| Arnoud quickly understands that he is really his father. Арнуд быстро понимает, что он действительно его отец. Arnoud, onun gerçekten babası olduğunu çabucak anlar. Hij geeft de man een onhandige knuffel. |||||неуклюжий| |||||maladroit| |||||awkward|awkward hug |||||ungeschickte|Umarmung He gives the man an awkward hug. Dia memberikan pelukan yang canggung kepada pria itu. Он неловко обнимает мужчину. Adama garip bir şekilde sarılır. 他给了那个男人一个尴尬的拥抱。 Na zoveel jaar ontmoeten ze elkaar eindelijk. After|so many||meet|||finally After so many years, they finally meet. Спустя столько лет они наконец встречаются. 这么多年之后,他们终于见面了。 Beide mannen weten niet precies wat ze moeten doen. оба|||||||| Both|men||||||| Both men do not know exactly what to do. Оба мужчины не знают, что делать. 两个人都不知道到底该怎么办。

Uiteindelijk glimlacht Arnoud en zegt: ‘Nou … ik geloof dat we dit moeten vieren!' в конце концов||||||||||||отпраздновать eventually|smiles||||||I believe||||must|celebrate Finally Arnoud smiles and says, "Well ... I believe we should celebrate this! Наконец Арну улыбается и говорит: "Что ж... Думаю, нам стоит отпраздновать! 最后,阿努德微笑着说道:“好吧……我想我们应该庆祝一下!”

‘Dat denk ik ook!', zegt Anton, zijn vader. |||||Anton (1)|| "I think so, too!" said Anton, his father. Я тоже так думаю!" - говорит Антон, его отец.

‘Zullen we naar De Gekke Loempia gaan?', zegt Julia. "Shall we go to The Crazy Spring Roll?" said Julia. Пойдем в "Сумасшедший спринг-ролл"?", - говорит Джулия.

Ik kijk Julia aan. I look at Julia. Aku melihat Julia. Я смотрю на Джулию. 我看着朱莉娅。 Ik ben verbaasd. ||überrascht ||I am surprised. I am amazed. Saya kagum. Я поражен. 我很惊讶。 ‘Nee! 'No! Нет! '不! Ik wil geen loempia! I don't want an egg roll! Я не хочу яичный рулет! 我不要蛋卷! Ik wil nooit meer een loempia!' Zij kijkt me aan en lacht. |||||||looks||||laughs I never want another spring roll! She looks at me and laughs. Я больше никогда не хочу спринг-ролл!" Она смотрит на меня и смеется. 我再也不想吃春卷了!她看着我笑了。 ‘Ik wil geen stap in de buurt van dat restaurant zetten!' ga ik door. I|||step|||neighborhood of|||restaurant|step|||continue "I don't want to take a step near that restaurant!" I continue. "Saya tidak ingin melangkah mendekati restoran itu!" lanjut saya. Я и шагу не хочу ступить к этому ресторану!" - продолжаю я. “我不想靠近那家餐厅!”我继续。 ‘En ik wil ook heel lang geen voet meer in een bus zetten! |||||||нога||||| |I||||||foot|||||put 'And I don't want to set foot on a bus for a very long time either! 'Dan saya juga tidak ingin menginjakkan kaki di dalam bus untuk waktu yang lama! И я еще очень долго не хочу садиться в автобус! “而且我很长一段时间都不想再踏上公交车了!” Ik wil een pizza!' |||пиццу |||pizza I want a pizza!

Ze barsten allemaal in lachen uit. |разразились|||| |éclatent|||| They|burst|all||laughter|into |brechen|||| They all burst into laughter. Mereka semua tertawa terbahak-bahak. Все они разразились хохотом. 他们全都笑了起来。 Een beetje later lach ik ook. |||смеюсь|| A|a bit||laugh|| A little later, I laugh, too. Чуть позже я тоже улыбаюсь. 过了一会儿我也笑了。

‘Wat een gekke dag!', zeg ik. |||day|| "What a crazy day!", I say. 'Hari yang gila!", kata saya. "Какой сумасшедший день!", - говорю я. “真是疯狂的一天!”我说。

‘Ja,' antwoordt Anton. "Yes," Anton replied. ‘Wat een gekke dag, zeg dat wel!' 'What a crazy day, say that!' "Что за сумасшедший день, скажите на милость! “真是疯狂的一天,我想说!”

**Hoofdstuk 4 Overzicht** Chapter|Chapter 4 Overview Chapter 4 Overview

**Samenvatting** Summary

Daniel en de oude man komen in Amsterdam aan. Daniel and the old man arrive in Amsterdam. Ze gaan naar het restaurant De Gekke Loempia. |are going||the|||| They go to the restaurant The Crazy Spring Roll. Er is niemand, omdat het nog vroeg is. |||because|||| There is no one there because it is still early. Там никого нет, потому что еще рано. Daarna gaan ze naar de flat van Arnoud. |||||apartment|| Then they go to Arnoud's apartment. Daar is ook niemand. There is no one there either. Daniel laadt zijn telefoon op. |заряжает||| |charge||| |charges||| |lädt||| Daniel charges his phone. Hij belt Julia. |He calls| He calls Julia. Ze is met Arnoud in de stad. She is in town with Arnoud. Она находится в городе вместе с Арнудом. Julia en Arnoud komen terug naar de flat. Julia and Arnoud return to the apartment. Daniel introduceert Arnoud aan zijn vader. |представляет|||| |présente|||| Daniel introduces|introduces|||| |stellt vor|||| Daniel introduces Arnoud to his father. Ze besluiten dit te gaan vieren met een diner. |решают|||||||ужином |decide||||celebrate|||dinner They decide to celebrate with dinner. 他们决定用晚餐来庆祝这一点。 Maar Daniel wil geen loempia, hij wil pizza. |||||||pizza But Daniel doesn't want an egg roll, he wants pizza.