×

We gebruiken cookies om LingQ beter te maken. Als u de website bezoekt, gaat u akkoord met onze cookiebeleid.

image

Short Stories In Dutch For Beginners, De Gekke Loempia - Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen

De Gekke Loempia

Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen

‘Daniel, kom hier!', roept Julia. Ze staat bij de voordeur van het huis.

‘Wat is er, Julia?', antwoord ik.

‘We gaan vandaag naar Nederland! Je bent het toch niet vergeten?'

‘Natuurlijk niet. Ik ben aan het inpakken', roep ik.

Mijn naam is Daniel. Ik ben 24 jaar oud. Julia is mijn zus. Ze is 23. We studeren allebei aan de universiteit. We delen een huis in Londen. Onze ouders heten Arthur en Sara.

Julia en ik maken ons klaar om op reis te gaan. We gaan naar Amsterdam, Nederland. We volgen allebei een studie Nederlands. We kennen de taal al best goed, maar we willen meer leren. Dit komende trimester zijn we uitwisselingsstudent.

Ik ben lang, ongeveer 1,90 m. Ik heb best lang bruin haar. Mijn ogen zijn groen en ik heb een brede mond. Ik ben stevig gebouwd. Mijn benen zijn sterk dankzij veel uren op de tennisbaan. Ik ben ook een zeer goede basketbalspeler. Mijn zus Julia heeft ook bruin haar. Haar haar is langer dan dat van mij. Haar ogen zijn niet groen. Zij heeft bruine ogen zoals mijn vader. Ik heb dezelfde kleur ogen als mijn moeder.

Mijn ouders werken allebei. Mijn vader is elektricien. Hij werkt bij een groot elektrotechnisch bedrijf. Mijn moeder is schrijfster. Ze heeft ook haar eigen bedrijf. Het verkoopt sciencefictionboeken. Mijn ouders zijn echt geweldig. Ze helpen ons altijd om ons doel te bereiken. Ze spreken beiden goed Nederlands. Ze spreken vaak Nederlands tegen ons. Zo kunnen Julia en ik meer oefenen. Ze hebben ons echt aangemoedigd om uitwisselingsstudent te worden. We vertrekken vandaag naar Nederland.

Mijn vader komt mijn kamer binnen. Hij kijkt me verbaasd aan. Waarom? Omdat ik nog niet ben aangekleed. ‘Daniel! Waarom ben je niet aangekleed?', vraagt pa.

‘Aangekleed? Ik ben pas net opgestaan. Ik heb vijf minuten geleden gedoucht. Ik ben nog niet eens droog!'

‘Kom! We hebben niet veel tijd. Ik wil je naar de luchthaven brengen. Maar ik moet ook naar mijn werk.'

‘Maak je geen zorgen, pa. Ik kleed me nu aan.'

‘Waar is je zus?'

‘Ze is in haar kamer.'

Mijn vader gaat de kamer van mijn zus binnen. Hij wil met haar praten. Hij komt binnen en Julia kijkt hem aan. ‘Oh, hallo pa. Is er iets?', vraagt Julia.

‘Ja. Je broer kleedt zich nu aan. Dus geef ik dit aan jou. Alsjeblieft.' Mijn vader geeft Julia een stapeltje bankbiljetten. ‘Dit is voor jullie beiden.'

Julia is verbaasd. ‘Pa!' Dit is veel geld!, zegt ze.

‘Je moeder en ik hebben dit geld gespaard. We willen een deel van jullie reis naar Nederland betalen.'

‘Bedankt pa!', zegt mijn zus. ‘Het zal ons goed helpen. Ik ga het Daniel vertellen!'

Julia wil naar mij toe gaan. Ze loopt bijna tegen me op. Zij en pa hebben niet gemerkt dat ik binnenkwam. Mijn vader ziet mij. ‘Oh Daniel, je bent er!', zegt hij. ‘En je bent aangekleed! Fantastisch!' Mijn vader wijst naar het geld. ‘Dat geld is voor jullie tweeën. Het is voor de reis.'

‘Bedankt pa. Het zal echt helpen', antwoord ik. Julia glimlacht.

‘Nu moeten we ons snel klaarmaken', zegt pa. ‘We moeten naar de luchthaven! Kom!'

Nadat we hebben gegeten, vertrekken we. We gaan met de auto van mam op weg naar de luchthaven. Julia is erg nerveus. ‘Julia', zegt mam. ‘Is alles in orde?'

‘Ik ben erg nerveus', antwoordt Julia.

‘Waarom?'

‘Ik ken niemand in Nederland. Ik ken dan alleen Daniel.'

‘Maak je geen zorgen', antwoordt mam. ‘Er zijn veel aardige mensen in Amsterdam. Vooral Arnoud de vriend van Daniel.'

‘Ja, mam. Ik weet zeker dat je gelijk hebt. Maar ik voel me toch nerveus … wat als er iets gebeurt?'

‘Het komt wel goed', zegt vader.

Op de luchthaven zijn veel mensen aan het inchecken. Veel van hen reizen voor hun werk. Sommigen reizen voor hun plezier. Ik loop naar Julia. Dan vraag ik: ‘Ben je nu wat meer ontspannen?'

‘Ja, Daniel. In de auto was ik erg nerveus.'

‘Ja, dat weet ik. Alles komt in orde. Mijn vriend Arnoud is erg aardig. Hij helpt vaak uitwisselingsstudenten zoals wij.'

Onze ouders geven ons een warme knuffel. Als Julia en ik vertrekken, zwaaien we elkaar gedag. ‘We houden van jullie allebei!' roepen ze. Dat is het laatste wat we horen. Een uur later stijgt ons vliegtuig op. We zijn op weg naar Amsterdam!

Hoofdstuk 1 Overzicht

Samenvatting

Daniel en Julia zijn student. Ze wonen in Londen. Ze studeren Nederlands aan de universiteit. Ze gaan vandaag naar Nederland. Zij gaan als uitwisselingsstudent naar Amsterdam. Hun ouders brengen ze naar de luchthaven. Julia is in de auto erg nerveus. Op de luchthaven wordt ze weer rustig. Zij en Daniel vertrekken naar Nederland.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

De Gekke Loempia - Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen این|دیوانه|لامپیا|فصل|آماده‌سازی‌ها 这个|疯狂的|春卷|章节|准备 Дурний|Ломпіа|Ломпіа|Розділ|Підготовка Der|Verrückte|Frühlingsrolle|Kapitel|Vorbereitungen The|Crazy|Spring roll|Chapter|Preparations O|Louco|Primavera|Capítulo|Preparações ال|مجنون|لفافة|فصل|تحضيرات a|nebunul|loempia|capitolul|pregătiri 그|미친|롬피아|장|준비 de||||Voorbereidingen |Gekke|Loempia|Rozdział(1)| 这个|疯狂的|春卷|章节|准备 The|Crazy|Spring Roll|Chapter|Preparations (артикль)|Сумасшедшая|Ломпия|Глава|Подготовка el|loco|rollito|capítulo|preparativos |Ludi|Lumpija|Poglavlje|Pripreme Le|Fou|Printemps|Chapitre|Préparations il|pazzo|loempia|capitolo|preparativi The crazy spring roll - Chapter 1 - Preparations 狂気の春巻き-第1章-準備編 Beprotiškas pavasario ritinys - 1 skyrius - Pasiruošimas De Szalona sajgonka - Rozdział 1 - Przygotowania Den galna vårrullen - Kapitel 1 - Förberedelser 疯狂的春卷 - 第 1 章 - 准备工作 A Rolinho Louco - Capítulo 1 – Preparativos Le Gâteau Loumpia - Chapitre 1 – Préparations Çılgın Dürüm - Bölüm 1 – Hazırlıklar Сумасшедшая Люмпия - Глава 1 – Подготовка Die Verrückte Frühlingsrolle - Kapitel 1 – Vorbereitungen Божевільна Ломпіа - Розділ 1 – Підготовка 미친 롬피아 - 1장 - 준비 اللفافة المجنونة - الفصل 1 - التحضيرات 疯狂春卷 - 第1章 - 准备 رول کاغذی دیوانه - فصل ۱ - آماده‌سازی‌ها La Locura de la Lompia - Capítulo 1 – Preparativos Rulota Nebună - Capitolul 1 – Pregătiri 疯狂春卷 - 第一章 - 准备工作 La Frittata Pazza - Capitolo 1 – Preparativi

**De Gekke Loempia** این|دیوانه|لامپیا 这个|疯狂的|春卷 The|Crazy|Spring Roll Der|Verrückte|Frühlingsrolle The|Crazy|Spring Roll O|Louco|Rolinho primavera ال|مجنون|لفافة a|nebunul|loempia 그|미친|롬피아 |Gekke| 这个|疯狂的|春卷 The|Crazy|Spring Roll (артикль)|Сумасшедшая|Лумпия el|loco|rollito Le|Fou|Rouleau de printemps il|pazzo|loempia The crazy spring roll 疯狂的春卷 A Rolinho Louco Le Gâteau Loumpia Çılgın Dürüm Сумасшедшая Люмпия Die Verrückte Frühlingsrolle Божевільна Ломпіа 미친 롬피아 اللفافة المجنونة 疯狂春卷 رول کاغذی دیوانه La Locura de la Lompia Rulota Nebună 疯狂春卷 La Frittata Pazza

**Hoofdstuk 1 – Voorbereidingen** فصل|آماده‌سازی‌ها 章节|准备 Розділ|Підготовка Kapitel|Vorbereitungen Chapter|Preparations Capítulo|Preparações فصل|تحضيرات capitolul|pregătiri 장|준비 章节|准备 Bölüm|Hazırlıklar Глава|Подготовка capítulo|preparativos Chapitre|Préparations capitolo|preparativi Chapter 1 - Preparations Capítulo 1 – Preparativos Chapitre 1 – Préparations Bölüm 1 – Hazırlıklar Глава 1 – Подготовка Kapitel 1 – Vorbereitungen Розділ 1 – Підготовка 1장 - 준비 الفصل 1 - التحضيرات 第1章 - 准备 فصل ۱ - آماده‌سازی‌ها Capítulo 1 – Preparativos Capitolul 1 – Pregătiri 第一章 - 准备工作 Capitolo 1 – Preparativi

‘Daniel, kom hier!', roept Julia. دانیل|بیا|اینجا|صدا می‌زند|جولیا 丹尼尔|来|这里|她叫|朱莉亚 Даніель|прийди|сюди|кличе|Юлія Daniel|komm|hier|ruft|Julia "Daniel, come here!"|"come"|"here"|"calls"|"Julia" Daniel|venha|aqui|grita|Julia دانيال|تعال|هنا|تنادي|جوليا Daniel|vino|aici|strigă|Julia 다니엘|와|여기|부른다|줄리아 丹尼尔|来|这里|她叫|朱莉亚 Daniel|gel|buraya|çağırıyor|Julia Даниэль|приходи|сюда|зовет|Юлия Daniel|ven|aquí|grita|Julia ||ovde||Julija Daniel|viens|ici|crie|Julia Daniel|vieni|qui|chiama|Julia 'Daniel, come here!' Julia calls out. ‘Daniel, venha aqui!', grita Julia. ‘Daniel, viens ici !', crie Julia. ‘Daniel, buraya gel!', diye bağırıyor Julia. ‘Даниэль, иди сюда!', кричит Юлия. ‘Daniel, komm her!', ruft Julia. ‘Даніеле, йди сюди!', кличе Юлія. ‘다니엘, 여기 와!'라고 줄리아가 외친다. "دانيال، تعال هنا!"، تصرخ جوليا. ‘丹尼尔,过来!' 朱莉亚喊道。 «دانیل، بیا اینجا!»، جولیا فریاد می‌زند. ‘¡Daniel, ven aquí!', grita Julia. ‘Daniel, vino aici!', strigă Julia. ‘丹尼尔,过来!' 朱莉亚喊道。 ‘Daniel, vieni qui!', grida Julia. Ze staat bij de voordeur van het huis. او|ایستاده است|کنار|در|ورودی|از|خانه|خانه 她|站|在|这个|前门|的|这个|房子 Вона|стоїть|біля|артикль|вхідних дверей|від|артикль|будинку Sie|steht|an|die|Haustür|von|das|Haus She|is standing|at|the|front door|of the|the|house Ela|está|na|da|porta da frente|de|o|casa هي|تقف|عند|ال|الباب الأمامي|من|ال|المنزل ea|stă|lângă|de|ușă|a|casa|casa 그녀는|서 있다|~에|그|현관|~의|그|집 |||||||dom 她|站|在|这个|前门|的|这个|房子 O|duruyor|yanında|belirli artikel|ön kapı|-nın|belirli artikel|ev Она|стоит|у|артикль|входной двери|от|артикль|дом ella|está|junto a|la|puerta principal|de|la|casa ||||ulazna vrata|||kuća Elle|est|près de|de|porte d'entrée|de|le|maison lei|sta|presso|la|porta d'ingresso|di|la|casa She is standing at the front door of the house. Ela está na porta da frente da casa. Elle se tient devant la porte d'entrée de la maison. Evimin kapısında duruyor. Она стоит у входной двери дома. Sie steht an der Haustür. Вона стоїть біля вхідних дверей будинку. 그녀는 집의 현관에 서 있다. إنها واقفة عند الباب الأمامي للمنزل. 她站在房子的前门口。 او در درب ورودی خانه ایستاده است. Ella está en la puerta de entrada de la casa. Ea stă la ușa din față a casei. 她站在房子的前门口。 È davanti alla porta d'ingresso della casa.

‘Wat is er, Julia?', antwoord ik. چه|است|آنجا|جولیا|پاسخ می‌دهم|من 什么|是|有|朱莉亚|回答|我 Що|є|там|Юлія|відповідаю|я Was|ist|los|Julia|antworte|ich "What"|"is"|it|Julia|I answer|I O que|é|há|Julia|respondo|eu ماذا|هو|هناك|جوليا|أجيب|أنا ce|este|acolo|Julia|răspund|eu 무엇이|~이다|거기|줄리아|대답하다|나는 什么|是|有|朱莉娅|回答|我 Ne|var|orada|Julia|cevap|ben Что|есть|там|Юлия|отвечаю|я qué|es|hay|Julia|respondo|yo ||||odgovaram| Qu'est-ce que|est|il y|Julia|réponds|je cosa|è|c'è|Julia|rispondo|io 'What's wrong, Julia?' I answer. Kas yra, Julija, - atsakau. ‘O que há, Julia?', respondo. ‘Qu'est-ce qu'il y a, Julia?', réponds-je. ‘Ne var, Julia?', diye cevap veriyorum. ‘Что случилось, Джулия?', отвечаю я. ‘Was ist los, Julia?', antworte ich. ‘Що сталося, Джулія?', відповідаю я. ‘무슨 일이야, 줄리아?' 내가 대답한다. ‘ماذا هناك، جوليا؟' أجيب. ‘怎么了,朱莉亚?'我回答。 ‘چه خبر است، جولیا؟' پاسخ می‌دهم. ‘¿Qué pasa, Julia?', respondo. ‘Ce s-a întâmplat, Julia?', răspund eu. ‘怎么了,朱莉娅?'我回答。 ‘Cosa c'è, Julia?', rispondo.

‘We gaan vandaag naar Nederland! ما|می‌رویم|امروز|به|هلند 我们|去|今天|到|荷兰 Ми|йдемо|сьогодні|до|Нідерланди Wir|gehen|heute|nach|Niederlande we|are going|today|to|the Netherlands Nós|vamos|hoje|para|Países Baixos نحن|نذهب|اليوم|إلى|هولندا noi|mergem|astăzi|în|Olanda 우리는|가다|오늘|~로|네덜란드 我们|去|今天|到|荷兰 Biz|gideceğiz|bugün|e|Hollanda Мы|идем|сегодня|в|Нидерланды nosotros|vamos|hoy|a|Países Bajos ||||Holandija Nous|allons|aujourd'hui|vers|Pays-Bas noi|andiamo|oggi|in|Olanda 'We are going to Holland today! ‘Nós vamos para a Holanda hoje! ‘Nous allons aujourd'hui aux Pays-Bas! ‘Bugün Hollanda'ya gidiyoruz! ‘Сегодня мы едем в Нидерланды! ‘Wir fahren heute nach Nederland! ‘Сьогодні ми їдемо до Нідерландів! ‘오늘 네덜란드에 가!' ‘سنذهب اليوم إلى هولندا! ‘我们今天要去荷兰! ‘ما امروز به هلند می‌رویم! ‘¡Hoy vamos a los Países Bajos! ‘Mergem astăzi în Olanda! ‘我们今天要去荷兰! ‘Oggi andiamo nei Paesi Bassi! Je bent het toch niet vergeten?' تو|هستی|آن|مگر نه|نه|فراموش کرده‌ای 你|是|这个|还是|不|忘记 Ти|є|це|ж|не|забув Du|bist|es|doch|nicht|vergessen you|are|it|still|not|forgotten Você|é|isso|afinal|não|esqueceu أنت|تكون|ذلك|أليس|لا|نسيت tu|ești|asta|totuși|nu|uitat 너는|~이다|그것을|어쨌든|~아니다|잊다 你|是|这个|不是|不|忘记 Sen|-sin|onu|yine de|değil|unuttun Ты|есть|это|все же|не|забыл tú|estás|lo|de todas formas|no|olvidado |||verzwegen||zaboravio Tu|es|cela|quand même|pas|oublié tu|sei|ciò|però|non|dimenticato You haven't forgotten, have you? Jūs nepamiršote, ar ne? Você não esqueceu, né?' Tu ne l'as pas oublié, n'est-ce pas?' Bunu unuttun mu?' Ты ведь не забыл?' Du hast es doch nicht vergessen?' Ти ж не забув?' ‘너 잊어버린 거 아니지?' أنت لم تنسَ ذلك، أليس كذلك؟' 你可别忘了!' تو که فراموش نکردی؟' ¿No lo has olvidado?' Nu ai uitat, nu-i așa?' 你可别忘了!' Non te lo sei dimenticato, vero?'

‘Natuurlijk niet. البته|نه 当然|不 Звичайно|ні Natürlich|nicht Of course|not Claro|não بالطبع|لا desigur|nu 물론|아니다 当然|不 Elbette|hayır Конечно|нет claro|no Bien sûr|non natuurlijk|niet Of course not. "Žinoma, ne. ‘Claro que não. ‘Bien sûr que non. ‘Tabii ki hayır. ‘Конечно, нет. „Natürlich nicht. ‘Звичайно, ні. ‘물론 아니야. بالطبع لا. 当然不是。 البته که نه. ‘Por supuesto que no. ‘Desigur că nu. ‘当然不是。 ‘Certo che no. Ik ben aan het inpakken', roep ik. من|هستم|در|آن|بسته بندی کردن|فریاد میزنم|من 我|正在|在|这个|打包|我叫|我 Ich|bin|am|das|einpacken|rufe|ich Я|є|в|процесі|упаковки|кличу|я |am|on|the|packing up|shout| Eu|estou|a|o|empacotar|grito|eu أنا|أكون|في|ال|التعبئة|أصرخ|أنا eu|sunt|la|a|împachetat|strig|eu 나|~이다|~에|그것을|짐을 싸다|외치다|나 ||||inpakken|| 我|正在|在|这个|打包|我叫|我 Ben|ben|aan|het|inpakken|çağırıyorum|ben Я|есть|в|процессе|упаковки|кричу|я yo|estoy|en|el|empacando|grito|yo |||||viku| je|suis|en|en|emballer|crie|je ik|ben|aan|het|inpakken|roep|ik I'm packing, I shout. Pakuojuosi, - šūkteliu. 我在打包,"我喊道。 Estou arrumando as malas', grito. Je suis en train de faire mes valises', crie-je. Paket yapıyorum', diye bağırıyorum. Я собираюсь,' кричу я. „Ich packe gerade“, rufe ich. Я пакую речі', кричу я. 나는 짐을 싸고 있어', 내가 외친다. أنا أعبئ الأغراض'، أصرخ. 我在打包,'我喊道。 دارم وسایلم را جمع می‌کنم، فریاد می‌زنم. Estoy empacando', grito. Sunt în proces de împachetare', strig. 我在打包,'我喊道。 Sto facendo le valigie', grido.

Mijn naam is Daniel. نام من|نام|هست|دانیال 我的|名字|是|丹尼尔 Мене|ім'я|є|Даніель Mein|Name|ist|Daniel My|name|is|Daniel Meu|nome|é|Daniel اسمي|اسم|هو|دانيال numele meu|nume|este|Daniel 내|이름|~이다|다니엘 我的|名字|是|丹尼尔 Benim|ad|dir|Daniel Мое|имя|есть|Даниэль mi|nombre|es|Daniel Mon|nom|est|Daniel mijn|naam|is|Daniel My name is Daniel. Meu nome é Daniel. Mon nom est Daniel. Benim adım Daniel. Меня зовут Даниил. „Mein Name ist Daniel. Мене звати Даніель. 내 이름은 다니엘이야. اسمي دانيال. 我的名字是丹尼尔。 نام من دانیل است. Mi nombre es Daniel. Numele meu este Daniel. 我的名字是丹尼尔。 Il mio nome è Daniel. Ik ben 24 jaar oud. من|هستم|سال|سن 我|是|年|大 Ich|bin|Jahre|alt Я|є|років|старий |am|year|old Eu|sou|anos|velho أنا|أكون|سنة|قديم eu|sunt|ani|vechi 나|~이다|년|살이다 我|是|年|大 Ben|24|yıl|yaş Я|есть|лет|стар yo|estoy|años|viejo Je|ai|ans|vieux ik|ben|jaar|oud I am 24 years old. Eu tenho 24 anos. J'ai 24 ans. 24 yaşındayım. Мне 24 года. „Ich bin 24 Jahre alt. Мені 24 роки. 나는 24살이야. عمري 24 عامًا. 我24岁。 من ۲۴ ساله هستم. Tengo 24 años. Am 24 de ani. 我24岁。 Ho 24 anni. Julia is mijn zus. جولیا|است|خواهرم|خواهر Julia|是|我的|姐妹 Юлія|є|моя|сестра Julia|ist|meine|Schwester Julia||my|Julia is my sister. Julia|é|minha|irmã جوليا|هي|أختي|أخت Julia|este|sora mea|soră 줄리아|이다|나의|자매 Julia|是|我的|姐妹 Julia|dir|benim|kız kardeşim Юлия|есть|моя|сестра Julia|es|mi|hermana Julia|est|ma|sœur Giulia|è|mia|sorella Julia is my sister. Julija yra mano sesuo. Julia é minha irmã. Julia est ma sœur. Julia benim kız kardeşim. Юлия - моя сестра. Julia ist meine Schwester. Юлія - моя сестра. 줄리아는 내 여동생이다. جوليا هي أختي. 朱莉娅是我的妹妹。 جولیا خواهر من است. Julia es mi hermana. Julia este sora mea. 朱莉娅是我的妹妹。 Julia è mia sorella. Ze is 23. او|است 她|是 Вона|є Sie|ist She is| Ela|tem هي|هي ea|este 그녀는|이다 她|是 O|dir Она|есть ella|es Elle|a lei|è She is 23. Ela tem 23. Elle a 23 ans. O 23 yaşında. Ей 23 года. Sie ist 23. Їй 23 роки. 그녀는 23세이다. هي في الثالثة والعشرين. 她23岁。 او ۲۳ ساله است. Ella tiene 23 años. Are 23 de ani. 她23岁。 Ha 23 anni. We studeren allebei aan de universiteit. ما|تحصیل می‌کنیم|هر دو|در|دانشگاه|دانشگاه 我们|学习|都|在|这|大学 Ми|навчаємося|обидва|в|університеті|університет Wir|studieren|beide|an|die|Universität we|study|both|at||university Nós|estudamos|ambos|na|a|universidade نحن|ندرس|كلاهما|في|ال|جامعة noi|studiem|amândoi|la|universitate| 우리는|공부하고 있다|둘 다|에|그|대학교 ||oboje||| 我们|学习|都|在|这|大学 Biz|çalışıyoruz|ikimiz de|de|üniversite|üniversite Мы|учимся|оба|в|университете|университет nosotros|estudiamos|ambos|en|la|universidad Nous|étudions|tous les deux|à|l'|université noi|studiamo|entrambi|presso|l'|università We are both studying at university. 我们都在大学学习。 Nós dois estudamos na universidade. Nous étudions tous les deux à l'université. İkimiz de üniversitede okuyuyoruz. Мы обе учимся в университете. Wir studieren beide an der Universität. Ми обидві навчаємось в університеті. 우리는 둘 다 대학에서 공부하고 있다. نحن ندرس في الجامعة. 我们都在大学学习。 ما هر دو در دانشگاه تحصیل می‌کنیم. Ambos estudiamos en la universidad. Amândouă studiem la universitate. 我们都在大学学习。 Entrambi studiamo all'università. We delen een huis in Londen. ما|تقسیم می‌کنیم|یک|خانه|در|لندن 我们|分享|一|房子|在|伦敦 Wir|teilen|ein|Haus|in|London Ми|ділимо|одне|будинок|в|Лондон |share||house|in|London Nós|compartilhamos|uma|casa|em|Londres نحن|نشارك|منزل|منزل|في|لندن noi|împărțim|o|casă|în|Londra 우리는|나누고 있다|하나의|집|에|런던 |dzielimy|||| 我们|分享|一|房子|在|伦敦 Biz|paylaşıyoruz|bir|ev|de|Londra Мы|делим|один|дом|в|Лондоне nosotros|compartimos|una|casa|en|Londres Nous|partageons|une|maison|à|Londres noi|condividiamo|una|casa|a|Londra We share a house in London. 我们在伦敦合租一所房子。 Nós compartilhamos uma casa em Londres. Nous partageons une maison à Londres. Londra'da bir ev paylaşıyoruz. Мы делим дом в Лондоне. Wir teilen ein Haus in London. Ми ділимо будинок у Лондоні. 우리는 런던에 있는 집을 함께 나누고 있다. نحن نتشارك منزلًا في لندن. 我们在伦敦共享一所房子。 ما یک خانه در لندن داریم. Compartimos una casa en Londres. Împărțim o casă în Londra. 我们在伦敦共享一所房子。 Condividiamo una casa a Londra. Onze ouders heten Arthur en Sara. والدین ما|والدین|نام دارند|آرتور|و|سارا 我们的|父母|叫|阿瑟|和|萨拉 Наші|батьки|звуть|Артур|і|Сара Unsere|Eltern|heißen|Arthur|und|Sara Our|Our parents|are called|Arthur|and|Sara Nossos|pais|se chamam|Arthur|e|Sara والدينا|الآباء|اسمهم|آرثر|و|سارة părinții noștri|părinți|se numesc|Arthur|și|Sara 우리의|부모님들|이름이|아서|그리고|사라 我们的|父母|叫|阿图尔|和|萨拉 Bizim|ebeveynler|adları|Arthur|ve|Sara Наши|родители|зовут|Артур|и|Сара nuestros|padres|se llaman|Arthur|y|Sara ||名前は||| Nos|parents|s'appellent|Arthur|et|Sara i nostri|genitori|si chiamano|Arthur|e|Sara Our parents' names are Arthur and Sara. Nossos pais se chamam Arthur e Sara. Nos parents s'appellent Arthur et Sara. Ebeveynlerimizin adı Arthur ve Sara. Наши родители зовут Артур и Сара. Unsere Eltern heißen Arthur und Sara. Наших батьків звуть Артур і Сара. 우리 부모님의 이름은 아서와 사라입니다. والدينا يدعيان آرثر وسارة. 我们的父母叫阿瑟和萨拉。 والدین ما آرتور و سارا نام دارند. Nuestros padres se llaman Arthur y Sara. Părinții noștri se numesc Arthur și Sara. 我们的父母叫阿瑟和萨拉。 I nostri genitori si chiamano Arthur e Sara.

Julia en ik maken ons klaar om op reis te gaan. جولیا|و|من|آماده می‌کنیم|خودمان|آماده|برای|به|سفر|برای|رفتن 朱莉亚|和|我|准备|我们自己|准备好|为了|在|旅行|去|去 Юлія|і|я|готують|нас|готовими|щоб|в|подорож|інфінітивна частка|йти Julia|und|ich|machen|uns|bereit|um|auf|Reise|zu|gehen Julia|and I||prepare ourselves|ourselves|getting ready|to|on|trip|to go|to go Julia|e|eu|fazemos|nos|prontos|para|em|viagem|a|ir جوليا|و|أنا|نجهز|أنفسنا|جاهزين|من أجل|في|رحلة|أن|نذهب Julia|și|eu|facem|ne|pregătiți|pentru|pe|călătorie|a|a merge 줄리아|그리고|나|준비하다|우리를|준비된|~하기 위해|~에|여행|~하기|가다 朱莉亚|和|我|准备|我们自己|准备好|为了|在|旅行|去|去 Julia|ve|ben|hazırlıyoruz|kendimizi|hazır|için|yola|seyahat|ı|gitmek Юлия|и|я|готовим|себя|готовыми|чтобы|в|путешествие|инфинитивная частица|пойти Julia|y|yo|hacemos|nos|listos|para|en|viaje|a|ir Julia|et|je|préparons|nous|prêts|pour|en|voyage|à|partir Julia|e|io|facciamo|ci|pronti|per|in|viaggio|a|andare Julia and I are getting ready to go on a trip. Mes su Julija ruošiamės į kelionę. 茱莉亚和我正准备去旅行。 Julia e eu estamos nos preparando para viajar. Julia et moi nous préparons à partir en voyage. Julia ve ben seyahate çıkmak için hazırlanıyoruz. Юлия и я готовимся к поездке. Julia und ich machen uns bereit, um zu reisen. Юлія і я готуємося до подорожі. 줄리아와 나는 여행을 갈 준비를 하고 있습니다. يوليا وأنا نستعد للسفر. 朱莉亚和我正在准备出发旅行。 جولیا و من داریم آماده می‌شویم که به سفر برویم. Julia y yo nos estamos preparando para ir de viaje. Julia și cu mine ne pregătim să plecăm în călătorie. 朱莉亚和我正在准备出发旅行。 Julia ed io ci stiamo preparando per partire. We gaan naar Amsterdam, Nederland. ما|می‌رویم|به|آمستردام|هلند 我们|去|到|阿姆斯特丹|荷兰 Ми|їдемо|до|Амстердам|Нідерланди Wir|gehen|nach|Amsterdam|Niederlande we|go||Amsterdam|the Netherlands Nós|vamos|para|Amsterdã|Países Baixos نحن|نذهب|إلى|أمستردام|هولندا noi|mergem|spre|Amsterdam|Olanda 우리는|간다|~로|암스테르담|네덜란드 我们|去|到|阿姆斯特丹|荷兰 Biz|gidiyoruz|e|Amsterdam|Hollanda Мы|едем|в|Амстердам|Нидерланды nosotros|vamos|a|Ámsterdam|Países Bajos Nous|allons|à|Amsterdam|Pays-Bas noi|andiamo|verso|Amsterdam|Paesi Bassi We're going to Amsterdam, the Netherlands. Nós vamos para Amsterdã, Países Baixos. Nous allons à Amsterdam, aux Pays-Bas. Hollanda'nın Amsterdam kentine gidiyoruz. Мы едем в Амстердам, Нидерланды. Wir fahren nach Amsterdam, Niederlande. Ми їдемо до Амстердама, Нідерланди. 우리는 네덜란드 암스테르담에 갑니다. نحن ذاهبون إلى أمستردام، هولندا. 我们要去荷兰的阿姆斯特丹。 ما به آمستردام، هلند می‌رویم. Vamos a Ámsterdam, Países Bajos. Mergem la Amsterdam, Olanda. 我们要去荷兰的阿姆斯特丹。 Andiamo ad Amsterdam, Paesi Bassi. We volgen allebei een studie Nederlands. ما|دنبال می‌کنیم|هر دو|یک|رشته|زبان هلندی 我们|学习|都|一门|学业|荷兰语 Ми|вивчаємо|обидва|одну|спеціальність|нідерландську Wir|folgen|beide|ein|Studium|Niederländisch we|are taking|both|a|study program|Dutch language Nós|seguimos|ambos|um|curso|de holandês نحن|نتبع|كلا|دراسة|دراسة|اللغة الهولندية noi|urmăm|amândoi|o|studiu|olandeză 우리는|공부하다|둘 다|하나의|전공|네덜란드어 |||||Nederlands |prowadzimy|||| 我们|学习|都|一个|学业|荷兰语 Biz|takip ediyoruz|ikimiz de|bir|çalışma|Hollandaca Мы|изучаем|оба|одно|изучение|нидерландского языка nosotros|seguimos|ambos|un|estudio|neerlandés Nous|suivons|tous les deux|une|étude|néerlandais noi|seguiamo|entrambi|un|corso|olandese Wir studieren beide Niederländisch. We are both studying Dutch. Nous suivons tous les deux des études de néerlandais. Kami berdua belajar bahasa Belanda. Abu mokomės olandų kalbos. Nós dois estamos fazendo um curso de holandês. Мы оба изучаем нидерландский язык. İkimiz de Hollandaca öğreniyoruz. 我们都在学习荷兰语。 Ми обидва вчимо нідерландську мову. 우리는 둘 다 네덜란드어를 공부하고 있습니다. كلاهما ندرس اللغة الهولندية. 我们都在学习荷兰语。 هر دوی ما در حال تحصیل زبان هلندی هستیم. Ambos estamos estudiando neerlandés. Amândouă urmăm o studiu de limba olandeză. 我们都在学习荷兰语。 Entrambi stiamo studiando olandese. We kennen de taal al best goed, maar we willen meer leren. ما|می‌شناسیم|آن|زبان|قبلاً|خیلی|خوب|اما|ما|می‌خواهیم|بیشتر|یاد بگیریم 我们|认识|这|语言|已经|相当|好|但是|我们|想要|更多|学习 Ми|знаємо|цю|мову|вже|досить|добре|але|ми|хочемо|більше|вчитися Wir|kennen|die|Sprache|schon|ziemlich|gut|aber|wir|wollen|mehr|lernen we|know||language|already|quite|well|but|we|want to|more|to learn Nós|conhecemos|a|língua|já|bastante|bem|mas|nós|queremos|mais|aprender نحن|نعرف|اللغة|اللغة|بالفعل|جيدًا|جيد|لكن|نحن|نريد|المزيد|التعلم noi|cunoaștem|de|limbă|deja|destul de|bine|dar|noi|vrem|mai|a învăța 우리는|알고|그|언어|이미|꽤|잘|하지만|우리는|원해|더|배우다 我们|认识|这|语言|已经|相当|好|但是|我们|想要|更多|学习 Biz|biliyoruz|dili|dil|zaten|oldukça|iyi|ama|biz|istiyoruz|daha fazla|öğrenmek Мы|знаем|этот|язык|уже|довольно|хорошо|но|мы|хотим|больше|учиться nosotros|conocemos|el|idioma|ya|bastante|bien|pero|nosotros|queremos|más|aprender Nous|connaissons|la|langue|déjà|assez|bien|mais|nous|voulons|plus|apprendre noi|conosciamo|la|lingua|già|abbastanza|bene|ma|noi|vogliamo|di più|imparare Wir kennen die Sprache schon ganz gut, aber wir wollen mehr lernen. We already know the language quite well, but we want to learn more. Nous connaissons déjà assez bien la langue, mais nous voulons en apprendre davantage. Kami sudah mengetahui bahasanya dengan cukup baik, tetapi kami ingin belajar lebih banyak lagi. Jau neblogai mokame kalbą, bet norime išmokti daugiau. Nós já conhecemos bem a língua, mas queremos aprender mais. Мы уже довольно хорошо знаем язык, но хотим учиться больше. Dili zaten oldukça iyi biliyoruz, ama daha fazla öğrenmek istiyoruz. Ми вже досить добре знаємо мову, але хочемо вчитися більше. 우리는 이미 그 언어를 꽤 잘 알고 있지만, 더 배우고 싶습니다. نحن نعرف اللغة جيدًا، لكننا نريد أن نتعلم المزيد. 我们已经对这门语言有了相当好的了解,但我们想要学习更多。 ما زبان را تا حد خوبی می‌شناسیم، اما می‌خواهیم بیشتر یاد بگیریم. Ya conocemos bastante bien el idioma, pero queremos aprender más. Cunoaștem deja destul de bine limba, dar vrem să învățăm mai mult. 我们已经对这门语言有了相当好的了解,但我们想要学习更多。 Conosciamo già abbastanza bene la lingua, ma vogliamo imparare di più. Dit komende trimester zijn we uitwisselingsstudent. این|آینده|ترم|هستیم|ما|دانشجوی تبادلی 这个|即将到来的|学期|是|我们|交换生 Це|наступне|триместр|будемо||студентами обміну Dieses|kommende|Trimester|sind|wir|Austauschstudent This|upcoming|This term|are|we|exchange student Este|próximo|trimestre|somos|nós|estudante de intercâmbio هذا|القادم|الفصل الدراسي|نحن|نحن|طالب تبادل acest|următor|trimestru|suntem|noi|student de schimb 이번|다가오는|학기|우리는|우리는|교환학생 |||||uitwisselingsstudent |||||wymiana studencka 这个|即将到来的|学期|是|我们|交换生 Bu|gelecek|dönem|olacağız|biz|değişim öğrencisi Это|предстоящее|триместр|будем|мы|студентом по обмену este|próximo|trimestre|somos|nosotros|estudiante de intercambio |次の|学期||| Ce|prochain|trimestre|sommes|nous|étudiant d'échange questo|prossimo|trimestre|siamo|noi|studenti in scambio Im kommenden Trimester sind wir Austauschstudenten. This coming trimester we are exchange students. Ce trimestre à venir, nous sommes des étudiants d'échange. Pada semester mendatang, kami akan melakukan pertukaran pelajar. Ateinantį semestrą esame mainų studentai. Neste próximo trimestre, somos estudantes de intercâmbio. В этом предстоящем триместре мы студенты по обмену. Bu gelecek dönem değişim öğrencisiyiz. 下学期,我们是交换生。 Цього наступного триместру ми обмінюємося студентами. 이번 학기에는 교환학생입니다. في الفصل الدراسي القادم، نحن طلاب تبادل. 在接下来的学期里,我们是交换学生。 در ترم آینده ما دانشجوی تبادلی هستیم. Este próximo trimestre somos estudiantes de intercambio. În acest trimestru următor suntem studenți de schimb. 在接下来的学期,我们是交换学生。 Questo prossimo trimestre siamo studenti in scambio.

Ik ben lang, ongeveer 1,90 m. Ik heb best lang bruin haar. من|هستم|بلند|حدود|متر|من|دارم|خیلی|بلند|قهوه‌ای|مو 我|是|高|大约|米|我|有|相当|长|棕色|头发 Я|є|високий|приблизно|м|Я|маю|досить|довге|коричневе|волосся Ich|bin|groß|ungefähr|m|Ich|habe|ziemlich|lang|braun|Haar I|am|tall|about|meters|I||quite|tall|brown|hair Eu|sou|alto|cerca de|m|Eu|tenho|bastante|longo|castanho|cabelo أنا|أكون|طويل|حوالي|متر|أنا|لدي|جدًا|طويل|بني|شعر eu|sunt|înalt|aproximativ|m|eu|am|destul de|lung|castaniu|păr 나는|이다|키가 큰|대략|미터|나는|가지고 있다|꽤|긴|갈색|머리 |||||||dość||| 我|是|高|大约|米|我|有|相当|长|棕色|头发 Ben|uzun|yaklaşık||m|Ben|var|oldukça|uzun|kahverengi|saç Я|есть|высокий|примерно|м|Я|имею|довольно|длинные|коричневые|волосы yo|soy|alto|aproximadamente|m|yo|tengo|bastante|largo|castaño|cabello ||背が高い|||||||| Je|suis|grand|environ|mètre|Je|ai|assez|long|brun|cheveux io|sono|alto|circa|m|io|ho|abbastanza|lungo|castano|capelli I am tall, about 1.90 m. I have pretty long brown hair. Esu aukštas, apie 1,90 m. Turiu gana ilgus rudus plaukus. 我个子很高,大约 1.90 m。我有一头很长的棕色头发。 Eu sou alto, cerca de 1,90 m. Eu tenho cabelo castanho bem comprido. Je suis grand, environ 1,90 m. J'ai des cheveux bruns assez longs. Ben uzun, yaklaşık 1,90 m. Uzun kahverengi saçlarım var. Я высокий, примерно 1,90 м. У меня довольно длинные каштановые волосы. Ich bin groß, etwa 1,90 m. Ich habe ziemlich lange braune Haare. Я високий, приблизно 1,90 м. У мене досить довге коричневе волосся. 저는 키가 크고, 약 1.90m입니다. 저는 꽤 긴 갈색 머리를 가지고 있습니다. أنا طويل، حوالي 1.90 م. لدي شعر بني طويل. 我很高,大约1.90米。我有相当长的棕色头发。 من قد بلند هستم، حدود 1.90 متر. موهای قهوه‌ای بلندی دارم. Soy alto, aproximadamente 1,90 m. Tengo el cabello castaño bastante largo. Sunt înalt, aproximativ 1,90 m. Am părul lung și brun. 我很高,大约1.90米。我有相当长的棕色头发。 Sono alto, circa 1,90 m. Ho i capelli castani piuttosto lunghi. Mijn ogen zijn groen en ik heb een brede mond. چشمان|سبز|هستند|سبز|و|من|دارم|یک|عریض|دهان 我的|眼睛|是|绿色|和|我|有|一个|宽|嘴巴 Мої|очі|є|зелені|і|я|маю|широкий|широкий|рот Meine|Augen|sind|grün|und|ich|habe|einen|breiten|Mund my|eyes|are|green|and||have|a|wide|mouth Meus|olhos|são|verdes|e|eu|tenho|uma|larga|boca عيوني|عيوني|هي|خضراء|و|أنا|لدي|فم|عريض|فم ochii mei|ochi|sunt|verzi|și|eu|am|o|lată|gură 내|눈|이다|초록색|그리고|나는|가지고 있다|하나의|넓은|입 我的|眼睛|是|绿色|和|我|有|一个|宽|嘴巴 Benim|gözler|dir|yeşil|ve|ben|var|bir|geniş|ağız Мои|глаза|есть|зелёные|и|я|имею|широкий|широкий|рот mis|ojos|son|verdes|y|yo|tengo|una|ancha|boca Mes|yeux|sont|verts|et|je|ai|une|large|bouche i miei|occhi|sono|verdi|e|io|ho|una|larga|bocca My eyes are green and I have a wide mouth. Mano akys žalios, o burna plati. 我的眼睛是绿色的,我的嘴巴是宽的。 Meus olhos são verdes e eu tenho uma boca larga. Mes yeux sont verts et j'ai une large bouche. Gözlerim yeşil ve geniş bir ağzım var. У меня зеленые глаза и широкие губы. Meine Augen sind grün und ich habe einen breiten Mund. Мої очі зелені, і в мене широкий рот. 제 눈은 초록색이고, 입술이 넓습니다. عيني خضراوان ولدي فم عريض. 我的眼睛是绿色的,我有一个宽宽的嘴巴。 چشم‌هایم سبز است و دهان عریضی دارم. Mis ojos son verdes y tengo una boca ancha. Ochii mei sunt verzi și am o gură lată. 我的眼睛是绿色的,我有一个宽宽的嘴巴。 I miei occhi sono verdi e ho una bocca larga. Ik ben stevig gebouwd. من|هستم|محکم|ساخته شده 我|是|结实|建造的 Я|є|міцно|побудований Ich|bin|kräftig|gebaut I||solidly built|built Eu|sou|forte|construído أنا|أكون|قوي|مبني eu|sunt|robust|construit 나|~이다|튼튼하게|지어진 ||stevig| ||mocno| 我|是|结实|建造的 Ben|benim|sağlam|inşa edilmiş Я|есть|крепко|построен yo|soy|robusto|construido ||頑丈な|体格が良い Je|suis|solidement|construit io|sono|robusto|costruito I am solidly built. Saya memiliki tubuh yang kokoh. Esu tvirtai sudėtas. 我身体结实。 Eu sou de constituição robusta. Je suis bien bâti. Ben sağlam yapılıyım. Я крепко сложен. Ich bin kräftig gebaut. Я маю міцну статуру. 나는 체격이 좋다. أنا مبني بشكل قوي. 我身材结实。 من ساختار بدنی محکمی دارم. Estoy bien construido. Sunt bine construit. 我身材结实。 Sono ben costruito. Mijn benen zijn sterk dankzij veel uren op de tennisbaan. پایم|پاها|هستند|قوی|به خاطر|زیاد|ساعت ها|در||زمین تنیس 我的|腿|是|强壮|多亏|很多|小时|在|这个|网球场 Мої|ноги|є|сильні|завдяки|багато|годин|на|тенісному|корті Meine|Beine|sind|stark|dank|viele|Stunden|auf|dem|Tennisplatz my|legs||strong|thanks to|many|hours|on|the|tennis court Meus|pernas|são|fortes|graças a|muitas|horas|na|a|quadra de tênis ساقي|أرجل|هن|قوية|بفضل|الكثير من|الساعات|في|الملعب|التنس picioarele||sunt|puternice|datorită|multor|ore|pe|terenul|de tenis 내|다리|~이다|강한|덕분에|많은|시간|~에서|그|테니스 코트 我的|腿|是|强壮|多亏了|很多|小时|在|这个|网球场 Benim|bacaklar|dır|güçlü|sayesinde|çok|saat|de||tenis kort Мои|ноги|сильны|сильны|благодаря|многим|часам|на|теннисном|корте mis|piernas|son|fuertes|gracias a|muchas|horas|en|la|cancha de tenis Mes|jambes|sont|fortes|grâce à|beaucoup|heures|sur|le|court de tennis le mie|gambe|sono|forti|grazie a|molte|ore|su|il|campo da tennis My legs are strong thanks to many hours on the tennis court. Kaki saya kuat berkat berjam-jam di lapangan tenis. Mano kojos stiprios dėl daugybės valandų teniso korte. 由于在网球场上打了很多个小时,我的腿很结实。 Minhas pernas são fortes graças a muitas horas na quadra de tênis. Mes jambes sont fortes grâce à de nombreuses heures sur le court de tennis. Bacaklarım tenis kortunda geçirdiğim birçok saat sayesinde güçlü. Мои ноги сильные благодаря многим часам на теннисном корте. Meine Beine sind stark dank vieler Stunden auf dem Tennisplatz. Мої ноги сильні завдяки багатьом годинам на тенісному корті. 내 다리는 테니스 코트에서 보낸 많은 시간 덕분에 강하다. ساقاي قويتان بفضل الكثير من الساعات على ملعب التنس. 我的腿很强壮,因为在网球场上花了很多小时。 پاهایم به خاطر ساعت‌های زیادی که در زمین تنیس گذرانده‌ام، قوی هستند. Mis piernas son fuertes gracias a muchas horas en la cancha de tenis. Picioarele mele sunt puternice datorită multor ore petrecute pe terenul de tenis. 我的腿很强壮,因为在网球场上花了很多小时。 Le mie gambe sono forti grazie a molte ore sul campo da tennis. Ik ben ook een zeer goede basketbalspeler. من|هستم|همچنین|یک|بسیار|خوب|بازیکن بسکتبال 我|是|也|一个|非常|好的|篮球运动员 Я|є|також|один|дуже|хороший|баскетболіст Ich|bin|auch|ein|sehr|guter|Basketballspieler I||also|a|very|good|basketball player Eu|sou|também|um|muito|bom|jogador de basquete أنا|أكون|أيضا|لاعب|جدا|جيد|لاعب كرة سلة eu|sunt|de asemenea|un|foarte|bun|jucător de baschet 나|~이다|또한|한|매우|좋은|농구 선수 我|是|也|一个|非常|好的|篮球运动员 Ben|de|de|bir|çok|iyi|basketbolcu Я|есть|тоже|один|очень|хороший|баскетболист yo|soy|también|un|muy|buen|jugador de baloncesto Je|suis|aussi|un|très|bon|joueur de basket io|sono|anche|un|molto|bravo|giocatore di basket I am also a very good basketball player. Taip pat labai gerai žaidžiu krepšinį. 我也是一个很好的篮球运动员。 Eu também sou um jogador de basquete muito bom. Je suis aussi un très bon joueur de basket-ball. Ayrıca çok iyi bir basketbol oyuncusuyum. Я также очень хороший баскетболист. Ich bin auch ein sehr guter Basketballspieler. Я також дуже хороший баскетболіст. 나는 또한 매우 훌륭한 농구 선수이다. أنا أيضًا لاعب كرة سلة جيد جدًا. 我也是一个非常好的篮球运动员。 من همچنین بازیکن بسیار خوبی در بسکتبال هستم. También soy un muy buen jugador de baloncesto. Sunt de asemenea un jucător foarte bun de baschet. 我也是一名非常优秀的篮球运动员。 Sono anche un ottimo giocatore di basket. Mijn zus Julia heeft ook bruin haar. خواهرم|خواهر|جولیا|دارد|همچنین|قهوه ای|مو 我的|姐妹|Julia|有|也|棕色|头发 Моя|сестра|Юлія|має|також|коричневе|волосся Meine|Schwester|Julia|hat|auch|braunes|Haar My|My sister||has|also|brown|hair Minha|irmã|Julia|tem|também|castanho|cabelo أختي|أخت|جوليا|لديها|أيضا|بني|شعر sora|mea|Julia|are|de asemenea|castaniu|păr 내|자매|줄리아|~이 있다|또한|갈색|머리 我的|姐妹|Julia|有|也|棕色|头发 Benim|kız kardeş|Julia|var|de aynı zamanda|kahverengi|saç Моя|сестра|Юлия|имеет|тоже|коричневые|волосы mi|hermana|Julia|tiene|también|castaño|cabello Ma|sœur|Julia|a|aussi|brun|cheveux la mia|sorella|Julia|ha|anche|castano|capelli My sister Julia also has brown hair. Minha irmã Julia também tem cabelo castanho. Ma sœur Julia a aussi les cheveux bruns. Kız kardeşim Julia'nın da kahverengi saçları var. Моя сестра Юлия тоже имеет каштановые волосы. Meine Schwester Julia hat auch braunes Haar. Моя сестра Юлія також має коричневе волосся. 내 여동생 줄리아도 갈색 머리를 가지고 있다. أختي جوليا لديها أيضًا شعر بني. 我的妹妹朱莉亚也有棕色头发。 خواهرم جولیا هم موهای قهوه‌ای دارد. Mi hermana Julia también tiene el cabello castaño. Sora mea Julia are și ea părul brun. 我的妹妹朱莉亚也有棕色头发。 Mia sorella Julia ha anche i capelli castani. Haar haar is langer dan dat van mij. او|مو|است|بلندتر|از|آن|از|من 她的|头发|是|更长|比|那个|的|我 Її|волосся|є|довше|ніж|те|від|мене Haar|haar|ist|länger|als|das|von|mir her|her||longer|than|that|of|mine O cabelo|dela|é|mais longo|do que|aquele|de|mim شعرها|شعرها|هو|أطول|من|ذلك|من|لي părul ei|părul|este|mai lung|decât|cel|al|meu 그녀의|머리|이다|더 긴|보다|그것|의|나의 她的|头发|是|更长|比|那个|的|我的 Onun|saçı|dir|daha uzun|-den|o|-ın|benim Ее|волосы|есть|длиннее|чем|это|от|меня su|cabello|es|más largo|que|eso|de|mí Son|cheveux|est|plus long|que|cela|de|moi i suoi|capelli|è|più lunghi|di|quelli|di|me Her hair is longer than mine. 她的头发比我的长。 O cabelo dela é mais longo que o meu. Ses cheveux sont plus longs que les miens. Saçları benimkinden daha uzun. Её волосы длиннее, чем у меня. Ihr Haar ist länger als meins. Її волосся довше, ніж моє. 그녀의 머리는 내 머리보다 길다. شعرها أطول من شعري. 她的头发比我的长。 موهای او از موهای من بلندتر است. Su cabello es más largo que el mío. Părul ei este mai lung decât al meu. 她的头发比我的长。 I suoi capelli sono più lunghi dei miei. Haar ogen zijn niet groen. او|چشم‌ها|هستند|نیستند|سبز 她的|眼睛|是|不|绿色 Її|очі|є|не|зелені Ihre|Augen|sind|nicht|grün Her|eyes||not|green Os|olhos|são|não|verdes عينيها|عيونها|هي|ليس|خضراء ochii ei|ochii|sunt|nu|verzi 그녀의|눈|이다|아니다|초록색 她的|眼睛|是|不|绿色 Onun|gözleri|dir|değil|yeşil Ее|глаза|не|не|зеленые sus|ojos|son|no|verdes Ses|yeux|sont|pas|verts i suoi|occhi|sono|non|verdi Her eyes are not green. Jos akys nėra žalios. 她的眼睛不是绿色的。 Os olhos dela não são verdes. Ses yeux ne sont pas verts. Gözleri yeşil değil. Её глаза не зелёные. Ihre Augen sind nicht grün. Її очі не зелені. 그녀의 눈은 초록색이 아니다. عيناها ليستا خضراوين. 她的眼睛不是绿色的。 چشم‌های او سبز نیستند. Sus ojos no son verdes. Ochii ei nu sunt verzi. 她的眼睛不是绿色的。 I suoi occhi non sono verdi. Zij heeft bruine ogen zoals mijn vader. او|دارد|قهوه‌ای|چشم‌ها|مانند|پدرم| 她|有|棕色|眼睛|像|我的|父亲 Вона|має|карі|очі|як|мій|батько Sie|hat|braune|Augen|wie|mein|Vater she|has|brown|eyes|like|my|father Ela|tem|marrons|olhos|como|meu|pai هي|لديها|بنية|عيون|مثل|والدي|أبي ea|are|căprui|ochii|ca|tatăl meu| 그녀는|가지다|갈색의|눈|처럼|나의|아버지 她|有|棕色|眼睛|像|我的|父亲 O|var|kahverengi|gözler|gibi|benim|babam Она|имеет|карие|глаза|как|мой|отец ella|tiene|marrones|ojos|como|mi|padre Elle|a|marron|yeux|comme|mon|père lei|ha|marroni|occhi|come|mio|padre She has brown eyes like my father. Jos rudos akys kaip mano tėvo. Ela tem olhos castanhos como meu pai. Elle a les yeux bruns comme mon père. Onun kahverengi gözleri var, tıpkı babam gibi. У неё карие глаза, как у моего отца. Sie hat braune Augen wie mein Vater. У неї карі очі, як у мого батька. 그녀는 아버지와 같은 갈색 눈을 가지고 있다. لديها عيون بنية مثل والدي. 她有棕色的眼睛,就像我父亲一样。 او چشمان قهوه‌ای دارد مانند پدرم. Ella tiene ojos marrones como mi padre. Ea are ochi căprui ca tatăl meu. 她有棕色的眼睛,就像我父亲一样。 Ha gli occhi marroni come mio padre. Ik heb dezelfde kleur ogen als mijn moeder. من|دارم|همان|رنگ|چشم‌ها|مانند|مادرم| 我|有|相同的|颜色|眼睛|和|我的|母亲 Ich|habe|die gleiche|Farbe|Augen|wie|meine|Mutter Я|маю|такий же|колір|очі|як|моя|мати ||the same|color|eyes|as or like||mother Eu|tenho|mesma|cor|olhos|como|minha|mãe أنا|لدي|نفس|لون|عيون|مثل|والدتي|أمي eu|am|aceeași|culoare|ochii|ca|mama mea| 나는|가지다|같은|색|눈|처럼|나의|어머니 我|有|相同的|颜色|眼睛|和|我的|母亲 Ben|var|aynı|renk|gözler|gibi|benim|anne Я|имею|такой же|цвет|глаза|как|моя|мама yo|tengo|el mismo|color|ojos|que|mi|madre Je|ai|même|couleur|yeux|que|ma|mère io|ho|stesso|colore|occhi|come|mia|madre I have the same color eyes as my mother. 我有和我妈妈一样颜色的眼睛。 Eu tenho a mesma cor de olhos que minha mãe. J'ai la même couleur d'yeux que ma mère. Benim annemle aynı renk gözlerim var. У меня такой же цвет глаз, как у моей матери. Ich habe die gleiche Augenfarbe wie meine Mutter. У мене такий же колір очей, як у моєї матері. 나는 어머니와 같은 색의 눈을 가지고 있다. لدي نفس لون العيون مثل والدتي. 我和我母亲的眼睛颜色一样。 من همان رنگ چشم را دارم که مادرم دارد. Tengo el mismo color de ojos que mi madre. Am aceeași culoare a ochilor ca mama mea. 我和我母亲的眼睛颜色一样。 Ho lo stesso colore di occhi di mia madre.

Mijn ouders werken allebei. من|والدین|کار می‌کنند|هر دو 我的|父母|工作|都 Мої|батьки|працюють|обидва Meine|Eltern|arbeiten|beide my|parents|work|both Meus|pais|trabalham|ambos والدي|والدي|يعملون|كلاهما părinții mei|părinți|lucrează|amândoi 나의|부모|일하다|둘 다 我的|父母|工作|都 Benim|ebeveynler|çalışıyorlar|ikisi de Мои|родители|работают|оба mis|padres|trabajan|ambos Mes|parents|travaillent|tous les deux i miei|genitori|lavorano|entrambi My parents both work. Meus pais trabalham ambos. Mes parents travaillent tous les deux. Anne ve babam ikisi de çalışıyor. Мои родители оба работают. Meine Eltern arbeiten beide. Мої батьки обидва працюють. 제 부모님은 모두 일하십니다. يعمل والديّ كلاهما. 我的父母都在工作。 والدین من هر دو کار می‌کنند. Mis padres trabajan ambos. Părinții mei lucrează amândoi. 我的父母都在工作。 I miei genitori lavorano entrambi. Mijn vader is elektricien. پدرم|پدر|است|برق‌کار 我的|父亲|是|电工 Mein|Vater|ist|Elektriker Мій|батько|є|електрик |My father||electrician Meu|pai|é|eletricista والدي|أبي|هو|كهربائي tatăl meu|tată|este|electrician 나의|아버지|이다|전기기사 我的|父亲|是|电工 Benim|babam|dir|elektrikçi Мой|отец|есть|электрик mi|padre|es|electricista Mon|père|est|électricien mio|padre|è|elettricista My father is an electrician. Meu pai é eletricista. Mon père est électricien. Babam elektrikçi. Мой отец электрик. Mein Vater ist Elektriker. Мій батько електрик. 제 아버지는 전기기사입니다. والدي كهربائي. 我父亲是电工。 پدرم برق‌کار است. Mi padre es electricista. Tatăl meu este electrician. 我父亲是电工。 Mio padre è elettricista. Hij werkt bij een groot elektrotechnisch bedrijf. او|کار می‌کند|در|یک|بزرگ|الکتروتکنیکی|شرکت 他|工作|在|一家|大|电气|公司 Він|працює|в|одній|великій|електротехнічній|компанії Er|arbeitet|bei|ein|großes|elektrotechnisches|Unternehmen he|works|at|a|large|electrical engineering|company Ele|trabalha|em|uma|grande|eletrotécnico|empresa هو|يعمل|في|شركة|كبيرة|كهربائية|شركة el|lucrează|la|o|mare|electro-tehnic|companie 그|일하다|에서|하나의|큰|전기 기술의|회사 他|工作|在|一个|大|电气|公司 O|çalışıyor|de|bir|büyük|elektrik mühendisliği|şirket Он|работает|в|одно|большое|электротехническое|предприятие él|trabaja|en|una|grande|electrotécnico|empresa Il|travaille|dans|une|grande|électrotechnique|entreprise lui|lavora|presso|una|grande|elettrotecnico|azienda He works at a large electrical engineering company. 他在一家大型电气工程公司工作。 Ele trabalha em uma grande empresa de eletroeletrônica. Il travaille dans une grande entreprise d'électrotechnique. Büyük bir elektrik mühendisliği şirketinde çalışıyor. Он работает в крупной электромеханической компании. Er arbeitet bei einem großen elektrotechnischen Unternehmen. Він працює в великій електротехнічній компанії. 그는 큰 전기 회사에서 일합니다. يعمل في شركة كهربائية كبيرة. 他在一家大型电气公司工作。 او در یک شرکت بزرگ الکترونیکی کار می‌کند. Él trabaja en una gran empresa de electrotecnia. El lucrează la o mare companie de electrotehnică. 他在一家大型电气公司工作。 Lavora in una grande azienda elettrotecnica. Mijn moeder is schrijfster. مادرم|مادر|است|نویسنده 我的|母亲|是|作家 Meine|Mutter|ist|Schriftstellerin Моя|мати|є|письменниця |mother||writer Minha|mãe|é|escritora والدتي|أمي|هي|كاتبة mama mea|mamă|este|scriitoare 나의|어머니|이다|작가 |||pisarką 我的|母亲|是|作家 Benim|annem|dir|yazar Моя|мама|есть|писательница mi|madre|es|escritora Ma|mère|est|écrivaine mia|madre|è|scrittrice My mother is a writer. Ibu saya adalah seorang penulis. Minha mãe é escritora. Ma mère est écrivaine. Anneme yazar. Моя мама писательница. Meine Mutter ist Schriftstellerin. Моя мати письменниця. 제 어머니는 작가입니다. والدتي كاتبة. 我母亲是作家。 مادرم نویسنده است. Mi madre es escritora. Mama mea este scriitoare. 我母亲是作家。 Mia madre è scrittrice. Ze heeft ook haar eigen bedrijf. او|دارد|همچنین|او|شخصی|شرکت 她|有|也|她的|自己的|公司 Вона|має|також|її|власний|бізнес Sie|hat|auch|ihr|eigenes|Unternehmen She|has|also||own|business Ela|tem|também|seu|próprio|negócio هي|لديها|أيضا|لها|خاص|شركة ea|are|de asemenea|ei|propriu|afacere 그녀는|가지고 있다|또한|그녀의|자신의|회사 她|有|也|她的|自己的|公司 O|sahip|de|onun|kendi|şirket Она|имеет|тоже|её|собственный|бизнес ella|tiene|también|su|propio|empresa Elle|a|aussi|son|propre|entreprise lei|ha|anche|suo|proprio|azienda She also runs her own business. Ji taip pat turi savo verslą. 她也有自己的事业。 Ela também tem seu próprio negócio. Elle a aussi sa propre entreprise. Kendi işini de kurdu. У нее также есть собственный бизнес. Sie hat auch ihr eigenes Unternehmen. Вона також має власний бізнес. 그녀는 자신의 사업도 가지고 있습니다. لديها أيضًا شركتها الخاصة. 她也有自己的公司。 او همچنین شرکت خود را دارد. Ella también tiene su propia empresa. Ea are și propria ei afacere. 她也有自己的公司。 Ha anche la sua azienda. Het verkoopt sciencefictionboeken. آن|می‌فروشد|کتاب‌های علمی تخیلی 它|卖|科幻书籍 Він|продає|науково-фантастичні книги Es|verkauft|Science-Fiction-Bücher it|sells|science fiction books Ele|vende|livros de ficção científica هو|يبيع|كتب الخيال العلمي aceasta|vinde|cărți science fiction 그것은|판매하다|공상과학 소설 它|卖|科幻书 O|satar|bilim kurgu kitapları Это|продает|научно-фантастические книги eso|vende|libros de ciencia ficción Il|vend|livres de science-fiction essa|vende|libri di fantascienza It sells science fiction books. 它卖的是科幻小说。 Ele vende livros de ficção científica. Elle vend des livres de science-fiction. Bilim kurgu kitapları satıyor. Он продает научно-фантастические книги. Es verkauft Science-Fiction-Bücher. Він продає науково-фантастичні книги. 그것은 공상과학 소설을 판매합니다. تبيع كتب الخيال العلمي. 它出售科幻书籍。 این شرکت کتاب‌های علمی تخیلی می‌فروشد. Vende libros de ciencia ficción. Aceasta vinde cărți de science fiction. 它出售科幻书籍。 Vende libri di fantascienza. Mijn ouders zijn echt geweldig. والدین من|والدین|هستند|واقعاً|فوق‌العاده 我的|父母|是|真|棒 Мої|батьки|є|справді|чудові Meine|Eltern|sind|wirklich|großartig my|parents|are|really|amazing Meus|pais|são|realmente|incríveis والدي|والدي|هم|حقا|رائعون părinții mei|părinți|sunt|cu adevărat|minunați 나의|부모님|~이다|정말|멋진 ||||wspaniali 我的|父母|是|真|棒 Benim|ebeveynler|dir|gerçekten|harika Мои|родители|есть|действительно|замечательные mis|padres|son|realmente|geniales Mes|parents|sont|vraiment|géniaux miei|genitori|sono|davvero|fantastici My parents are really great. 我的父母真的很棒。 Meus pais são realmente incríveis. Mes parents sont vraiment formidables. Ebeveynlerim gerçekten harika. Мои родители действительно замечательные. Meine Eltern sind wirklich großartig. Мої батьки справді чудові. 제 부모님은 정말 훌륭합니다. والديّ رائعان حقًا. 我的父母真的很棒。 والدین من واقعاً فوق‌العاده هستند. Mis padres son realmente geniales. Părinții mei sunt cu adevărat minunați. 我的父母真的很棒。 I miei genitori sono davvero fantastici. Ze helpen ons altijd om ons doel te bereiken. آنها|کمک می‌کنند|به ما|همیشه|برای|ما|هدف|به|رسیدن 她们|帮助|我们|总是|为了|我们的|目标|去|达成 Вони|допомагають|нам|завжди|щоб|наше|мету|досягти|досягти Sie|helfen|uns|immer|um|unser|Ziel|zu|erreichen They|help||always|to||goal||achieve Eles|ajudam|nós|sempre|a|nosso|objetivo|a|alcançar هم|يساعدون|لنا|دائما|ل|هدفنا|هدف|ل|تحقيق ele|ajută|pe noi|întotdeauna|să|pe noi|scop|a|atinge 그들은|돕다|우리를|항상|~하기 위해|우리를|목표|~하는|도달하다 ||||||||osiągnąć 她们|帮助|我们|总是|为了|我们|目标|去|达成 Onlar|yardım ederler|bize|her zaman|için|bizi|hedef|-e|ulaşmak Они|помогают|нам|всегда|чтобы|нам|цель|инфинитивная частица|достичь ellos|ayudan|nos|siempre|para|nuestro|objetivo|a|alcanzar ||||||||達成する Ils|aident|nous|toujours|à|notre|objectif|à|atteindre loro|aiutano|noi|sempre|a|nostro|obiettivo|a|raggiungere They always help us achieve our goal. 他们总是帮助我们实现目标。 Eles sempre nos ajudam a alcançar nossos objetivos. Ils nous aident toujours à atteindre nos objectifs. Her zaman hedefimize ulaşmamıza yardımcı olurlar. Они всегда помогают нам достичь нашей цели. Sie helfen uns immer, unser Ziel zu erreichen. Вони завжди допомагають нам досягати нашої мети. 그들은 항상 우리가 목표를 달성하도록 도와줍니다. هم دائمًا يساعدوننا في تحقيق هدفنا. 他们总是帮助我们实现目标。 آنها همیشه به ما کمک می‌کنند تا به هدف‌مان برسیم. Siempre nos ayudan a alcanzar nuestro objetivo. Ei ne ajută întotdeauna să ne atingem obiectivele. 他们总是帮助我们实现目标。 Ci aiutano sempre a raggiungere i nostri obiettivi. Ze spreken beiden goed Nederlands. آنها|صحبت می‌کنند|هر دو|خوب|هلندی 她们|说|两个|好|荷兰语 Sie|sprechen|beide|gut|Niederländisch Вони|говорять|обидва|добре|нідерландською |speak|both||Dutch Eles|falam|ambos|bem|holandês هم|يتحدثون|كلاهما|جيد|الهولندية ei|vorbesc|amândoi|bine|olandeză 그들은|말하다|둘 다|잘|네덜란드어 她们|说|两个|好|荷兰语 Onlar|konuşuyorlar|ikisi de|iyi|Hollandaca Они|говорят|оба|хорошо|нидерландский ellos|hablan|ambos|bien|neerlandés Ils|parlent|tous les deux|bien|néerlandais loro|parlano|entrambi|bene|olandese They both speak good Dutch. Jie abu gerai kalba olandiškai. 他们的荷兰语都很好。 Eles falam bem o holandês. Ils parlent tous les deux bien néerlandais. İkisi de iyi Hollandaca konuşuyor. Они оба хорошо говорят по-нидерландски. Sie sprechen beide gut Niederländisch. Вони обидва добре говорять нідерландською. 그들은 둘 다 네덜란드를 잘 말합니다. إنهما يتحدثان الهولندية بشكل جيد. 他们两个都说得很好荷兰语。 آنها هر دو به زبان هلندی خوب صحبت می‌کنند. Ambos hablan bien neerlandés. Amândoi vorbesc bine olandeză. 他们都说得很好荷兰语。 Parlano entrambi un buon olandese. Ze spreken vaak Nederlands tegen ons. آنها|صحبت می‌کنند|اغلب|هلندی|به|ما 她们|说|经常|荷兰语|对|我们 Вони|говорять|часто|нідерландською|до|нас Sie|sprechen|oft|Niederländisch|gegen|uns they|speak|often|Dutch|to|us Eles|falam|frequentemente|holandês|contra|nós هم|يتحدثون|غالبًا|الهولندية|إلى|نحن ei|vorbesc|des|olandeză|la|noi 그들은|말하다|자주|네덜란드어|~에게|우리에게 ||często||| 她们|说|经常|荷兰语|对|我们 Onlar|konuşurlar|sık sık|Hollandaca|karşı|bize Они|говорят|часто|Нидерландский|против|нас ellos|hablan|a menudo|neerlandés|a|nosotros Ils|parlent|souvent|néerlandais|contre|nous loro|parlano|spesso|olandese|a|noi They often speak Dutch to us. Eles falam frequentemente holandês conosco. Ils parlent souvent néerlandais avec nous. Bize sık sık Hollandaca konuşuyorlar. Они часто говорят с нами на нидерландском. Sie sprechen oft Niederländisch mit uns. Вони часто говорять нідерландською з нами. 그들은 종종 우리에게 네덜란드를 말합니다. إنهما يتحدثان غالبًا الهولندية معنا. 他们经常对我们说荷兰语。 آنها اغلب به زبان هلندی با ما صحبت می‌کنند. A menudo hablan neerlandés con nosotros. Ei vorbesc adesea olandeză cu noi. 他们经常对我们说荷兰语。 Parlano spesso olandese con noi. Zo kunnen Julia en ik meer oefenen. اینطور|می‌توانند|جولیا|و|من|بیشتر|تمرین کردن 这样|能|朱莉亚|和|我|更多|练习 Так|можуть|Юлія|і|я|більше|практикувати So|können|Julia|und|ich|mehr|üben this way|can||and|I|more|practice more Assim|podemos|Julia|e|eu|mais|praticar بهذه الطريقة|يمكن|جوليا|و|أنا|المزيد|التمرن așa|putem|Julia|și|eu|mai mult|a exersa 이렇게|할 수 있다|줄리아|그리고|나|더|연습하다 这样|能|朱莉亚|和|我|更多|练习 Böylece|yapabiliriz|Julia|ve|ben|daha fazla|pratik yapabiliriz Так|можем|Юлия|и|я|больше|практиковаться así|pueden|Julia|y|yo|más|practicar Ainsi|pouvons|Julia|et|je|plus|pratiquer così|possiamo|Julia|e|io|di più|esercitarci That way Julia and I can practice more. Assim, Julia e eu podemos praticar mais. Ainsi, Julia et moi pouvons pratiquer davantage. Böylece Julia ve ben daha fazla pratik yapabiliriz. Так Юлия и я можем больше практиковаться. So können Julia und ich mehr üben. Так Юлія і я можемо більше практикувати. 그래서 줄리아와 나는 더 많이 연습할 수 있습니다. بهذه الطريقة يمكن لجوليا وأنا ممارسة المزيد. 这样朱莉亚和我可以更多练习。 این‌گونه جولیا و من می‌توانیم بیشتر تمرین کنیم. Así, Julia y yo podemos practicar más. Astfel, eu și Julia putem exersa mai mult. 这样朱莉亚和我可以更多地练习。 Così Julia ed io possiamo esercitarci di più. Ze hebben ons echt aangemoedigd om uitwisselingsstudent te worden. آنها|دارند|ما|واقعاً|تشویق کرده‌اند|برای|دانشجوی تبادلی|به|شدن 她们|她们已经|我们|真正|鼓励|为了|交换生|去|成为 Вони|мають|нас|справді|заохочували|стати|студентом обміну|частка дієслова|бути Sie|haben|uns|wirklich|ermutigt|um|Austauschstudent|zu|werden They||us|truly|encouraged||exchange student||become Eles|têm|nos|realmente|encorajado|a|estudante de intercâmbio|a|se tornar هم|قد|نحن|حقًا|شجعوا|ل|طالب تبادل|أن|يصبح ei|au|pe noi|cu adevărat|încurajat|să|student de schimb|să devii| 그들은|~했다|우리를|정말|격려했다|~하기 위해|교환학생|~하는|되다 ||||aangemoedigd|||| 她们|她们已经|我们|真的|鼓励|去|交换生|去|成为 Onlar|sahip|bize|gerçekten|teşvik etti|-mek için|değişim öğrencisi|-yı|olmak Они|(глагол-связка)|нам|действительно|поощрили|стать|студентом по обмену|(частица инфинитива)|стать ellos|han|nos|realmente|animado|para|estudiante de intercambio|a|convertirse ||||励ました||交換留学生|| Ils|ont|nous|vraiment|encouragés|à|étudiant d'échange|de|devenir loro|hanno|noi|davvero|incoraggiato|a|studente di scambio|a|diventare They really encouraged us to become exchange students. Mereka benar-benar mendorong kami untuk menjadi mahasiswa pertukaran pelajar. Jie tikrai skatino mus tapti mainų studentais. 他们非常鼓励我们成为交换生。 Eles realmente nos incentivaram a nos tornarmos estudantes de intercâmbio. Ils nous ont vraiment encouragés à devenir des étudiants d'échange. Bizi gerçekten değişim öğrencisi olmaya teşvik ettiler. Они действительно поддержали нас в том, чтобы стать студентами по обмену. Sie haben uns wirklich ermutigt, Austauschstudent zu werden. Вони справді заохочували нас стати студентами обміну. 그들은 우리에게 교환학생이 되도록 정말 격려해주었습니다. لقد شجعونا حقًا على أن نصبح طلاب تبادل. 他们真的鼓励我们成为交换生。 آنها واقعاً ما را تشویق کردند که دانشجوی تبادلی شویم. Realmente nos han animado a convertirnos en estudiantes de intercambio. Ne-au încurajat cu adevărat să devenim studenți de schimb. 他们真的鼓励我们成为交换生。 Ci hanno davvero incoraggiato a diventare studenti di scambio. We vertrekken vandaag naar Nederland. ما|حرکت می‌کنیم|امروز|به|هلند 我们|出发|今天|向|荷兰 Wir|fahren|heute|nach|Niederlande Ми|вирушаємо|сьогодні|до|Нідерланди |leave|today|to| Nós|partimos|hoje|para|Países Baixos نحن|نغادر|اليوم|إلى|هولندا noi|plecăm|astăzi|spre|Olanda 우리는|출발한다|오늘|~로|네덜란드 我们|出发|今天|去|荷兰 Biz|ayrılıyoruz|bugün|-e|Hollanda Мы|уезжаем|сегодня|в|Нидерланды nosotros|partimos|hoy|hacia|Países Bajos Nous|partons|aujourd'hui|vers|les Pays-Bas noi|partiamo|oggi|verso|Paesi Bassi We leave for the Netherlands today. Šiandien išvykstame į Nyderlandus. 我们今天启程前往荷兰。 Estamos partindo hoje para a Holanda. Nous partons aujourd'hui pour les Pays-Bas. Bugün Hollanda'ya gidiyoruz. Мы сегодня уезжаем в Нидерланды. Wir fahren heute nach Nederland. Ми сьогодні вирушаємо до Нідерландів. 우리는 오늘 네덜란드로 출발합니다. نحن نغادر اليوم إلى هولندا. 我们今天去荷兰。 ما امروز به هلند می‌رویم. Hoy partimos hacia los Países Bajos. Plecăm astăzi în Olanda. 我们今天出发去荷兰。 Partiamo oggi per i Paesi Bassi.

Mijn vader komt mijn kamer binnen. پدرم|پدر|می‌آید|اتاقم|اتاق|داخل 我的|父亲|来|我的|房间|进来 Mein|Vater|kommt|mein|Zimmer|hinein Мій|батько|входить|моя|кімната|всередину ||enters||room|inside Meu|pai|entra|meu|quarto|dentro والدي|أبي|يدخل|غرفتي|الغرفة|إلى الداخل tatăl meu|tată|vine|camera mea|cameră|înăuntru 나의|아버지|들어온다|나의|방|안으로 我的|父亲|来|我的|房间|进来 Benim|babam|gelir|benim|oda|içine Мой|отец|входит|мой|комната|внутрь mi|padre|entra|mi|habitación|adentro Mon|père|entre|ma|chambre|à l'intérieur mio|padre|entra|nella mia|camera|dentro My father enters my room. Tėvas įeina į mano kambarį. Meu pai entra no meu quarto. Mon père entre dans ma chambre. Babam odamdan içeri giriyor. Мой отец заходит в мою комнату. Mein Vater kommt in mein Zimmer. Мій батько заходить до моєї кімнати. 아버지가 내 방에 들어오십니다. والدي يدخل غرفتي. 我爸爸进我的房间。 پدرم وارد اتاق من می‌شود. Mi padre entra en mi habitación. Tatăl meu intră în camera mea. 我爸爸进了我的房间。 Mio padre entra nella mia stanza. Hij kijkt me verbaasd aan. او|نگاه می‌کند|به من|متعجب|به 他|看|我|惊讶地|向 Він|дивиться|мені|здивовано|в обличчя Er|schaut|mich|überrascht|an He|looks|me|He looks at me surprised.|at Ele|olha|para mim|surpreso|com هو|ينظر|إليّ|مندهش|إلى el|se uită|la mine|surprins|la 그는|쳐다본다|나를|놀란|쳐다보다 |||zdziwiony| 他|看|我|惊讶|向 O|bakıyor|bana|şaşkın|olarak Он|смотрит|мне|удивленно|в лицо él|mira|a mí|sorprendido|a Il|regarde|me|avec étonnement|à lui|guarda|me|sorpreso|in He looks at me in surprise. Jis nustebęs pažvelgia į mane. Ele me olha surpreso. Il me regarde avec étonnement. Bana şaşkın bir şekilde bakıyor. Он смотрит на меня с удивлением. Er schaut mich überrascht an. Він дивиться на мене здивовано. 그가 놀란 표정으로 나를 바라봅니다. يحدق بي بدهشة. 他惊讶地看着我。 او با تعجب به من نگاه می‌کند. Él me mira sorprendido. Se uită la mine uimit. 他惊讶地看着我。 Mi guarda sorpreso. Waarom? چرا 为什么 Чому Warum why Por que لماذا de ce 为什么 Neden Почему por qué Pourquoi perché Why? Kodėl? Por quê? Pourquoi ? Neden? Почему? Warum? Чому? 왜요? لماذا؟ 为什么? چرا؟ ¿Por qué? De ce? 为什么? Perché? Omdat ik nog niet ben aangekleed. چونکه|من|هنوز|نه|هستم|لباس پوشیده 因为|我|还|不|我是|穿好衣服 Тому що|я|ще|не|є|одягнений Weil|ich|noch|nicht|bin|angekleidet because||still|not|am|dressed Porque|eu|ainda|não|estou|vestido لأن|أنا|بعد|لا|أنا|متجهاً pentru că|eu|încă|nu|sunt|îmbrăcat 때문에|나|아직|안|~이다|옷을 입다 |||||aangekleed 因为|我|还|不|是|穿好衣服 Çünkü|ben|henüz|değil|ben|giyinmiş Потому что|я|еще|не|(глагол-связка)|одет porque|yo|aún|no|estoy|vestido |||||着替えて Parce que|je|encore|pas|suis|habillé perché|io|ancora|non|sono|vestito Because I'm not dressed yet. Nes dar nesu apsirengęs. 因为我还没穿衣服 Porque eu ainda não estou vestido. Parce que je ne suis pas encore habillé. Çünkü henüz giyinmedim. Потому что я еще не оделся. Weil ich mich noch nicht angezogen habe. Бо я ще не одягнувся. 아직 옷을 입지 않아서요. لأنني لم أرتدي ملابسي بعد. 因为我还没有穿好衣服。 چون هنوز لباس نپوشیده‌ام. Porque aún no me he vestido. Pentru că încă nu m-am îmbrăcat. 因为我还没有穿好衣服。 Perché non mi sono ancora vestito. ‘Daniel! 丹尼尔 Daniel Daniel Daniel Daniel 'Daniel! 丹尼尔 ‘Daniel! ‘Daniel ! ‘Daniel! ‘Даниэль! ‘Daniel! ‘Даніеле! ‘다니엘! ‘دانيال! ‘丹尼尔! ‘دانیل! ‘¡Daniel! ‘Daniel! ‘丹尼尔! ‘Daniel! Waarom ben je niet aangekleed?', vraagt pa. 为什么|我是|你|不|穿好衣服|他问|爸爸 ||||||Papa ||||dressed||dad de ce|ești|tu|nu|îmbrăcat|întreabă|tata por qué|estoy|tú|no|vestido|pregunta|papá pourquoi|||pas|habillé||papa perché|sei|tu|non|vestito|chiede|papà Why aren't you dressed?" asks Dad. 你怎么还没穿衣服?"爸爸问。 Por que você não está vestido?', pergunta o pai. Pourquoi n'es-tu pas habillé ? demande papa. Neden giyinmedin?' diye soruyor baba. Почему ты не одет?', спрашивает папа. Warum bist du nicht angezogen?', fragt Papa. Чому ти ще не одягнений?', запитує тато. 왜 옷을 입지 않았니?' 아빠가 묻는다. لماذا لم ترتدي ملابسك؟' يسأل الأب. “你为什么还没穿好衣服?”爸爸问。 چرا لباس نپوشیده‌ای؟' پدر می‌پرسد. ¿Por qué no estás vestido?', pregunta papá. De ce nu ești îmbrăcat?', întreabă tata. ‘你为什么还没有穿好衣服?' 爸爸问。 Perché non sei vestito?', chiede papà.

‘Aangekleed? 穿好衣服 Dressed îmbrăcat vestido habillé vestito 'Dressed up? ‘Vestido? ‘Habillé ? ‘Giyinmek mi? ‘Одет? ‘Angezogen? ‘Одягнений? ‘옷을 입었다고? ‘مرتدي؟ ‘穿好衣服? ‘لباس پوشیده؟ ‘¿Vestido? ‘Îmbrăcat? ‘穿好衣服? ‘Vestito? Ik ben pas net opgestaan. من|هستم|تازه|فقط|بیدار شده 我|是|刚刚|刚|起床 Я|є|тільки|щойно|встав Ich|bin|gerade|erst|aufgestanden I|am|just|just|just got up Eu|estou|apenas|recentemente|levantado أنا|كنت|للتو|فقط|استيقظت eu|sunt|abia|tocmai|m-am ridicat 나|~이다|방금|막|일어났다 ||dopiero|dopiero|wstałem 我|是|刚|刚刚|起床 Ben|'değil'|yeni|tam olarak|kalktım Я|есть|только|только что|встал yo|estoy|apenas|justo|levantado Je|suis|à peine|juste|levé io|sono|appena|appena|alzato I only just got up. Tik ką atsikėliau. 我才刚起床。 Eu acabei de me levantar. Je viens à peine de me lever. Ben daha yeni kalktım. Я только что встал. Ich bin gerade erst aufgestanden. Я тільки-но встав. 나는 방금 일어났다. لقد استيقظت للتو. 我刚刚起床。 من تازه بیدار شدم. Acabo de levantarme. Abia m-am trezit. 我刚刚起床。 Mi sono appena alzato. Ik heb vijf minuten geleden gedoucht. من|دارم|پنج|دقیقه|پیش|دوش گرفته 我|有|五|分钟|之前|洗澡 Ich|habe|fünf|Minuten|vor|geduscht Я|маю|п'ять|хвилин|тому|прийняв душ |have|five|minutes ago|ago|showered Eu|tenho|cinco|minutos|há|tomei banho أنا|لقد|خمس|دقائق|مضت|استحممت eu|am|cinci|minute|în urmă|m-am spălat 나|~했다|다섯|분|전에|샤워했다 ||||temu| 我|有|五|分钟|之前|洗澡 Ben|aldım|beş|dakika|önce|duş aldım Я|имею|пять|минут|назад|принял душ yo|he|cinco|minutos|hace|duchado Je|ai|cinq|minutes|il y a|pris une douche io|ho|cinque|minuti|fa|fatto la doccia I took a shower five minutes ago. Prieš penkias minutes nusiprausiau po dušu. 我五分钟前刚洗过澡 Eu tomei banho há cinco minutos. Je viens de prendre une douche il y a cinq minutes. Beş dakika önce duş aldım. Я принял душ пять минут назад. Ich habe vor fünf Minuten geduscht. Я прийняв душ п'ять хвилин тому. 나는 5분 전에 샤워를 했다. لقد استحممت قبل خمس دقائق. 我五分钟前洗了澡。 پنج دقیقه پیش دوش گرفتم. Me duché hace cinco minutos. M-am spălat acum cinci minute. 我五分钟前洗了澡。 Ho fatto la doccia cinque minuti fa. Ik ben nog niet eens droog!' من|هستم|هنوز|نه|حتی|خشک 我|是|还|不|甚至|干 Я|є|ще|не|навіть|сухий Ich|bin|noch|nicht|einmal|trocken I||"still"|not yet|even|dry Eu|sou|ainda|não|sequer|seco أنا|كنت|لا|ليس|حتى|جاف eu|sunt|încă|nu|nici măcar|uscat 나|~이다|아직|~하지 않다|한 번도|마른 |||||suchy 我|是|还|不|甚至|干 Ben|ben|henüz|değil|bile|kuru Я|есть|еще|не|даже|сухой yo|estoy|aún|no|ni siquiera|seco Je|es|encore|pas|même|sec io|sono|ancora|non|nemmeno|asciutto I'm not even dry yet! Aš dar net nesu išdžiūvęs! 我还没干呢! Eu ainda nem estou seco!' Je ne suis même pas encore sec ! Hala kurulanmadım bile!' Я даже еще не высох! Ich bin noch nicht einmal trocken! Я ще навіть не висох! 나는 아직도 마르지 않았다! لم أجف بعد! 我还没干呢! هنوز حتی خشک نشده‌ام! ¡Ni siquiera estoy seco! Încă nu sunt nici măcar uscat! 我还没干呢! Non sono nemmeno asciutto!

‘Kom! بیا Іди Komm come Venha تعال vino Gel Иди ven Viens vieni 'Come! "Ateikite! ‘Vem! ‘Viens! ‘Gel! «Давай!» „Komm! «Іди!» ‘가자! هيا! ‘来吧! بیا! ¡Vamos! ‘Hai! ‘来吧! ‘Vieni! We hebben niet veel tijd. ما|داریم|نه|زیاد|وقت 我们|有|不|多|时间 Wir|haben|nicht|viel|Zeit Ми|маємо|не|багато|часу |have||much|time Nós|temos|não|muito|tempo نحن|لدينا|ليس|كثير|وقت noi|avem|nu|mult|timp 우리는|가지고 있다|아니다|많은|시간 我们|有|不|多|时间 Biz|var|değil|çok|zaman Мы|имеем|не|много|времени nosotros|tenemos|no|mucho|tiempo Nous|avons|pas|beaucoup|temps noi|abbiamo|non|molto|tempo We don't have much time. Neturime daug laiko. Não temos muito tempo. Nous n'avons pas beaucoup de temps. Çok vaktimiz yok. У нас не так много времени. Wir haben nicht viel Zeit. У нас не так багато часу. 우리는 시간이 많지 않아. ليس لدينا الكثير من الوقت. 我们没有很多时间。 ما زمان زیادی نداریم. No tenemos mucho tiempo. Nu avem mult timp. 我们没有很多时间。 Non abbiamo molto tempo. Ik wil je naar de luchthaven brengen. من|می‌خواهم|تو را|به||فرودگاه|ببرم 我|想|你|去|机场|机场|带 Ich|will|dich|zur|der|Flughafen|bringen Я|хочу|тебе|до||аеропорт|відвезти |want to|you|||airport|bring Eu|quero|te|para|o|aeroporto|levar أنا|أريد|لك|إلى|ال|المطار|أخذ eu|vreau|te|la|aeroport||a duce 나는|원하다|너를|~로|그|공항|데려가다 我|想|你|到|机场|机场|带 Ben|istiyorum|seni|e||havaalanı|götürmek Я|хочу|тебя|в|аэропорт|аэропорт|отвезти yo|quiero|te|hacia|el|aeropuerto|llevar Je|veux|te|à|l'|aéroport|conduire io|voglio|ti|verso|l'|aeroporto|portare I want to take you to the airport. Noriu nuvežti tave į oro uostą. 我想送你去机场 Eu quero te levar ao aeroporto. Je veux te conduire à l'aéroport. Seni havaalanına götürmek istiyorum. Я хочу отвезти тебя в аэропорт. Ich möchte dich zum Flughafen bringen. Я хочу відвезти тебе в аеропорт. 나는 너를 공항에 데려다 주고 싶어. أريد أن أوصلك إلى المطار. 我想送你去机场。 می‌خواهم تو را به فرودگاه ببرم. Quiero llevarte al aeropuerto. Vreau să te duc la aeroport. 我想送你去机场。 Voglio portarti all'aeroporto. Maar ik moet ook naar mijn werk.' اما|من|باید|همچنین|به|کارم|کار 但是|我|必须|也|去|我的|工作 Але|я|повинен|також|до|моєї|роботи Aber|ich|muss|auch|zur|mein|Arbeit but||have to|also|to|my|work Mas|eu|devo|também|para|meu|trabalho لكن|أنا|يجب|أيضا|إلى|عملي|عمل dar|eu|trebuie|de asemenea|la|munca|muncă 하지만|나는|해야 한다|또한|~로|내|일 但是|我|必须|也|到|我的|工作 Ama|ben|zorundayım|de|gitmek|benim|iş Но|я|должен|тоже|в|мой|работа pero|yo|debo|también|a|mi|trabajo Mais|je|dois|aussi|à|mon|travail ma|io|devo|anche|verso|il mio|lavoro But I also have to go to work. Bet aš taip pat turiu eiti į darbą. 但我也得去工作。 Mas eu também preciso ir para o meu trabalho.' Mais je dois aussi aller au travail.' Ama ben de işe gitmem gerekiyor.' Но мне тоже нужно на работу. Aber ich muss auch zur Arbeit. Але я також повинен йти на роботу. 하지만 나도 일하러 가야 해. لكن يجب أن أذهب إلى عملي أيضًا. 但我也必须去上班。 اما من باید به سر کارم هم بروم. Pero también tengo que ir a mi trabajo. Dar trebuie să merg și eu la muncă. 但我也必须去上班。 Ma devo anche andare al lavoro.

‘Maak je geen zorgen, pa. بساز|خودت|نه|نگرانی|پدر 让|你|不|担心|爸爸 Не|ти|жодних|турбот|тато Mach|du|keine|Sorgen|Papa Make||no|worry|dad Não faça|você|nenhuma|preocupações|pai اجعل|نفسك|لا|تقلق|أبي fă|tu|nu|îngrijorări|tata 만들다|너는|아니다|걱정|아빠 让|你|不|担心|爸爸 Yap|sen|hiç|endişe|baba Делай|ты|не|переживания|папа haz|te|no|preocupaciones|papá fais|tu|pas|soucis|papa fai|tu|non|preoccupazioni|papà 'Don't worry, Dad. "Nesijaudink, tėti. ‘Não se preocupe, pai. ‘Ne t'inquiète pas, papa. ‘Endişelenme, baba. Не переживай, папа. Mach dir keine Sorgen, Papa. Не хвилюйся, тато. 걱정하지 마, 아빠. لا تقلق، يا أبي. ‘别担心,爸爸。 نگران نباش، پدر. No te preocupes, papá. Nu-ți face griji, tată. ‘别担心,爸爸。 Non ti preoccupare, papà. Ik kleed me nu aan.' من|لباس می‌پوشم|خودم|حالا|به 我|穿|自己|现在|穿上 Я|одягаю|себе|зараз|одяг Ich|ziehe|mich|jetzt|an I|get dressed|myself|now|get dressed Eu|visto|me|agora|vestido أنا|ألبس|نفسي|الآن|على eu|îmbrac|mă|acum|îmbrac 나|옷을 입다|나 자신을|지금|입고 있다 我|穿|自己|现在|穿上 Ben|giyiniyorum|kendimi|şimdi|giyinmeye Я|одеваю|себя|сейчас|одет yo|visto|me|ahora|visto Je|habille|me|maintenant|en io|mi vesto|mi|ora|addosso I'm getting dressed now. Dabar apsirengiu. 我正在穿衣服 Estou me vestindo agora. Je m'habille maintenant. Şimdi giyiniyorum. Я сейчас одеваюсь. Ich ziehe mich jetzt an. Я зараз одягаюся. 나는 지금 옷을 입고 있어. أنا الآن أرتدي ملابسي. 我现在穿衣服。 من الان لباس می‌پوشم. Me estoy vistiendo. Mă îmbrac acum. 我现在穿衣服。 Mi vesto adesso.

‘Waar is je zus?' کجا|هست|خواهرت|خواهر 哪里|是|你的|姐妹 Де|є|твоя|сестра Wo|ist|deine|Schwester where||| Onde|está|sua|irmã أين|هي|أختك|أخت unde|este|sora ta|soră 어디|있다|너의|자매 哪里|是|你的|姐妹 Nerede|var|senin|kız kardeş Где|есть|твоя|сестра dónde|está|tu|hermana Où|est|ta|sœur dove|è|tua|sorella "Where is your sister? Onde está sua irmã? Où est ta sœur ? Kız kardeşin nerede? Где твоя сестра? Wo ist deine Schwester? Де твоя сестра? ‘너의 여동생은 어디에 있어?' أين أختك؟ ‘你妹妹在哪里? خواهر تو کجاست؟ ¿Dónde está tu hermana? Unde este sora ta? ‘你妹妹在哪里?' Dove è tua sorella?

‘Ze is in haar kamer.' او|هست|در|اتاقش|اتاق 她|是|在|她的|房间 Sie|ist|in|ihr|Zimmer Вона|є|в|її|кімната ||in|her|room Ela|está|em|seu|quarto هي|هي|في|غرفتها|غرفة ea|este|în|camera ei|cameră 그녀는|있다|안에|그녀의|방 她|是|在|她的|房间 O|dir|içinde|onun|odası Она|есть|в|её|комнате ella|está|en|su|habitación Elle|est|dans|sa|chambre lei|è|in|la sua|camera 'She's in her room.' Ela está no quarto dela. Elle est dans sa chambre. Odasında. Она в своей комнате. Sie ist in ihrem Zimmer. Вона в своїй кімнаті. ‘그녀는 그녀의 방에 있어.' هي في غرفتها. ‘她在她的房间里。 او در اتاقش است. Está en su habitación. Ea este în camera ei. ‘她在她的房间里。' È nella sua camera.

Mijn vader gaat de kamer van mijn zus binnen. پدرم|پدر|می‌رود|به|اتاق|خواهرم||خواهر|داخل 我的|父亲|去|这个|房间|的|我的|姐妹|进去 Мій|батько|йде|артикль|кімната|моєї|моя|сестра|всередину Mein|Vater|geht|die|Zimmer|von|meine|Schwester|hinein my|father|enters||||my|sister|in Meu|pai|vai|da|quarto|de|minha|irmã|dentro والدي|أبي|يذهب|إلى|غرفة|أختي|أختي|أخت| tatăl meu|tată|merge|în|cameră|a|sora mea|soră|înăuntru 나의|아버지|간다|그|방|의|나의|자매|안으로 我的|父亲|去|这个|房间|的|我的|姐妹|进去 Benim|babam|gider|-nın|oda|-ın|benim|kız kardeşim|içine Мой|отец|идет|(определенный артикль)|комната|(предлог)|моя|сестра|внутрь mi|padre|va|la|habitación|de|mi|hermana|adentro Mon|père|va|la|chambre|de|ma|sœur|à l'intérieur mio|padre|va|la|camera|di|mia|sorella|dentro My father enters my sister's room. Tėvas įeina į sesers kambarį. Meu pai entra no quarto da minha irmã. Mon père entre dans la chambre de ma sœur. Babam kız kardeşimin odasına giriyor. Мой отец заходит в комнату моей сестры. Mein Vater geht in das Zimmer meiner Schwester. Мій батько заходить до кімнати моєї сестри. 내 아버지가 내 여동생의 방에 들어간다. والدي يدخل غرفة أختي. 我爸爸走进我妹妹的房间。 پدرم وارد اتاق خواهرم می‌شود. Mi padre entra en la habitación de mi hermana. Tatăl meu intră în camera surorii mele. 我父亲走进我妹妹的房间。 Mio padre entra nella camera di mia sorella. Hij wil met haar praten. او|می‌خواهد|با|او|صحبت کردن 他|想要|和|她|说话 Er|will|mit|ihr|sprechen Він|хоче|з|нею|говорити |||her|talk Ele|quer|com|ela|falar هو|يريد|مع|لها|التحدث el|vrea|cu|ea|a vorbi 그|원하다|~와|그녀|이야기하다 他|想要|和|她|说话 O|istiyor|ile|ona|konuşmak Он|хочет|с|ней|говорить él|quiere|con|ella|hablar Il|veut|avec|elle|parler lui|vuole|con|lei|parlare He wants to talk to her. Jis nori su ja pasikalbėti. Ele quer falar com ela. Il veut lui parler. Onunla konuşmak istiyor. Он хочет с ней поговорить. Er will mit ihr sprechen. Він хоче з нею поговорити. 그는 그녀와 이야기하고 싶어한다. هو يريد التحدث معها. 他想和她谈谈。 او می‌خواهد با او صحبت کند. Él quiere hablar con ella. El vrea să vorbească cu ea. 他想和她谈谈。 Vuole parlare con lei. Hij komt binnen en Julia kijkt hem aan. او|وارد می‌شود|داخل|و|جولیا|نگاه می‌کند|او|به 他|进来|里面|和|朱莉亚|看|他|向 Він|входить|всередину|і|Юлія|дивиться|йому|в обличчя Er|kommt|hinein|und|Julia|schaut|ihn|an he|comes|in||Julia|looks at|him|at him Ele|entra|dentro|e|Julia|olha|para ele|de novo هو|يدخل|إلى الداخل|و|جوليا|تنظر|إليه|إلى el|intră|înăuntru|și|Julia|se uită|la el|la 그|들어오다|안으로|그리고|줄리아|바라보다|그를|향하여 他|进来|里面|和|朱莉亚|看|他|向 O|gelir|içeri|ve|Julia|bakar|ona|dikkatlice Он|входит|внутрь|и|Юлия|смотрит|на него|в лицо él|entra|adentro|y|Julia|mira|a él|a Il|entre|à l'intérieur|et|Julia|regarde|lui|fixement lui|entra|dentro|e|Julia|guarda|lui|in He enters and Julia looks at him. Jis įeina, o Julija žiūri į jį. 他走进来,朱莉娅看着他。 Ele entra e Julia olha para ele. Il entre et Julia le regarde. İçeri giriyor ve Julia ona bakıyor. Он заходит, и Джулия смотрит на него. Er kommt herein und Julia sieht ihn an. Він заходить, і Юлія дивиться на нього. 그가 들어오고 줄리아가 그를 바라본다. هو يدخل وجوليا تنظر إليه. 他走进来,朱莉亚看着他。 او وارد می‌شود و جولیا به او نگاه می‌کند. Él entra y Julia lo mira. El intră și Julia se uită la el. 他走了进来,朱莉亚看着他。 Entra e Julia lo guarda. ‘Oh, hallo pa. اوه|سلام|پدر 哦|你好|爸爸 О|привіт|тато Oh|hallo|Papa Oh|hello| Oh|olá|pai أو|مرحبا|أبي oh|salut|tată 오|안녕|아빠 哦|你好|爸爸 Oh|merhaba|baba О|привет|папа oh|hola|papá Oh|bonjour|papa oh|ciao|papà 'Oh, hello dad. ‘Oh, olá pai. ‘Oh, bonjour papa. ‘Oh, merhaba baba. ‘О, привет, папа. ‘Oh, hallo Papa. ‘О, привіт, тато. ‘오, 안녕 아빠. ‘أوه، مرحبا أبي. ‘哦,嗨,爸爸。 ‘اوه، سلام پدر. ‘Oh, hola papá. ‘Oh, bună tată. ‘哦,嗨,爸爸。 ‘Oh, ciao papà. Is er iets?', vraagt Julia. هست|وجود|چیزی|می‌پرسد|جولیا 是|有|什么|问|朱莉亚 Ist|er|etwas|fragt|Julia є|щось|щось|запитує|Юлія |there|something|asks| há|algo|algo|pergunta|Julia هل|هناك|شيء|تسأل|جوليا este|ceva|ceva|întreabă|Julia ~인가|~이|무언가|묻다|줄리아 是|有|什么|问|朱莉亚 Var|orada|bir şey|sorar|Julia Есть|что-то|что-то|спрашивает|Юлия hay|algo|algo|pregunta|Julia Est|il y a|quelque chose|demande|Julia c'è|qualcosa|qualcosa|chiede|Julia Is something wrong?" asks Julia. Ar yra kas nors?" - klausia Julija. Há algo?', pergunta Julia. Y a-t-il quelque chose ?', demande Julia. Bir şey mi var?', diye soruyor Julia. Есть что-то?', спрашивает Джулия. Ist etwas?', fragt Julia. Є щось?', запитує Юлія. 무슨 일이야?' 줄리아가 묻는다. هل هناك شيء؟' تسأل جوليا. 有什么事吗?'朱莉亚问。 آیا چیزی هست؟' جولیا می‌پرسد. ¿Hay algo?', pregunta Julia. Este ceva?', întreabă Julia. 有什么事吗?'朱莉亚问。 C'è qualcosa?', chiede Julia.

‘Ja. بله 是的 Так Ja yes Sim نعم da 是的 Evet Да Oui ‘Yes. ‘Sim. ‘Oui. ‘Evet. ‘Да. ‘Ja. ‘Так. ‘네. ‘نعم. ‘是的。 ‘بله. ‘Sí. ‘Da. ‘是的。 ‘Sì. Je broer kleedt zich nu aan. تو|برادر|لباس می‌پوشد|خود را|حالا|به 你的|兄弟|穿|自己|现在|穿上 Твій|брат|одягає|себе|зараз|одяг Dein|Bruder|zieht|sich|jetzt|an you|brother|is getting dressed|himself|| Seu|irmão|veste|se|agora|vestido أنت|أخ|يرتدي|نفسه|الآن|يرتدي tu|frate|se îmbracă|se|acum|îmbracă 너의|형|옷을 입고 있다|자신을|지금|입고 你|兄弟|穿|自己|现在|穿上 Sen|erkek kardeş|giydirir|kendini|şimdi|giyinmeye Ты|брат|одевает|себя|сейчас|в одежду tu|hermano|se viste|a sí mismo|ahora|a Tu|frère|s'habille|lui-même|maintenant|habillé tuo|fratello|si veste|si|adesso|vestendo Your brother is getting dressed now. 你哥哥正在穿衣服 Seu irmão está se vestindo agora. Ton frère s'habille maintenant. Kardeşin şimdi giyiniyor. Твой брат сейчас одевается. Dein Bruder zieht sich jetzt an. Твій брат зараз одягається. 너의 형이 지금 옷을 입고 있어. أخوك يرتدي ملابسه الآن. 你哥哥正在穿衣服。 برادرت الان لباس می‌پوشد. Tu hermano se está vistiendo ahora. Fratele tău se îmbracă acum. 你哥哥正在穿衣服。 Tuo fratello si sta vestendo ora. Dus geef ik dit aan jou. پس|می‌دهم|من|این|به|تو 所以|给|我|这个|给|你 То|даю|я|це|тобі|тобі Also|gebe|ich|dies|an|dich So|give||this|to|you Então|dou|eu|isso|a| لذلك|أعطي|أنا|هذا|إلى|أنت deci|dau|eu|asta|către|tine 그래서|주다|나는|이것을|에게|너에게 所以|我给|我|这个|给|你 Yani|veriyorum|ben|bunu|sana| Так|даю|я|это|тебе| así que|doy|yo|esto|a|ti Alors|je donne|je|ceci|à|toi quindi|do|io|questo|a|te So I'll give this to you. Taigi, aš jums tai duodu. 所以,我把这个送给你。 Então eu dou isso a você. Alors je te donne ça. Yani bunu sana veriyorum. Так что я даю это тебе. Also gebe ich dir das. Отже, я даю це тобі. 그래서 이걸 너에게 줄게. لذا سأعطيك هذا. 所以我把这个给你。 پس این را به تو می‌دهم. Así que te doy esto. Așa că îți dau asta. 所以我把这个给你。 Quindi ti do questo. Alsjeblieft.' Mijn vader geeft Julia een stapeltje bankbiljetten. خواهش می‌کنم|پدرم|پدر|می‌دهد|جولیا|یک|دسته|اسکناس‌ها 请|我的|父亲|给|朱莉娅|一|一堆|钞票 Будь ласка|Мій|батько|дає|Юлії|один|стосик|банкноти Bitte|Mein|Vater|gibt|Julia|ein|Stapel|Geldscheine Please||father|gives|||stack of bills|banknotes Por favor|Meu|pai|dá|Julia|um|monte|notas تفضل|والدي|أبي|يعطي|جوليا|مجموعة|من|الأوراق النقدية te rog|tatăl meu|tată|dă|Juliei|un|morman|bancnote 제발|나의|아버지|주다|줄리아에게|하나의|더미|지폐들 ||||||stapeltje| ||||||staple| 请|我的|父亲|他给|朱莉亚|一|堆|钞票 Lütfen|Benim|baba|verir|Julia|bir|deste|banknotlar Пожалуйста|Мой|отец|дает|Юлия|один|стопка|банкнот por favor|mi|padre|da|a Julia|un|montón|billetes ||||||束|お札 S'il te plaît|Mon|père|donne|Julia|un|petit tas|billets de banque prego|mio|padre|dà|a Julia|un|mazzetto|banconote Please. My father hands Julia a stack of banknotes. Tolong," ayah saya memberikan setumpuk uang kertas kepada Julia. Prašome. Tėvas paduoda Julijai banknotų krūvelę. 请。父亲递给茱莉亚一叠钞票 Por favor.' Meu pai dá a Julia um monte de notas. S'il te plaît.' Mon père donne à Julia une pile de billets. Lütfen.' Babam Julia'ya bir yığın banknot veriyor. Пожалуйста.' Мой отец дает Юлии стопку банкнот. Bitte.' Mein Vater gibt Julia einen Stapel Geldscheine. Будь ласка.' Мій батько дає Юлії купу банкнот. 제발.' 아버지가 줄리아에게 지폐 더미를 준다. تفضل.' والدي يعطي جوليا مجموعة من الأوراق النقدية. 请。' 我父亲给了朱莉亚一叠钞票。 لطفاً.' پدرم به جولیا یک دسته اسکناس می‌دهد. Por favor.' Mi padre le da a Julia un montón de billetes. Te rog.' Tatăl meu îi dă Juliei un teanc de bancnote. 请。' 我父亲给了朱莉亚一叠钞票。 Prego.' Mio padre dà a Julia un mazzo di banconote. ‘Dit is voor jullie beiden.' این|است|برای|شما|هر دو 这个|是|为了|你们|两个 Це|є|для|вас|обох Das|ist|für|euch|beide This|is||you both|both of you Isto|é|para|vocês|ambos هذا|هو|ل|أنتم|كلاكما acesta|este|pentru|voi|amândoi 이것은|이다|위해|너희|둘 다 这个|是|为了|你们|两个 Bu|dir|için|siz|ikisi Это|есть|для|вы|оба esto|es|para|ustedes|ambos Cela|est|pour|vous|deux questo|è|per|voi|entrambi 'This is for both of you.' 这是给你们俩的 ‘Isso é para vocês dois.' ‘C'est pour vous deux.' ‘Bu ikiniz için.' ‘Это для вас обоих.' ‘Das ist für euch beide.' ‘Це для вас обох.' ‘이건 너희 둘을 위한 거야.' ‘هذا لكما معاً.' ‘这是给你们俩的。' ‘این برای هر دوی شماست.' ‘Esto es para los dos.' ‘Aceasta este pentru voi amândoi.' ‘这是给你们俩的。' ‘Questo è per entrambi voi.'

Julia is verbaasd. جولیا|است|متعجب Julia|是|惊讶的 Julia|ist|überrascht Юлія|є|здивована ||Julia is surprised. Julia|está|surpresa جوليا|هي|مندهشة Julia|este|surprinsă 줄리아|이다|놀란 ||zdziwiona Julia|是|惊讶的 Julia|-dır|şaşırmış Юлия|есть|удивлена Julia|está|sorprendida Julia|est|surprise Julia|è|sorpresa Julia is puzzled. 朱莉娅百思不得其解。 Julia está surpresa. Julia est surprise. Julia şaşırmış. Юлия удивлена. Julia ist überrascht. Юлія здивована. 줄리아는 놀란다. يوليا مندهشة. 朱莉亚感到惊讶。 جولیا شگفت‌زده است. Julia está sorprendida. Julia este surprinsă. 朱莉亚感到惊讶。 Julia è sorpresa. ‘Pa!' Dit is veel geld!, zegt ze. پدر|این|است|زیاد|پول|می‌گوید|او 爸爸|这个|是|很多|钱|说|她 Papa|Das|ist|viel|Geld|sagt|sie Тато|Це|є|багато|грошей|каже|вона |this|||money|says| Pai|Isto|é|muito|dinheiro|diz|ela أبي|هذا|هو|كثير|مال|تقول|هي pa|acesta|este|mult|bani|spune|ea 아빠|이것은|이다|많은|돈|말한다|그녀는 爸爸|这个|是|很多|钱|说|她 Baba|Bu|dir|çok|para|diyor|o Папа|Это|есть|много|денег|говорит|она papá|esto|es|mucho|dinero|dice|ella Papa|ceci|est|beaucoup|argent|dit|elle papà|questo|è|molto|denaro|dice|lei "Dad! This is a lot of money!" she says. ‘Pai!' Isso é muito dinheiro!, diz ela. ‘Papa!' C'est beaucoup d'argent!, dit-elle. ‘Baba!' Bu çok para!, diyor. ‘Папа! Это много денег!', говорит она. ‘Papa!' Das ist viel Geld!, sagt sie. ‘Тато!' Це багато грошей!, каже вона. ‘아빠!' 이건 너무 많은 돈이에요!, 그녀가 말한다. ‘أبي!' هذا مبلغ كبير من المال! تقول. ‘爸爸!这太多钱了!'她说。 ‘پدر!' این خیلی پول است! ، او می‌گوید. ‘¡Papá! ¡Esto es mucho dinero!', dice ella. ‘Tată!' Aceasta este o mulțime de bani!, spune ea. ‘爸爸!这太多钱了!'她说。 ‘Papà!' Questi sono molti soldi!, dice.

‘Je moeder en ik hebben dit geld gespaard. مادر تو|مادر|و|من|داریم|این|پول|پس‌انداز کرده‌ایم 你的|妈妈|和|我|有|这个|钱|存 Deine|Mutter|und|ich|haben|dieses|Geld|gespart Твоя|мати|і|я|маємо|ці|гроші|заощаджене |mother|||||money|saved up Sua|mãe|e|eu|temos|este|dinheiro|economizado أمك|الأم|و|أنا|لدينا|هذا|مال|ادخرنا mama ta|mama|și|eu|am|acești|bani|economisiți 너의|엄마|그리고|나는|가지고 있다|이|돈|저축한 你的|妈妈|和|我|有|这个|钱|存 Sen|anne|ve|ben|sahipiz|bu|para|biriktirdik Ты|мама|и|я|мы имеем|эти|деньги|сэкономили tu|madre|y|yo|hemos|este|dinero|ahorrado Tu|mère|et|je|avons|cet|argent|économisé tua|madre|e|io|abbiamo|questi|denaro|risparmiato 'Your mother and I saved this money. "Mes su tavo mama sutaupėme šiuos pinigus. ‘Sua mãe e eu economizamos este dinheiro. ‘Ta mère et moi avons économisé cet argent. ‘Annen ve ben bu parayı biriktirdik. ‘Мы с твоей мамой сэкономили эти деньги. ‘Deine Mutter und ich haben dieses Geld gespart. ‘Твоя мама і я заощаджували ці гроші. ‘너희 엄마와 나는 이 돈을 모았어. ‘لقد ادخرنا هذا المال أنا ووالدتك. ‘你妈妈和我存了这笔钱。' ‘مادر تو و من این پول را پس‌انداز کرده‌ایم. ‘Tu madre y yo hemos ahorrado este dinero. ‘Eu și mama ta am economisit acești bani. ‘你妈妈和我存了这笔钱。' ‘Tua madre ed io abbiamo risparmiato questi soldi. We willen een deel van jullie reis naar Nederland betalen.' 我们|想要|一个|部分|的|你们的|旅行|到|荷兰|支付 |||part||||to||pay |||parte|||||| |||parte|de|su|viaje|a|Países Bajos|pagar noi|vogliamo|un|parte|di|vostro|viaggio|verso|Olanda|pagare We want to pay part of your trip to Holland. Norime apmokėti dalį jūsų kelionės į Nyderlandus išlaidų. 我们想支付您前往荷兰的部分旅费。 Queremos pagar uma parte da sua viagem para a Holanda.' Nous voulons payer une partie de votre voyage aux Pays-Bas.' Sizlerin Hollanda'ya olan seyahatinizin bir kısmını ödemek istiyoruz.' Мы хотим оплатить часть вашего путешествия в Нидерланды. Wir möchten einen Teil eurer Reise nach Nederland bezahlen. Ми хочемо оплатити частину вашої подорожі до Нідерландів. 우리는 여러분의 네덜란드 여행의 일부를 지불하고 싶습니다. نريد أن ندفع جزءًا من رحلتكم إلى هولندا. 我们想支付你们去荷兰旅行的一部分费用。 ما می‌خواهیم بخشی از سفر شما به هلند را پرداخت کنیم. Queremos pagar una parte de su viaje a los Países Bajos. Vrem să plătim o parte din călătoria voastră în Olanda. 我们想支付你们去荷兰旅行的一部分费用。 Vogliamo pagare una parte del vostro viaggio nei Paesi Bassi.

‘Bedankt pa!', zegt mijn zus. gracias||dice||hermana 谢谢|爸爸|说|我的|姐妹 thanks|||| grazie|papà|dice|mia|sorella "Thanks Dad!" my sister says. ‘Obrigado, pai!', diz minha irmã. ‘Merci papa!', dit ma sœur. ‘Teşekkürler baba!', diyor kız kardeşim. ‘Спасибо, папа!', говорит моя сестра. „Danke, Papa!“, sagt meine Schwester. ‘Дякую, тато!', каже моя сестра. ‘고마워 아빠!’라고 내 여동생이 말합니다. شكرًا أبي! ‘谢谢爸爸!'我妹妹说。 ‘ممنون پدر!' خواهرم می‌گوید. ¡Gracias papá!, dice mi hermana. ‘Mulțumesc, tată!', spune sora mea. ‘谢谢爸爸!'我妹妹说。 ‘Grazie papà!', dice mia sorella. ‘Het zal ons goed helpen. eso|nos ayudará||bien|ayudar 这|将会|我们|好|帮助 questo|sarà|a noi|bene|aiutare 'It will serve us well. "Jis mums puikiai pasitarnaus. ‘Isso vai nos ajudar muito. ‘Cela va beaucoup nous aider. ‘Bu bize çok yardımcı olacak. ‘Это нам очень поможет. „Es wird uns gut helfen. ‘Це нам дуже допоможе. ‘이것이 우리에게 큰 도움이 될 거예요. سيساعدنا ذلك كثيرًا. ‘这对我们会有很大帮助。 ‘این به ما خیلی کمک خواهد کرد. Nos ayudará mucho. ‘Ne va ajuta mult. ‘这对我们会有很大帮助。 ‘Ci aiuterà molto. Ik ga het Daniel vertellen!' yo||lo||decir 我|将要|这|丹尼尔|告诉 ||||tell io|vado|questo|a Daniel|dire I'm going to tell Daniel! Pasakysiu Danieliui! Vou contar ao Daniel!' Je vais le dire à Daniel!' Daniel'e bunu söyleyeceğim!' Я расскажу Даниэлю! Ich werde es Daniel erzählen! Я скажу це Даніелю! 나는 다니엘에게 말할 거예요!' سأخبر دانيال! 我去告诉丹尼尔!' من این را به دانیل می‌گویم! ¡Se lo voy a contar a Daniel! O să-i spun lui Daniel! 我会告诉丹尼尔的!' Lo dirò a Daniel!'

Julia wil naar mij toe gaan. 朱莉亚|想要|向|我|到|去 ||||here| Giulia|vuole|verso|me|andare| Julia wants to go to me. Julija nori eiti pas mane. 茱莉亚想去找我 Julia quer vir até mim. Julia veut venir chez moi. Julia bana gelmek istiyor. Юлия хочет прийти ко мне. Julia will zu mir kommen. Юлія хоче прийти до мене. 줄리아가 나에게 오고 싶어 한다. جوليا تريد أن تأتي إلي. 朱莉亚想来找我。 جولیا می‌خواهد به سمت من بیاید. Julia quiere venir a verme. Julia vrea să vină la mine. 朱莉亚想来找我。 Julia vuole venire da me. Ze loopt bijna tegen me op. |viene|casi|contra|| 她|她走|几乎|碰到|我|向 lei|cammina|quasi|contro|me|addosso She almost runs into me. Ji beveik atsitrenkia į mane. 她差点撞到我。 Ela quase esbarra em mim. Elle est presque en train de me heurter. Neredeyse bana çarpacak. Она почти врезалась в меня. Sie läuft fast gegen mich. Вона майже натрапила на мене. 그녀는 거의 나에게 부딪힐 뻔했다. هي تكاد تصطدم بي. 她差点撞到我。 او تقریباً به من برخورد می‌کند. Casi se choca conmigo. Ea aproape că se lovește de mine. 她差点撞到我。 Sta quasi per sbattere contro di me. Zij en pa hebben niet gemerkt dat ik binnenkwam. 她|和|爸爸|他们有|不|注意到|那|我|进来 ||||||||eingekommen ||||||||came in |||han|no|notado|||entré lei|e|papà|hanno|non|notato|che|io|entrai Neither she nor Dad noticed that I came in. Ji ir tėtis nepastebėjo, kad įėjau. Ela e papai não perceberam que eu entrei. Elle et papa n'ont pas remarqué que je suis entré. O ve babam içeri girdiğimi fark etmediler. Она и папа не заметили, что я вошел. Sie und Papa haben nicht bemerkt, dass ich hereingekommen bin. Вона і тато не помітили, що я зайшов. 그녀와 아빠는 내가 들어온 것을 눈치채지 못했다. هي وأبي لم يلاحظا أنني دخلت. 她和爸爸没有注意到我进来了。 او و پدر متوجه نشدند که من وارد شدم. Ella y papá no se dieron cuenta de que entré. Ea și tata nu au observat că am intrat. 她和爸爸没有注意到我进来了。 Lei e papà non si sono accorti che sono entrato. Mijn vader ziet mij. |padre|ve| 我的|父亲|看见|我 mio|padre|vede|me My father sees me. Tėvas mane mato. 我父亲看到我了 Meu pai me vê. Mon père me voit. Babam beni görüyor. Мой отец видит меня. Mein Vater sieht mich. Мій батько бачить мене. 아빠가 나를 보고 있다. والدي يراني. 我爸爸看到了我。 پدرم مرا می‌بیند. Mi padre me ve. Tata mă vede. 我爸爸看到了我。 Mio padre mi vede. ‘Oh Daniel, je bent er!', zegt hij. اوه|دانیل|تو|هستی|آنجا|می‌گوید|او 哦|丹尼尔|你|是|在那里|他说|他 Oh|Daniel|du|bist|da|sagt|er О|Даніель|ти|є|тут||він |||are|there|| Oh|Daniel|você|está|aqui|diz|ele أو|دانيال|أنت|كنت|هنا|يقول|هو oh|Daniel|tu|ești|acolo|spune|el 오|다니엘|너는|있다|거기에|말한다|그는 哦|丹尼尔|你|是|在这里|他说|他 Oh|Daniel|sen|varsın|burada|diyor|o О|Даниэль|ты|есть|здесь|говорит|он oh|Daniel|tú|estás|allí|dice|él Oh|Daniel|tu|es|là|dit|il oh|Daniel|tu|sei|lì|dice|lui "Oh Daniel, you're here!" he says. "Danieliau, tu čia!" - sako jis. ‘Oh Daniel, você está aqui!', diz ele. ‘Oh Daniel, tu es là !', dit-il. ‘Oh Daniel, geldin!', diyor. ‘О, Даниэль, ты здесь!', говорит он. ‘Oh Daniel, du bist da!', sagt er. ‘О, Даніеле, ти тут!', каже він. ‘오 다니엘, 너가 여기 있구나!' 그가 말한다. ‘أوه دانيال، أنت هنا!' يقول. ‘哦,丹尼尔,你来了!'他说。 ‘اوه دانیل، تو اینجایی!' او می‌گوید. ‘¡Oh Daniel, ya estás aquí!', dice él. ‘Oh Daniel, ești aici!', spune el. ‘哦,丹尼尔,你来了!' 他说。 ‘Oh Daniel, sei qui!', dice. ‘En je bent aangekleed! و|تو|هستی|لباس پوشیده 而且|你|是|穿好了 Und|du|bist|angekleidet І|ти|є|одягнений ||are|dressed E|você|está|vestido و|أنت|كنت|متسوق și|tu|ești|îmbrăcat 그리고|너는|있다|옷을 입은 而且|你|是|穿好衣服 Ve|sen|oldun|giyinmiş И|ты|есть|одет y|tú|estás|vestido Et|tu|es|habillé e|tu|sei|vestito 'And you're dressed! "Ir tu apsirengęs! 你穿好衣服了 ‘E você está vestido! ‘Et tu es habillé ! ‘Ve giyinmişsin! ‘И ты одет! ‘Und du bist angezogen! ‘І ти одягнений! ‘그리고 너는 옷을 입었구나! ‘وأنت مرتدي الملابس! ‘而且你穿好了衣服! ‘و تو لباس پوشیده‌ای! ‘¡Y estás vestido! ‘Și ești îmbrăcat! ‘而且你穿好了衣服! ‘E sei vestito! Fantastisch!' Mijn vader wijst naar het geld. فوق‌العاده|پدرم|پدر|اشاره می‌کند|به|آن|پول 太棒了|我的|父亲|他指着|向|这|钱 Фантастично|Мій|батько|вказує|на|це|гроші Fantastisch|Mein|Vater|zeigt|auf|das|Geld Fantastic|||points|at|| Fantástico|Meu|pai|aponta|para|o|dinheiro رائع|أبي|والدي|يشير|إلى|المال|المال fantastic|tatăl meu|tată|arată|spre|banii|bani 환상적이다|나의|아버지|가리킨다|~을 향해|그|돈 |||wskazuje||| 太棒了|我的|父亲|他指着|向|这个|钱 Harika|Benim|babam|işaret ediyor|-e|o|para Фантастично|Мой|отец|указывает|на|это|деньги fantástico|mi|padre|señala|hacia|el|dinero Fantastique|Mon|père|pointe|vers|le|argent fantastico|mio|padre|indica|verso|il|denaro Fantastic! My father points to the money. Fantastiška! Tėvas rodo į pinigus. 太棒了!我父亲指着钱。 Fantástico!' Meu pai aponta para o dinheiro. Fantastique !' Mon père montre l'argent. Harika!' Babam parayı işaret ediyor. Фантастика!' Мой отец указывает на деньги. Fantastisch!' Mein Vater zeigt auf das Geld. Фантастично!' Мій батько вказує на гроші. 환상적이야!' 아버지가 돈을 가리킨다. رائع!' والدي يشير إلى المال. 太棒了!'我父亲指着钱。 عالیه!' پدرم به پول اشاره می‌کند. ¡Fantástico!' Mi padre señala el dinero. Fantastic!' Tatăl meu arată spre bani. 太棒了!' 我父亲指着钱。 Fantastico!' Mio padre indica i soldi. ‘Dat geld is voor jullie tweeën. آن|پول|هست|برای|شما|دو نفر 那|钱|是|给|你们|两个 Das|Geld|ist|für|euch|zwei Це|гроші|є|для|вас|двох |money|||you|you two Esse|dinheiro|é|para|vocês|dois ذلك|المال|هو|لـ|أنتم|اثنان acei|bani|este|pentru|voi|doi 그|돈|이다|~을 위한|너희|두 사람 |||||twee |||||dwoje 那|钱|是|给|你们|两个 O|para|dır|için|siz|iki kişi Это|деньги|есть|для|вы|вдвоем ese|dinero|es|para|ustedes|dos Ce|argent|est|pour|vous|deux quel|denaro|è|per|voi|due 'That money is for the two of you. "Tie pinigai skirti jums abiem. ‘Esse dinheiro é para vocês dois. ‘Cet argent est pour vous deux. ‘O para ikiniz için. ‘Эти деньги для вас двоих. ‘Dieses Geld ist für euch beide. ‘Ці гроші для вас обох. ‘그 돈은 너희 둘을 위한 거야. ‘هذا المال لكما أنتما الاثنين. ‘这笔钱是给你们两个的。 ‘این پول برای شما دو نفر است. ‘Ese dinero es para ustedes dos. ‘Acești bani sunt pentru voi doi. ‘这笔钱是给你们俩的。 ‘Quelli soldi sono per voi due. Het is voor de reis.' این|است|برای|سفر| 这|是|为了|这|旅行 Es|ist|für|die|Reise Це|є|для|подорож| ||||trip Isso|é|para|da|viagem هذا|يكون|من أجل|الرحلة|الرحلة aceasta|este|pentru|călătoria| 그것은|이다|위해|그|여행 这|是|为了|这|旅行 O|dır|için|bu|seyahat Это|есть|для|поездки|путешествия eso|es|para|el|viaje Il|est|avant|du|voyage esso|è|per|il|viaggio It's for the trip. Tai skirta kelionei. É para a viagem.' C'est pour le voyage.' Seyahat için.' Это для поездки. Es ist für die Reise. Це для подорожі. 여행을 위해서야. إنه من أجل الرحلة. 这是为了旅行。 این برای سفر است. Es para el viaje. Este pentru călătorie. 这是为了旅行。 È per il viaggio.

‘Bedankt pa. متشکرم|پدر 谢谢|爸爸 Дякую|тато Danke|Papa thanks|dad Obrigado|pai شكرا|أبي mulțumesc|tată 고마워|아빠 谢谢|爸爸 Teşekkürler|baba Спасибо|папа gracias|papá Merci|papa grazie|papà 'Thanks Dad. ‘Obrigado, pai. ‘Merci papa. ‘Teşekkürler baba. Спасибо, папа. Danke, Papa. Дякую, тато. 고마워, 아빠. شكرًا يا أبي. 谢谢你,爸爸。 ممنون پدر. Gracias, papá. Mulțumesc, tată. 谢谢你,爸爸。 Grazie papà. Het zal echt helpen', antwoord ik. این|خواهد|واقعا|کمک کردن|جواب|من 这|将|真的|帮助|回答|我 Es|wird|wirklich|helfen|antworte|ich Це|буде|справді|допомагати|відповідаю|я |will|really|help|said| Isso|vai|realmente|ajudar|respondo|eu هذا|سوف|حقا|يساعد|أجيب|أنا aceasta|va|cu adevărat|ajuta|răspund|eu 그것은|~할 것이다|정말|도움이 될|대답|나 这|将会|真的|帮助|回答|我 Bu|-acak|gerçekten|yardımcı olacak|cevap|ben Это|будет|действительно|помочь|отвечаю|я eso|va a|realmente|ayudar|respuesta|yo Cela|va|vraiment|aider|répond|je esso|sarà|davvero|aiutare|rispondo|io It will really help," I reply. Tai tikrai padės, - atsakau. Isso realmente vai ajudar', respondo. Cela va vraiment aider', réponds-je. Bu gerçekten yardımcı olacak,' diye cevap veriyorum. Это действительно поможет, отвечаю я. Es wird wirklich helfen, antworte ich. Це справді допоможе, відповідаю я. 정말 도움이 될 거야, 내가 대답해. سيكون مفيدًا حقًا، أجيب. 这真的会有帮助, این واقعاً کمک خواهد کرد، پاسخ می‌دهم. Realmente ayudará, respondo. Chiar va ajuta, răspund eu. 这真的会有帮助, Sarà davvero utile', rispondo. Julia glimlacht. جولیا|لبخند می‌زند 朱莉亚|微笑 Юлія|усміхається Julia|lächelt Julia|Julia smiles. Julia|sorri جوليا|تبتسم Julia|zâmbește 줄리아|미소 짓다 |się uśmiecha 朱莉亚|微笑 Julia|gülümser Юлия|улыбается Julia|sonríe Julia|sourit Julia|sorride Julia smiles. Julija šypsosi. 朱莉娅微笑着说。 Julia sorri. Julia sourit. Julia gülümsüyor. Юлия улыбается. Julia lächelt. Юлія усміхається. 줄리아가 미소를 짓는다. يبتسم جوليا. 朱莉娅微笑。 جولیا لبخند می‌زند. Julia sonríe. Julia zâmbește. 朱莉娅微笑着。 Julia sorride.

‘Nu moeten we ons snel klaarmaken', zegt pa. حالا|باید|ما|خودمان|سریع|آماده کردن|می‌گوید|پدر 现在|必须|我们|自己|快速地|准备|说|爸爸 Тепер|повинні|ми|себе|швидко|підготуватися|каже|тато Jetzt|müssen|wir|uns|schnell|fertig machen|sagt|Papa now|have to|we|us|quickly|get ready|| Agora|devemos|nós|nos|rapidamente|preparar|diz|pai الآن|يجب أن|نحن|أنفسنا|بسرعة|نستعد|يقول|أبي nu|trebuie să|noi|ne|repede|a ne pregăti|spune|tata 이제|해야 한다|우리|우리를|빨리|준비하다|말하다|아빠 现在|必须|我们|我们自己|快速地|准备|说|爸爸 Şimdi|zorundayız|biz|kendimizi|hızlıca|hazırlamak|diyor|baba Теперь|должны|мы|себя|быстро|подготовиться|говорит|папа ahora|debemos|nosotros|nos|rápido|preparar|dice|papá Maintenant|devons|nous|nous|vite|préparer|dit|papa adesso|dobbiamo|noi|ci|in fretta|prepararci|dice|papà 'Now we have to get ready quickly,' Dad said. Dabar turime greitai ruoštis, - sako tėtis. 爸爸说:'现在我们得快点准备好。 ‘Agora precisamos nos preparar rápido', diz papai. ‘Nous devons nous préparer rapidement', dit papa. ‘Şimdi hızlıca hazırlanmalıyız,' diyor baba. ‘Теперь нам нужно быстро собраться', говорит папа. ‘Jetzt müssen wir uns schnell fertig machen', sagt Papa. ‘Тепер нам потрібно швидко підготуватися', каже тато. ‘이제 우리는 빨리 준비해야 해,' 아빠가 말해. ‘الآن يجب أن نستعد بسرعة'، يقول الأب. ‘现在我们必须快点准备好,'爸爸说。 ‘حالا باید سریع آماده شویم'، پدر می‌گوید. ‘¡Ahora tenemos que prepararnos rápido!', dice papá. ‘Acum trebuie să ne pregătim repede', spune tata. ‘现在我们必须快点准备好,'爸爸说。 ‘Ora dobbiamo prepararci in fretta', dice papà. ‘We moeten naar de luchthaven! ما|باید|به||فرودگاه 我们|必须|去|这个|机场 Wir|müssen|zum|der|Flughafen Ми|повинні|до|(артикль)|аеропорт |must|||airport Nós|devemos|para|o|aeroporto نحن|يجب أن|إلى|ال|المطار noi|trebuie să|spre||aeroport 우리|해야 한다|~로|그|공항 我们|必须|去|这个|机场 Biz|zorundayız|-e|(belirleyici artikel)|havaalanı Мы|должны|в|аэропорт|аэропорт nosotros|debemos|hacia|la|aeropuerto Nous|devons|à|l'|aéroport noi|dobbiamo|verso|l'|aeroporto 'We have to get to the airport! "Mums reikia vykti į oro uostą! ‘Precisamos ir para o aeroporto! ‘Nous devons aller à l'aéroport! ‘Havaalanına gitmemiz gerekiyor! ‘Нам нужно на аэропорт! ‘Wir müssen zum Flughafen! ‘Ми повинні їхати в аеропорт! ‘우리는 공항으로 가야 해! ‘علينا الذهاب إلى المطار! ‘我们必须去机场! ‘باید به فرودگاه برویم! ‘¡Tenemos que ir al aeropuerto! ‘Trebuie să mergem la aeroport! ‘我们必须去机场! ‘Dobbiamo andare all'aeroporto! Kom!' بیا Іди Komm come Venha تعال vino Gel Иди ven Viens vieni Come! Ateikite! Vamos!' Viens!' Hadi gel!' Давай!' Komm!' Ходімо!' 어서 가자!' هيا!' 快来!' بیا!' ¡Vamos!' Vino!' 快来!' Vieni!'

Nadat we hebben gegeten, vertrekken we. بعد از اینکه|ما|داریم|خوردن|حرکت می‌کنیم|ما 在之后|我们|已经|吃过|出发|我们 Після того як|ми|поїли|їжу|вирушимо|ми Nachdem|wir|haben|gegessen|fahren|wir After|||eaten|leave| Após|nós|temos|comido|partimos|nós بعد أن|نحن|قد|أكلنا|نغادر|نحن după ce|noi|am|mâncat|plecăm|noi ~한 후에|우리|가지고 있다|먹은|출발하다|우리 po tym jak||||| 在之后|我们|吃|吃过|离开|我们 -den sonra|biz|(sahip)|yedik|ayrılacağız|biz После того как|мы|(вспомогательный глагол)|поели|уходим|мы después de que|nosotros|hemos|comido|partimos|nosotros Après que|nous|avons|mangé|partons|nous dopo che|noi|abbiamo|mangiato|partiamo|noi After we eat, we leave. Pavalgę išeiname. Depois que comemos, partimos. Après avoir mangé, nous partons. Yemek yedikten sonra yola çıkıyoruz. После того как мы поели, мы уходим. Nachdem wir gegessen haben, fahren wir los. Після того, як ми поїли, ми вирушаємо. 우리가 식사를 마친 후, 우리는 출발해. بعد أن تناولنا الطعام، نغادر. 我们吃完后就出发。 بعد از اینکه غذا خوردیم، حرکت می‌کنیم. Después de comer, nos vamos. După ce am mâncat, plecăm. 我们吃完后就出发。 Dopo aver mangiato, partiamo. We gaan met de auto van mam op weg naar de luchthaven. ما|می‌رویم|با||ماشین|از|مام|به|راه|به||فرودگاه 我们|去|用|这辆|汽车|的|妈妈|在|路上|向|这|机场 Wir|fahren|mit|die|Auto|von|Mama|auf|dem Weg|zur||Flughafen Ми|їдемо|на||автомобіль|від|мами|в|дорогу|до||аеропорту |||the|car|from|mom's||way|||airport Nós|vamos|com|do|carro|de|mamãe|em|caminho|para|do|aeroporto نحن|نذهب|مع|السيارة|السيارة|من|ماما|في|طريق|إلى|المطار|المطار noi|mergem|cu|mașina|mașina|de|mama|pe|drum|spre|aeroportul|aeroportul 우리는|가고 있다|~와 함께|그|차|~의|엄마|~로|가는 중|~로|그|공항 我们|去|用|这辆|汽车|的|妈妈|在|路上|去|这|机场 Biz|gidiyoruz|ile|(belirli artikel)|araba|(sahiplik)|anne|yola|çıkıyoruz|(yönelme zarfı)|(belirli artikel)|havaalanı Мы|едем|на|(определенный артикль)|машине|от|мамы|в|путь|к|(определенный артикль)|аэропорту nosotros|vamos|con|el|coche|de|mamá|en|camino|hacia|el|aeropuerto Nous|allons|avec|de|voiture|de|maman|en|route|vers|l'|aéroport noi|andiamo|con|la|auto|di|mamma|in|viaggio|verso|l'|aeroporto We take Mom's car to the airport. Į oro uostą vykome mamos automobiliu. 我们坐妈妈的车前往机场。 Vamos de carro da mamãe em direção ao aeroporto. Nous prenons la voiture de maman en route vers l'aéroport. Anne'nin arabasıyla havaalanına gidiyoruz. Мы едем на машине мамы в аэропорт. Wir fahren mit Mamas Auto zum Flughafen. Ми їдемо на машині мами до аеропорту. 우리는 엄마의 차를 타고 공항으로 가고 있다. نحن في طريقنا إلى المطار بالسيارة الخاصة بأمي. 我们要开妈妈的车去机场。 ما با ماشین مام به سمت فرودگاه می‌رویم. Vamos en el coche de mamá hacia el aeropuerto. Mergem cu mașina mamei spre aeroport. 我们要开妈妈的车去机场。 Andiamo con l'auto di mamma verso l'aeroporto. Julia is erg nerveus. جولیا|هست|خیلی|عصبی Julia|是|非常|紧张 Юлія|є|дуже|нервова Julia|ist|sehr|nervös Julia||very|Julia is very nervous. Julia|está|muito|nervosa جوليا|هي|جداً|متوترة Julia|este|foarte|nervoasă 줄리아|~이다|매우|긴장한 Julia|是|非常|紧张 Julia|-dir|çok|gergin Юлия|есть|очень|нервничает Julia|está|muy|nerviosa Julia|est|très|nerveuse Julia|è|molto|nervosa Julia is very nervous. 朱莉娅非常紧张。 Julia está muito nervosa. Julia est très nerveuse. Julia çok gergin. Юлия очень нервничает. Julia ist sehr nervös. Юлія дуже нервує. 줄리아는 매우 긴장하고 있다. جوليا متوترة جداً. 朱莉亚非常紧张。 جولیا خیلی عصبی است. Julia está muy nerviosa. Julia este foarte nervoasă. 朱莉亚非常紧张。 Julia è molto nervosa. ‘Julia', zegt mam. جولیا|می‌گوید|مام Julia|说|妈妈 Юлія|каже|мама Julia|sagt|Mama Julia||mom Julia|diz|mamãe جوليا|تقول|ماما Julia|spune|mama 줄리아|말한다|엄마 Julia|说|妈妈 Julia|diyor|anne Юлия|говорит|мама Julia|dice|mamá Julia|dit|maman Julia|dice|mamma 'Julia,' says Mom. ‘Julia', diz mamãe. ‘Julia', dit maman. ‘Julia', diyor anne. ‘Юлия', говорит мама. ‘Julia', sagt Mama. ‘Юліє', каже мама. ‘줄리아,' 엄마가 말한다. ‘جوليا'، تقول أمي. ‘朱莉亚,'妈妈说。 «جولیا»، مام می‌گوید. ‘Julia', dice mamá. ‘Julia', spune mama. ‘朱莉亚,'妈妈说。 ‘Julia', dice mamma. ‘Is alles in orde?' هست|همه چیز|در|وضعیت 是|一切|在|好 Чи|все|в|порядку Ist|alles|in|Ordnung is|everything||order Está|tudo|em|ordem هل|كل شيء|في|حالة este|totul|în|regulă ~인가|모든 것|~안에|괜찮은 是|一切|在|好 mı|her şey|içinde|düzen Это|всё|в|порядке está|todo|en|orden Est|tout|en|ordre è|tutto|in|ordine "Is everything okay? "Ar viskas gerai? 一切都还好吗? ‘Está tudo bem?' ‘Tout va bien ?' ‘Her şey yolunda mı?' ‘Все в порядке?' ‘Ist alles in Ordnung?' ‘Все в порядку?' ‘모든 것이 괜찮니?' ‘هل كل شيء على ما يرام؟' ‘一切都好吗?' «همه چیز خوب است؟» ‘¿Está todo bien?' ‘Este totul în regulă?' ‘一切都好吗?' ‘Va tutto bene?'

‘Ik ben erg nerveus', antwoordt Julia. من|هستم|خیلی|عصبی|پاسخ می‌دهد|جولیا 我|是|非常|紧张|她回答|朱莉亚 Ich|bin|sehr|nervös|antwortet|Julia Я|є|дуже|нервовий|відповідає|Юлія ||very|nervous|replies| Eu|sou|muito|nervoso|responde|Julia أنا|أكون|جداً|متوترة|تجيب|جوليا eu|sunt|foarte|nervos|răspunde|Julia 나|이다|매우|긴장한|대답하다|줄리아 我|是|非常|紧张|她回答|朱莉亚 Ben|ben|çok|gergin|yanıtlıyor|Julia Я|есть|очень|нервничаю|отвечает|Юлия yo|estoy|muy|nerviosa|responde|Julia Je|suis|très|nerveuse|répond|Julia io|sono|molto|nervosa|risponde|Julia 'I'm very nervous,' Julia replied. Labai jaudinuosi, - atsakė Julija. ‘Estou muito nervosa', responde Julia. ‘Je suis très nerveuse', répond Julia. ‘Çok gerginim', diye yanıtlıyor Julia. ‘Я очень нервничаю', отвечает Юлия. ‘Ich bin sehr nervös', antwortet Julia. ‘Я дуже нервуюсь', відповідає Юлія. ‘나는 매우 긴장돼', 줄리아가 대답한다. ‘أنا متوترة جداً'، تجيب جوليا. ‘我很紧张,'朱莉娅回答。 ‘من خیلی عصبی هستم'، جولیا پاسخ می‌دهد. ‘Estoy muy nerviosa', responde Julia. ‘Sunt foarte nervoasă', răspunde Julia. ‘我很紧张,'朱莉娅回答。 ‘Sono molto nervosa', risponde Julia.

‘Waarom?' چرا 为什么 Чому Warum why Por que لماذا de ce 为什么 Neden Почему por qué Pourquoi perché "Why? ‘Por quê?' ‘Pourquoi ?' ‘Neden?' ‘Почему?' ‘Warum?' ‘Чому?' ‘왜?' ‘لماذا؟' ‘为什么?' ‘چرا؟' ‘¿Por qué?' ‘De ce?' ‘为什么?' ‘Perché?'

‘Ik ken niemand in Nederland. من|می‌شناسم|هیچ‌کس|در|هلند 我|认识|没有人|在|荷兰 Ich|kenne|niemand|in|den Niederlanden Я|знаю|ніхто|в|Нідерландах |know|nobody|| Eu|conheço|ninguém|em|Países Baixos أنا|أعرف|لا أحد|في|هولندا eu|cunosc|nimeni|în|Olanda 나|알다|아무도|에|네덜란드 我|认识|没有人|在|荷兰 Ben|tanıyorum|kimse|de|Hollanda Я|знаю|никто|в|Нидерланде yo|conozco|nadie|en|Países Bajos Je|connais|personne|en|Pays-Bas io|conosco|nessuno|in|Olanda 'I don't know anyone in Holland. "Nyderlanduose nieko nepažįstu. ‘Eu não conheço ninguém na Holanda. ‘Je ne connais personne aux Pays-Bas. ‘Hollanda'da kimseyi tanımıyorum. ‘Я никого не знаю в Нидерландах. ‘Ich kenne niemanden in den Niederlanden. ‘Я нікого не знаю в Нідерландах. ‘나는 네덜란드에 아는 사람이 없어. ‘لا أعرف أحداً في هولندا. ‘我在荷兰不认识任何人。 ‘من هیچ‌کس را در هلند نمی‌شناسم. ‘No conozco a nadie en los Países Bajos. ‘Nu cunosc pe nimeni în Olanda. ‘我在荷兰不认识任何人。 ‘Non conosco nessuno nei Paesi Bassi. Ik ken dan alleen Daniel.' من|می‌شناسم|پس|فقط|دانیل 我|认识|那么|只有|丹尼尔 Я|знаю|тоді|тільки|Даніель Ich|kenne|dann|nur|Daniel I|know|then|only| Eu|conheço|então|apenas|Daniel أنا|أعرف|فقط|دانيال| eu|cunosc|atunci|doar|Daniel 나|알다|그러면|혼자|다니엘 我|认识|那么|只有|丹尼尔 Ben|tanıyorum|o zaman|sadece|Daniel Я|знаю|тогда|только|Даниэль yo|conozco|entonces|solo|Daniel Je|connais|alors|seulement|Daniel io|conosco|allora|solo|Daniel I only know Daniel then. Aš pažįstu tik Danielių. 我只认识丹尼尔 Só conheço o Daniel.' Je ne connais que Daniel.' Sadece Daniel'i tanıyorum.' Я знаю только Даниэля.' Ich kenne nur Daniel.' Я знаю тільки Даніела.' 나는 다니엘만 알고 있어.' أعرف فقط دانيال.' 我只认识丹尼尔。' فقط دانیل را می‌شناسم.' Solo conozco a Daniel.' Cunosc doar pe Daniel.' 我只认识丹尼尔。' Conosco solo Daniel.'

‘Maak je geen zorgen', antwoordt mam. نکن|تو|هیچ|نگرانی|جواب می‌دهد|مامان make|you|no|worries|answers|mom Не|ти|жодних|турбот|відповідає|мама Mach|du|keine|Sorgen|antwortet|Mama Don't|you|no|worries|answers|mom Faça|você|nenhuma|preocupações|responde|mamãe لا تجعل|نفسك|لا|قلق|تجيب|أمي a face|tu|nu|griji|răspunde|mama 만들다|너는|아니다|걱정하다|대답하다|엄마 make|you|no|worries|answers|mom Yap|sen|hiç|endişe|cevaplıyor|anne Делай|ты|не|переживания|отвечает|мама hacer|tú|no|preocuparse|responde|mamá fais|tu|pas|soucis|répond|maman fai|non|nessuna|preoccupazioni|risponde|mamma 'Don't worry,' Mom replied. Nesijaudink, - atsakė mama. ‘Não se preocupe', responde mam. ‘Ne t'inquiète pas', répond maman. ‘Endişelenme', diye yanıtlıyor anne. ‘Не переживай', отвечает мама. ‘Mach dir keine Sorgen', antwortet Mama. ‘Не хвилюйся', відповідає мама. ‘걱정하지 마세요', 엄마가 대답합니다. لا تقلقي، تجيب أمي. ‘别担心,妈妈回答。 ‘نگران نباش،' مادر پاسخ می‌دهد. ‘No te preocupes', responde mamá. ‘Nu-ți face griji', răspunde mama. ‘别担心,妈妈回答道。 ‘Non ti preoccupare', risponde mamma. ‘Er zijn veel aardige mensen in Amsterdam. آنجا|هستند|زیاد|مهربان|مردم|در|آمستردام there|are|many|nice|people|in|Amsterdam Es|sind|viele|nette|Menschen|in|Amsterdam Є|є|багато|привітні|люди|в|Амстердам ||many|nice|people|| (verbo auxiliar)|há|muitos|simpáticos|pessoas|em|Amsterdã هناك|يوجد|كثير من|لطيفين|الناس|في|أمستردام acolo|sunt|mulți|drăguți|oameni|în|Amsterdam 그곳에|있다|많은|친절한|사람들|에|암스테르담 there|are|many|nice|people|in|Amsterdam Orada|var|çok|nazik|insanlar|de|Amsterdam Есть|много|много|приятные|люди|в|Амстердам hay|son|muchos|amables|personas|en|Ámsterdam Il|y a|beaucoup|gentils|gens|à|Amsterdam ci|sono|molti|gentili|persone|a|Amsterdam 'There are a lot of nice people in Amsterdam. ‘Il y a beaucoup de gens sympathiques à Amsterdam. "Amsterdame yra daug malonių žmonių. ‘Há muitas pessoas legais em Amsterdã. ‘Amsterdam'da çok nazik insanlar var. ‘В Амстердаме много хороших людей. ‘Es gibt viele nette Menschen in Amsterdam. ‘В Амстердамі багато добрих людей. ‘암스테르담에는 친절한 사람들이 많아요. هناك الكثير من الناس الطيبين في أمستردام. ‘阿姆斯特丹有很多好人。 ‘در آمستردام افراد مهربان زیادی وجود دارند. ‘Hay muchas personas amables en Ámsterdam. ‘Sunt mulți oameni drăguți în Amsterdam. ‘阿姆斯特丹有很多好人。 ‘Ci sono molte persone gentili ad Amsterdam. Vooral Arnoud de vriend van Daniel.' به ویژه|آرنود|دوست||از|دانیل especially|Arnoud|the|friend|of|Daniel Особливо|Арноуд|(артикль)|друг|Даніела|Даніель Vor allem|Arnoud|der|Freund|von|Daniel Especially|Arnoud, Daniel's friend||friend|of| Principalmente|Arnoud|o|amigo|de|Daniel خاصة|أرنود|ال|صديق|من|دانيال mai ales|Arnoud|prietenul||lui|Daniel 특히|아르노|그|친구|의|다니엘 especially|Arnoud|the|friend|of|Daniel Özellikle|Arnoud|-in|arkadaş|-ın|Daniel Особенно|Арнуд|(определенный артикль)|друг|(предлог)|Даниэль especialmente|Arnoud|el|amigo|de|Daniel Surtout|Arnoud|le|ami|de|Daniel soprattutto|Arnoud|il|amico|di|Daniel Especially Arnoud the friend of Daniel. Surtout Arnoud, le copain de Daniel.' Ypač Danieliaus draugas Arnoudas. Principalmente Arnoud, o amigo do Daniel.' Özellikle Daniel'in arkadaşı Arnoud.' 尤其是丹尼尔的朋友阿诺德。 Особенно Арнуд, друг Даниэля.' Vor allem Arnoud, der Freund von Daniel.' Особливо Арнуд, друг Даніела.' 특히 다니엘의 친구 아르노우드요.' خصوصاً أرنود، صديق دانيال. 尤其是丹尼尔的朋友阿尔诺。 به ویژه آرنود، دوست دانیل.' Sobre todo Arnoud, el amigo de Daniel.' În special Arnoud, prietenul lui Daniel.' 尤其是丹尼尔的朋友阿尔诺。 Soprattutto Arnoud, l'amico di Daniel.'

‘Ja, mam. بله|مامان yes|mom Так|мама Ja|Mama yes| Sim|mamãe نعم|أمي da|mama 네|엄마 yes|mom Evet|anne Да|мама sí|mamá Oui|maman sì|mamma ‘Sim, mãe. ‘Oui, maman. ‘Evet, anne. ‘Да, мама. ‘Ja, Mama. ‘Так, мам. ‘네, 엄마. نعم، أمي. ‘是的,妈妈。 ‘بله، مادر. ‘Sí, mamá. ‘Da, mama. ‘是的,妈妈。 ‘Sì, mamma. Ik weet zeker dat je gelijk hebt. من|می‌دانم|مطمئن|که|تو|حق|داری 我|知道|确定|那|你|对|有 Я|знаю|напевно|що|ти|правий|маєш Ich|weiß|sicher|dass|du|recht|hast I|know|sure||you|right|are Eu|sei|com certeza|que|você|certo|tem أنا|أعلم|بالتأكيد|أن|أنت|على حق|لديك eu|știu|sigur|că|tu|drept|ai 나|알고|확실히|~라는|너가|맞는|가지고 있다 我|知道|确定|这|你|对|有 Ben|biliyorum|kesinlikle|ki|sen|haklı|var Я|знаю|точно|что|ты|прав|имеешь yo|sé|seguro|que|tú|razón|tienes Je|sais|sûrement|que|tu|droit|as io|so|certo|che|tu|ragione|hai I am sure you are right. Je suis sûr que tu as raison. Saya yakin Anda benar. Esu įsitikinęs, kad esate teisus. Tenho certeza de que você está certa. Kesinlikle haklısın. 我相信你是对的。 Я уверен, что ты прав. Ich bin mir sicher, dass du recht hast. Я впевнений, що ти правий. 나는 네가 맞다고 확신해. أنا متأكد أنك على حق. 我相信你是对的。 من مطمئن هستم که حق با توست. Estoy seguro de que tienes razón. Sunt sigur că ai dreptate. 我相信你是对的。 Sono sicuro che hai ragione. Maar ik voel me toch nerveus … wat als er iets gebeurt?' اما|من|احساس می‌کنم|خودم|با این حال|عصبی|چه|اگر|آنجا|چیزی|اتفاق بیفتد 但是|我|感觉|自己|还是|紧张|什么|如果|有|事情|发生 Але|я|відчуваю|себе|все ж|нервово|що|якщо|там|щось|станеться Aber|ich|fühle|mich|trotzdem|nervös|was|wenn|er|etwas|passiert but|I|feel|me|still|nervous|what|what if|there|something|happens Mas|eu|sinto|me|ainda assim|nervoso|o que|se|houver|algo|acontecer لكن|أنا|أشعر|نفسي|مع ذلك|متوتر|ماذا|إذا|هناك|شيء|يحدث dar|eu|simt|mă|totuși|nervos|ce|dacă|acolo|ceva|se întâmplă 하지만|나|느끼다|나를|그래도|긴장한|무엇|만약|그것이|어떤 것|발생하다 但是|我|感觉|自己|还是|紧张|什么|如果|有|事情|发生 Ama|ben|hissediyorum|kendimi|yine de|gergin|ne|eğer|orada|bir şey|olursa Но|я|чувствую|себя|все равно|нервничаю|что|если|там|что-то|произойдет pero|yo|siento|me|de todos modos|nervioso|qué|si|hay|algo|sucede Mais|je|sens|me|quand même|nerveux|que|si|il|quelque chose|arrive ma|io|sento|mi|comunque|nervoso|cosa|se|c'è|qualcosa|succede But I still feel nervous ... what if something happens? Mais je me sens quand même nerveux… que se passe-t-il s'il arrive quelque chose ?' Tačiau vis tiek nerimauju... kas bus, jei kas nors nutiks? Mas eu ainda me sinto nervoso... e se algo acontecer?' Ama yine de gergin hissediyorum… ya bir şey olursa?' 但我还是感到紧张......万一出了什么事怎么办? Но я все равно чувствую себя нервно... что если что-то произойдет? Aber ich fühle mich trotzdem nervös … was, wenn etwas passiert?' Але я все ж відчуваю нервозність... що, якщо щось станеться? 하지만 나는 여전히 긴장돼... 만약 무슨 일이 생기면? لكنني أشعر بالتوتر ... ماذا لو حدث شيء؟ 但我还是感到紧张……如果发生什么事怎么办? اما من هنوز هم عصبی هستم... اگر چیزی اتفاق بیفتد چه؟ Pero aún me siento nervioso... ¿y si pasa algo? Dar totuși mă simt nervos… ce se întâmplă dacă se întâmplă ceva? 但我还是感到紧张……如果发生什么事怎么办? Ma mi sento comunque nervoso... e se succede qualcosa?

‘Het komt wel goed', zegt vader. آن|می‌آید|حتماً|خوب|می‌گوید|پدر 它|来|一定|好|说|父亲 Це|станеться|добре|гаразд|каже|батько Es|wird|schon|gut|sagt|Vater It|will be fine|will be|fine|says|father O|vai|bem|certo|diz|pai الأمر|سيأتي|بالتأكيد|جيد|يقول|الأب asta|vine|bine||spune|tată 그것은|오다|잘|좋다|말하다|아버지 het||||| 这|来|一定|好|说|父亲 O|gelecek|iyi|iyi|diyor|baba Это|придет|хорошо|хорошо|говорит|отец eso|vendrá|bien||dice|padre Cela|viendra|bien|bien|dit|père esso|viene|sicuramente|bene|dice|padre 'It will be okay,' father says. « Ça ira », dit le père. "Viskas bus gerai", - sako tėvas. ‘Vai dar tudo certo', diz o pai. ‘Her şey yoluna girecek', diyor baba. 父亲说:'不会有事的。 «Все будет хорошо», говорит отец. „Es wird alles gut“, sagt der Vater. «Все буде добре», каже батько. ‘괜찮아질 거야'라고 아버지가 말해. "سيكون كل شيء على ما يرام"، يقول الأب. “没事的,”爸爸说。 پدر می‌گوید: «همه چیز خوب خواهد شد». ‘Todo estará bien', dice papá. „Va fi bine”, spune tatăl. “没事的,”父亲说。 "Andrà tutto bene", dice papà.

Op de luchthaven zijn veel mensen aan het inchecken. در|آن|فرودگاه|هستند|زیاد|مردم|در حال|آن|چک‌این کردن 在|这个|机场|有|很多|人|在|这个|办理登机手续 На|а|аеропорт|є|багато|людей|за|це|реєстрація Am|dem|Flughafen|sind|viele|Menschen|beim|dem|Einchecken at||airport||many|people|bij|the|checking in No|a|aeroporto|há|muitas|pessoas|a|o|fazer check-in في|ال|المطار|يوجد|الكثير|الناس|في|ال|تسجيل الدخول la||aeroport|sunt|mulți|oameni|la||check-in ~에서|그|공항|있다|많은|사람들|~하고 있는|그것을|체크인하다 在|这个|机场|有|很多|人|正在|这个|办理登机手续 Havaalanında|belirli artikel|havaalanı|var|çok|insan|üzerinde|belirli artikel|check-in yapıyor В|аэропорту|аэропорт|есть|много|людей|в|процессе|регистрации en|el|aeropuerto|hay|muchas|personas|a|el|facturación À|l'|aéroport|sont|beaucoup|gens|en|le|enregistrement all'|l'|aeroporto|ci sono|molte|persone|a|il|check-in At the airport, many people are checking in. À l'aéroport, beaucoup de gens sont en train d'enregistrer. Oro uoste registruojasi daugybė žmonių. No aeroporto, muitas pessoas estão fazendo check-in. Havalimanında birçok insan check-in yapıyor. 在机场,许多人正在办理登机手续。 В аэропорту много людей проходят регистрацию. Am Flughafen checken viele Menschen ein. В аеропорту багато людей реєструються. 공항에는 많은 사람들이 체크인하고 있어. في المطار، هناك الكثير من الناس يقومون بتسجيل الوصول. 在机场,有很多人在办理登机手续。 در فرودگاه، افراد زیادی در حال چک‌این هستند. En el aeropuerto hay muchas personas haciendo el check-in. La aeroport sunt mulți oameni care se înregistrează. 在机场,有很多人在办理登机手续。 All'aeroporto ci sono molte persone che stanno facendo il check-in. Veel van hen reizen voor hun werk. ||them|travel||| ||них|||свою| ||ihnen|||| ||||por|| molti|di|loro|viaggiano|per|il loro|lavoro Many of them travel for work. Beaucoup d'entre eux voyagent pour le travail. Banyak di antara mereka yang melakukan perjalanan untuk bekerja. Daugelis jų keliauja darbo reikalais. Muitos deles viajam a trabalho. Onların çoğu iş için seyahat ediyor. 他们中的许多人都因工作而出差。 Многие из них путешествуют по работе. Viele von ihnen reisen für ihre Arbeit. Багато з них подорожують за роботою. 그들 중 많은 사람들이 일을 위해 여행합니다. يسافر الكثير منهم من أجل عملهم. 他们中的许多人是为了工作而旅行的。 بسیاری از آنها برای کار خود سفر می‌کنند. Muchos de ellos viajan por su trabajo. Mulți dintre ei călătoresc pentru muncă. 他们中的许多人因工作而旅行。 Molti di loro viaggiano per lavoro. Sommigen reizen voor hun plezier. einige|||| some people||||pleasure некоторые|||| alcuni|viaggiano|per|il loro|piacere Some travel for pleasure. Certains voyagent pour le plaisir. Kai kurie keliauja savo malonumui. Alguns viajam por prazer. Bazıları eğlence için seyahat ediyor. 有些人旅行是为了消遣。 Некоторые путешествуют для удовольствия. Einige reisen zu ihrem Vergnügen. Дехто подорожує для задоволення. 일부는 즐거움을 위해 여행합니다. يسافر البعض من أجل المتعة. 有些人是为了娱乐而旅行。 برخی برای تفریح سفر می‌کنند. Algunos viajan por placer. Unii călătoresc pentru plăcere. 有些人是为了娱乐而旅行。 Alcuni viaggiano per piacere. Ik loop naar Julia. |walk|| io|cammino|verso|Giulia I walk over to Julia. Prieinu prie Julijos. Eu vou até Julia. Je marche vers Julia. Julia'ya doğru yürüyorum. Я иду к Юлии. Ich gehe zu Julia. Я йду до Юлії. 나는 줄리아에게 간다. أذهب إلى جوليا. 我走向朱莉亚。 من به سمت جولیا می‌روم. Voy hacia Julia. Merg spre Julia. 我走向朱莉亚。 Vado da Julia. Dan vraag ik: ‘Ben je nu wat meer ontspannen?' ||||||||расслаблен then|ask|||||||relaxed ||||||||rahatlamak allora|chiedo|io|sei|tu|adesso|un po'|più|rilassata Then I ask, "Are you more relaxed now? Alors je demande : 'Es-tu un peu plus détendu maintenant ?' Tada klausiu: "Ar dabar esate labiau atsipalaidavęs? Então eu pergunto: 'Você está um pouco mais relaxado agora?' O zaman soruyorum: 'Şimdi biraz daha rahat mısın?' 然后我问:'你现在更放松了吗? Тогда я спрашиваю: 'Ты сейчас немного более расслаблена?' Dann frage ich: ‚Bist du jetzt etwas entspannter?‘ Тоді я запитую: 'Ти зараз трохи розслаблена?' 그때 나는 묻는다: '지금 좀 더 편안해졌나요?' ثم أسأل: 'هل أنت الآن أكثر استرخاءً؟' 然后我问:‘你现在放松一点了吗?' سپس می‌پرسم: 'آیا حالا کمی آرام‌تر هستی؟' Entonces pregunto: '¿Estás un poco más relajada ahora?' Apoi întreb: ‘Ești acum puțin mai relaxată?' 然后我问:‘你现在放松一点了吗?' Poi chiedo: ‘Sei un po' più rilassata adesso?'

‘Ja, Daniel. بله|دانیل 是的|丹尼尔 Ja|Daniel Так|Даніель Sim|Daniel نعم|دانيال da|Daniel 네|다니엘 是的|丹尼尔 Evet|Daniel Да|Даниэль sí|Daniel Oui|Daniel sì|Daniel ‘Sim, Daniel. ‘Oui, Daniel. ‘Evet, Daniel. ‘Да, Даниэль. ‘Ja, Daniel. ‘Так, Даніеле. ‘네, 다니엘. نعم، دانيال. ‘是的,丹尼尔。 ‘بله، دانیل. ‘Sí, Daniel. ‘Da, Daniel. ‘是的,丹尼尔。 ‘Sì, Daniel. In de auto was ik erg nerveus.' در|آن|ماشین|بودم|من|خیلی|عصبی 在|这辆|车里|我是|我|非常|紧张 Im|dem|Auto|war|ich|sehr|nervös У|автомобілі|авто|був|я|дуже|нервовий ||car|was||very|nervous No|do|carro|estava|eu|muito|nervoso في|ال|سيارة|كنت|أنا|جدا|متوتر în|mașină||am fost|eu|foarte|nervos 안에|그|차|나는 ~였다|나는|매우|긴장한 在|这辆|车里|我是|我|非常|紧张 İçinde|araba|araba|vardı|ben|çok|gergin В|машине|автомобиле|был|я|очень|нервничал en|la|coche|estaba|yo|muy|nervioso Dans|la|voiture|étais|je|très|nerveux in|l'|auto|ero|io|molto|nervoso In the car, I was very nervous.' No carro eu estava muito nervoso.' Dans la voiture, j'étais très nerveux.' Arabada çok gergindim.' В машине я был очень нервным.' Im Auto war ich sehr nervös.' В машині я був дуже нервовий.' 차 안에서 나는 매우 긴장했어.'},{ كنت متوتراً جداً في السيارة. 在车里我很紧张。’ در ماشین خیلی عصبی بودم.' En el coche estaba muy nervioso.' În mașină eram foarte nervos.' 在车里我非常紧张。’ In macchina ero molto nervoso.'

‘Ja, dat weet ik. بله|آن|می‌دانم|من 是的|那|我知道|我 Так|це|знаю|я Ja|das|weiß|ich yes||know| Sim|isso|sei|eu نعم|ذلك|أعلم|أنا da|că|știu|eu 네|그것|나는 ~을 안다|나는 是的|那|我知道|我 Evet|o|biliyorum|ben Да|это|знаю|я sí|eso|sé|yo Oui|cela|sais|je sì|questo|so|io 'Yes, I know. "Taip, aš žinau. ‘Sim, eu sei. ‘Oui, je le sais. ‘Evet, biliyorum. ‘Да, я знаю. ‘Ja, das weiß ich. ‘Так, я це знаю. نعم، أعلم ذلك. ‘是的,我知道。 ‘بله، می‌دانم. ‘Sí, lo sé. ‘Da, știu. ‘是的,我知道。 ‘Sì, lo so. Alles komt in orde. همه چیز|می‌آید|در|نظم 一切|会来|在|好的 Все|прийде|в|порядок Alles|kommt|in|Ordnung everything|will be||order Tudo|vir|em|ordem كل شيء|يأتي|في|ترتيب totul|vine|în|ordine 모든 것|~이 온다|안에|정리 一切|来|在|好的 Her şey|gelecek|içinde|düzen Всё|придёт|в|порядок todo|viene|en|orden Tout|vient|en|ordre tutto|viene|in|ordine Everything will be fine. Viskas bus gerai. 一切都会好起来的。 Tudo vai ficar bem. Tout ira bien. Her şey yoluna girecek. Все будет в порядке. Alles wird gut. Все буде добре. كل شيء سيكون على ما يرام. 一切都会好起来的。 همه چیز درست می‌شود. Todo saldrá bien. Totul va fi bine. 一切都会好起来的。 Tutto andrà bene. Mijn vriend Arnoud is erg aardig. من|دوست|آرنود|است|خیلی|مهربان 我的|朋友|阿尔诺|是|非常|友好 Mein|Freund|Arnoud|ist|sehr|nett Мій|друг|Арнуд|є|дуже|милий |friend|Arnoud||very|very kind Meu|amigo|Arnoud|é|muito|gentil صديقي|صديق|أرنود|هو|جدا|لطيف prieten|prieten|Arnoud|este|foarte|drăguț 나의|친구|아르나우드|이다|매우|친절하다 我的|朋友|阿尔诺德|是|非常|友好 Benim|arkadaş|Arnoud|dir|çok|nazik Мой|друг|Арноуд|есть|очень|хороший mi|amigo|Arnoud|es|muy|amable Mon|ami|Arnoud|est|très|gentil mio|amico|Arnoud|è|molto|gentile My friend Arnoud is very nice. Mano draugas Arnoudas yra labai malonus. 我的朋友阿诺德人很好。 Meu amigo Arnoud é muito gentil. Mon ami Arnoud est très gentil. Arkadaşım Arnoud çok nazik. Мой друг Арнуд очень добрый. Mein Freund Arnoud ist sehr nett. Мій друг Арнуд дуже добрий. 내 친구 아르노드는 매우 친절하다. صديقي أرنود لطيف جداً. 我的朋友阿尔诺德非常友好。 دوست من آرنود خیلی مهربان است. Mi amigo Arnoud es muy amable. Prietenul meu Arnoud este foarte drăguț. 我的朋友阿尔诺德非常友好。 Il mio amico Arnoud è molto gentile. Hij helpt vaak uitwisselingsstudenten zoals wij.' او|کمک می‌کند|اغلب|دانشجویان تبادلی|مانند|ما 他|帮助|经常|交换学生|像|我们 Він|допомагає|часто|студенти обміну|такі як|ми Er|hilft|oft|Austauschstudenten|wie|wir he|helps|often|exchange students|such as|we Ele|ajuda|frequentemente|estudantes de intercâmbio|como|nós هو|يساعد|غالبا|الطلاب الدوليين|مثل|نحن el|ajută|adesea|studenți de schimb|cum|noi 그는|돕는다|자주|교환학생들|처럼|우리 他|帮助|经常|交换生|像|我们 O|yardım eder|sık sık|değişim öğrencilerine|gibi|biz Он|помогает|часто|студенты по обмену|как|мы él|ayuda|a menudo|estudiantes de intercambio|como|nosotros Il|aide|souvent|étudiants d'échange|comme|nous lui|aiuta|spesso|studenti in scambio|come|noi He often helps exchange students like us.' Jis dažnai padeda tokiems mainų studentams kaip mes. 他经常帮助像我们这样的交换生。 Ele frequentemente ajuda estudantes de intercâmbio como nós. Il aide souvent des étudiants d'échange comme nous. Bize benzer değişim öğrencilerine sık sık yardım ediyor. Он часто помогает обменным студентам, таким как мы. Er hilft oft Austauschstudenten wie uns. Він часто допомагає студентам-обмінникам, таким як ми. 그는 우리와 같은 교환학생들을 자주 도와준다. غالباً ما يساعد الطلاب الدوليين مثلنا. 他经常帮助像我们这样的交换学生。 او اغلب به دانشجویان تبادلی مانند ما کمک می‌کند. Él a menudo ayuda a estudiantes de intercambio como nosotros. El ajută adesea studenți de schimb ca noi. 他经常帮助像我们这样的交换学生。 Aiuta spesso studenti in scambio come noi.

Onze ouders geven ons een warme knuffel. والدین ما|والدین|می‌دهند|به ما|یک|گرم|بغل 我们的|父母|给|我们|一个|温暖的|拥抱 Unsere|Eltern|geben|uns|eine|warme|Umarmung Наші|батьки|дають|нам|один|теплий|обійми ||give|us|a|warm|warm hug Nossos|pais|dão|a nós|uma|quente|abraço والدي|الآباء|يعطون|لنا|عناق|دافئ|عناق părinții|părinți|oferă|nouă|o|caldă|îmbrățișare 우리의|부모님|주신다|우리에게|하나의|따뜻한|포옹 ||||||przytulenie 我们的|父母|给|我们|一个|温暖的|拥抱 Bizim|ebeveynler|verirler|bize|bir|sıcak|sarılma Наши|родители|дают|нам|один|теплый|объятие nuestros|padres|dan|nos|un|cálido|abrazo Nos|parents|donnent|nous|une|chaude|étreinte i nostri|genitori|danno|a noi|un|caldo|abbraccio Our parents give us a warm hug. Tėvai mus šiltai apkabina. 父母给我们一个温暖的拥抱 Nossos pais nos dão um abraço caloroso. Nos parents nous font un câlin chaleureux. Ailelerimiz bize sıcak bir sarılma veriyor. Наши родители обнимают нас тепло. Unsere Eltern geben uns eine warme Umarmung. Наші батьки обіймають нас тепло. 우리 부모님은 우리에게 따뜻한 포옹을 해준다. يحتضننا والدينا بحرارة. 我们的父母给我们一个温暖的拥抱。 والدین ما به ما یک آغوش گرم می‌دهند. Nuestros padres nos dan un cálido abrazo. Părinții noștri ne oferă o îmbrățișare caldă. 我们的父母给我们一个温暖的拥抱。 I nostri genitori ci danno un caldo abbraccio. Als Julia en ik vertrekken, zwaaien we elkaar gedag. وقتی که|جولیا|و|من|ترک می‌کنیم|دست تکان می‌دهیم|ما|به یکدیگر|خداحافظی 当|朱莉亚|和|我|离开|挥手|我们|彼此|再见 Коли|Юлія|і|я|відправляємося|махаємо|ми|один одному|прощальною рукою Wenn|Julia|und|ich|abreisen|winken|wir|einander|zum Abschied If|Julia|and|I|leave|wave goodbye to|we|each other|goodbye Quando|Julia|e|eu|partimos|acenamos|nós|um ao outro|adeus عندما|جوليا|و|أنا|نغادر|نلوح|نحن|لبعضنا|وداعا când|Julia|și|eu|plecăm|salutăm|noi|unul pe altul|la revedere 만약|줄리아|그리고|나|떠난다|손을 흔든다|우리는|서로|인사 |||||zwaaien|||gedag |||||mówimy||| 当|朱莉亚|和|我|离开|挥手|我们|彼此|再见 Eğer|Julia|ve|ben|ayrılırsa|el sallarız|biz|birbirimize|veda Когда|Юлия|и|я|уходим|машем|мы|друг другу|на прощание cuando|Julia|y|yo|partimos|saludamos|nosotros|entre nosotros|adiós Quand|Julia|et|je|partent|font signe de la main|nous|l'un l'autre|au revoir quando|Julia|e|io|partiamo|salutiamo|noi|a vicenda|arrivederci When Julia and I leave, we wave goodbye to each other. Quand Julia et moi partons, nous nous faisons signe. Išeidami su Julija pamojuojame vienas kitam atsisveikindami. Quando Julia e eu partimos, acenamos um para o outro. Julia ve ben ayrılırken, birbirimize el sallıyoruz. 朱莉娅和我离开时,互相挥手告别。 Когда Юлия и я уходим, мы машем друг другу на прощание. Wenn Julia und ich gehen, winken wir uns zu. Коли Юлія і я йдемо, ми махаємо один одному на прощання. 줄리아와 내가 떠날 때, 우리는 서로에게 손을 흔든다. عندما نغادر، نلوح لبعضنا. 当朱莉亚和我离开时,我们互相挥手告别。 وقتی جولیا و من می‌رویم، به هم خداحافظی می‌کنیم. Cuando Julia y yo nos vamos, nos saludamos. Când Julia și cu mine plecăm, ne facem cu mâna. 当朱莉亚和我离开时,我们互相挥手告别。 Quando Julia ed io partiamo, ci salutiamo. ‘We houden van jullie allebei!' roepen ze. ما|دوست داریم|از|شما|هر دو|فریاد می‌زنند|آنها 我们|喜欢|对|你们|两个|呼喊|他们 Ми|любимо|вас|ви|обидва|кричать|вони Wir|lieben|von|euch|beide|rufen|sie we|love|of|you|both|shout|they Nós|amamos|de|vocês|dois|gritam|eles نحن|نحب|من|أنتم|كليكما|ينادون|هم noi|iubim|de|voi|amândoi|strigă|ei 우리|사랑하다|~을|너희들|둘 다|외치다|그들 |kochamy||||| 我们|喜欢|对|你们|两个|叫|他们 Biz|severiz|den|siz|ikiniz|çağırır|onlar Мы|любим|вас|вы|оба|кричат|они nosotros|amamos|de|ustedes|ambos|gritan|ellos Nous|aimons|de|vous|deux|crient|ils noi|amiamo|di|voi|entrambi|gridano|essi "We love you both!" they shout. « Nous vous aimons tous les deux ! » crient-ils. "Mes jus abu mylime!" - šaukia jie. ‘Nós amamos vocês dois!' gritam eles. ‘Sizi ikinizi de seviyoruz!' diye bağırıyorlar. 我们爱你们俩!"他们喊道。 «Мы любим вас обоих!» — кричат они. „Wir lieben euch beide!“ rufen sie. ‘Ми любимо вас обох!' кричать вони. ‘우리는 너희 둘 다 사랑해!' 그들이 외친다. 'نحن نحبكما كليكما!' يصرخون. ‘我们都爱你们!' 他们喊道。 ‘ما هر دو شما را دوست داریم!' آنها فریاد می‌زنند. ‘¡Los queremos a los dos!' gritan. ‘Ne iubim pe amândoi!' strigă ei. ‘我们都爱你们!' 他们喊道。 ‘Vi vogliamo bene a entrambi!' gridano. Dat is het laatste wat we horen. آن|است|آخرین|آخرین|که|ما|می‌شنویم 那|是|这|最后|什么|我们|听到 Das|ist|das|letzte|was|wir|hören Це|є|останнє|останнє|що|ми|почуємо |||last|that|we|hear Isso|é|o|último|que|nós|ouvimos ذلك|هو|آخر|آخر|ما|نحن|نسمع asta|este|ultimul|ultim|ce|noi|auzim 그것|~이다|그|마지막|~것|우리|듣다 那|是|这个|最后|什么|我们|听到 O|dır|en|son|ne|biz|duyarız Это|есть|последнее|последнее|что|мы|услышим eso|es|lo|último|que|nosotros|oímos Cela|est|le|dernier|ce que|nous|entendons questo|è|l'|ultimo|che|noi|sentiamo That's the last we hear. Tai paskutinė žinia, kurią išgirdome. 这是我们最后听到的消息。 Essa é a última coisa que ouvimos. C'est la dernière chose que nous entendons. Bu duyduğumuz son şey. Это последнее, что мы слышим. Das ist das Letzte, was wir hören. Це останнє, що ми чуємо. 그것이 우리가 듣는 마지막이다. هذا هو آخر ما نسمعه. 这是我们听到的最后一句话。 این آخرین چیزی است که می‌شنویم. Eso es lo último que escuchamos. Asta este ultimul lucru pe care îl auzim. 这是我们听到的最后一句话。 È l'ultima cosa che sentiamo. Een uur later stijgt ons vliegtuig op. یک|ساعت|بعد|بلند می‌شود|هواپیمای ما|هواپیما|به سمت بالا 一个|小时|后|上升|我们的|飞机|起飞 Одну|годину|пізніше|піднімається|наш|літак|вгору Ein|Stunde|später|hebt|unser|Flugzeug|ab in|hour|later|takes off||airplane|up Um|hora|depois|decola|nosso|avião|para cima ساعة|ساعة|لاحقًا|يرتفع|طائرتنا|طائرة|إلى الأعلى un|oră|mai târziu|decolează|avionul nostru|avion|în sus 한|시간|후에|상승하다|우리의|비행기|이륙하다 一个|小时|后|起飞|我们的|飞机|向上 Bir|saat|sonra|kalkar|bizim|uçak|havalanır Один|час|позже|взлетает|наш|самолет|вверх una|hora|después|asciende|nuestro|avión|arriba Un|heure|plus tard|décolle|notre|avion|en l'air un|ora|dopo|decolla|il nostro|aereo|su An hour later, our plane takes off. Une heure plus tard, notre avion décolle. Satu jam kemudian, pesawat kami lepas landas. Po valandos pakyla mūsų lėktuvas. Uma hora depois, nosso avião decola. Bir saat sonra uçağımız havalanıyor. 一小时后,我们的飞机起飞了。 Через час наш самолет взлетает. Eine Stunde später hebt unser Flugzeug ab. Через годину наш літак піднімається. 한 시간 후, 우리의 비행기가 이륙한다. بعد ساعة، تقلع طائرتنا. 一个小时后,我们的飞机起飞了。 یک ساعت بعد، هواپیمای ما بلند می‌شود. Una hora después, nuestro avión despega. O oră mai târziu, avionul nostru decolează. 一个小时后,我们的飞机起飞了。 Un'ora dopo il nostro aereo decolla. We zijn op weg naar Amsterdam! ما|هستیم|در|راه|به سمت|آمستردام 我们|是|在|路上|去|阿姆斯特丹 Ми|є|в|дорозі|до|Амстердама Wir|sind|auf|dem Weg|nach|Amsterdam we|are|on our|way|to| Nós|estamos|em|caminho|para|Amsterdã نحن|نحن|في|طريق|إلى|أمستردام noi|suntem|pe|drum|spre|Amsterdam 우리|~이다|~로|길|~로|암스테르담 我们|是|在|路上|向|阿姆斯特丹 Biz|var|yolda|yol|'e|Amsterdam Мы|находимся|в|пути|в|Амстердам nosotros|estamos|en|camino|hacia|Ámsterdam Nous|sommes|en|route|vers|Amsterdam noi|siamo|in|viaggio|verso|Amsterdam We are on our way to Amsterdam! Esame pakeliui į Amsterdamą! 我们正在前往阿姆斯特丹的路上! Estamos a caminho de Amsterdã! Nous sommes en route pour Amsterdam ! Amsterdam'a doğru yola çıkıyoruz! Мы направляемся в Амстердам! Wir sind auf dem Weg nach Amsterdam! Ми на шляху до Амстердама! 우리는 암스테르담으로 가는 중이다! نحن في طريقنا إلى أمستردام! 我们正在前往阿姆斯特丹的路上! ما در راه آمستردام هستیم! ¡Estamos en camino a Ámsterdam! Suntem pe drum spre Amsterdam! 我们正前往阿姆斯特丹! Siamo in viaggio verso Amsterdam!

**Hoofdstuk 1 Overzicht** فصل|مرور 章节|概述 Розділ|Огляд Kapitel|Übersicht Chapter|Chapter 1 Overview Capítulo|Visão geral فصل|نظرة عامة capitol|sinteză 장|개요 |przegląd 章节|概述 Bölüm|Genel Bakış Глава|Обзор capítulo|resumen Chapitre|Aperçu capitolo|panoramica Chapter 1 Overview Chapitre 1 Aperçu Capítulo 1 Visão Geral Bölüm 1 Genel Bakış Глава 1 Обзор Kapitel 1 Übersicht Розділ 1 Огляд 제1장 개요 الفصل 1 نظرة عامة 第一章 概述 فصل 1 مرور Capítulo 1 Resumen Capitolul 1 Prezentare generală 第一章 概述 Capitolo 1 Panoramica

**Samenvatting** خلاصه 摘要 Резюме Zusammenfassung Summary Resumo ملخص rezumat 요약 Podsumowanie 总结 Özet Резюме resumen Résumé riassunto Summary Résumé Resumo Özet 摘要 Резюме Zusammenfassung Резюме 요약 ملخص 摘要 خلاصه Resumen Rezumat 摘要 Riepilogo

Daniel en Julia zijn student. دانیل|و|جولیا|هستند|دانشجو 丹尼尔|和|朱莉娅|是|学生 Daniel|und|Julia|sind|Studenten Даніель|і|Юлія|є|студент ||||students Daniel|e|Julia|são|estudantes دانيال|و|جوليا|هم|طالب Daniel|și|Julia|sunt|student 다니엘|그리고|줄리아|~이다|학생 Daniel|||| 丹尼尔|和|朱莉娅|是|学生 Daniel|ve|Julia|dır|öğrenci Даниэль|и|Юлия|являются|студент Daniel|y|Julia|son|estudiante Daniel|et|Julia|sont|étudiants Daniel|e|Giulia|sono|studenti Daniel and Julia are students. Daniel e Julia são estudantes. Daniel et Julia sont étudiants. Daniel ve Julia öğrencidir. Даниэль и Юлия студенты. Daniel und Julia sind Studenten. Даніель і Юлія студенти. 다니엘과 줄리아는 학생이다. دانيال وجوليا طالبان. 丹尼尔和朱莉亚是学生。 دانیل و جولیا دانشجو هستند. Daniel y Julia son estudiantes. Daniel și Julia sunt studenți. 丹尼尔和朱莉娅是学生。 Daniel e Julia sono studenti. Ze wonen in Londen. آنها|زندگی می کنند|در|لندن 她们|住|在|伦敦 Sie|wohnen|in|London Вони|живуть|в|Лондон |live||London Eles|moram|em|Londres هم|يعيشون|في|لندن ei|locuiesc|în|Londra 그들은|살고 있다|~에|런던 她们|住|在|伦敦 Onlar|yaşıyorlar|de|Londra Они|живут|в|Лондоне ellos|viven|en|Londres Ils|habitent|à|Londres loro|vivono|a|Londra They live in London. Eles moram em Londres. Ils vivent à Londres. Londra'da yaşıyorlar. Они живут в Лондоне. Sie wohnen in London. Вони живуть у Лондоні. 그들은 런던에 살고 있다. يعيشان في لندن. 他们住在伦敦。 آنها در لندن زندگی می کنند. Viven en Londres. Ei locuiesc în Londra. 他们住在伦敦。 Vivono a Londra. Ze studeren Nederlands aan de universiteit. آنها|درس می‌خوانند|هلندی|در|دانشگاه|دانشگاه 她们|学习|荷兰语|在|这所|大学 Sie|studieren|Niederländisch|an|der|Universität Вони|вивчають|нідерландську|в|університеті|університет |study|Dutch||| Eles|estudam|Holandês|na|a|universidade هم|يدرسون|الهولندية|في|ال|الجامعة ei|studiază|olandeza|la|universitate|universitate 그들은|공부하고 있다|네덜란드어|에|그|대학교 她们|学习|荷兰语|在|这|大学 Onlar|çalışıyorlar|Hollandaca|de|üniversite|üniversite Они|учат|Нидерландский|в|университете|университете ellos|estudian|neerlandés|en|la|universidad Ils|étudient|néerlandais|à|l'|université loro|studiano|olandese|presso|l'|università They study Dutch at the university. Eles estudam holandês na universidade. Ils étudient le néerlandais à l'université. Üniversitede Hollandaca okuyorlar. Они изучают нидерландский язык в университете. Sie studieren Niederländisch an der Universität. Вони вивчають нідерландську мову в університеті. 그들은 대학에서 네덜란드어를 공부합니다. إنهم يدرسون اللغة الهولندية في الجامعة. 他们在大学学习荷兰语。 آنها در دانشگاه زبان هلندی می‌خوانند. Estudian neerlandés en la universidad. Ei studiază limba olandeză la universitate. 他们在大学学习荷兰语。 Studiano olandese all'università. Ze gaan vandaag naar Nederland. آنها|می‌روند|امروز|به|هلند 她们|去|今天|到|荷兰 Sie|gehen|heute|nach|Niederlande Вони|йдуть|сьогодні|до|Нідерланди ||today|| Eles|vão|hoje|para|Países Baixos هم|يذهبون|اليوم|إلى|هولندا ei|merg|astăzi|în|Olanda 그들은|간다|오늘|에|네덜란드 她们|去|今天|到|荷兰 Onlar|gidiyorlar|bugün|e|Hollanda Они|идут|сегодня|в|Нидерланды ellos|van|hoy|a|Países Bajos Ils|vont|aujourd'hui|vers|les Pays-Bas loro|vanno|oggi|verso|Olanda They are going to the Netherlands today. Eles vão hoje para a Holanda. Ils vont aujourd'hui aux Pays-Bas. Bugün Hollanda'ya gidiyorlar. Сегодня они едут в Нидерланды. Sie fahren heute nach Holland. Сьогодні вони їдуть до Нідерландів. 그들은 오늘 네덜란드에 갑니다. إنهم سيذهبون اليوم إلى هولندا. 他们今天去荷兰。 آنها امروز به هلند می‌روند. Hoy van a los Países Bajos. Ei merg astăzi în Olanda. 他们今天去荷兰。 Oggi vanno nei Paesi Bassi. Zij gaan als uitwisselingsstudent naar Amsterdam. آنها|می‌روند|به عنوان|دانشجوی تبادلی|به|آمستردام 她们|去|作为|交换学生|到|阿姆斯特丹 Sie|gehen|als|Austauschstudent|nach|Amsterdam Вони|йдуть|як|студент обміну|до|Амстердам ||as|exchange student|| Eles|vão|como|estudante de intercâmbio|para|Amsterdã هم|يذهبون|ك|طالب تبادل|إلى|أمستردام ele|merg|ca|student de schimb|în|Amsterdam 그들은|간다|로서|교환학생|에|암스테르담 她们|去|作为|交换学生|到|阿姆斯特丹 Onlar|giderler|olarak|değişim öğrencisi|e|Amsterdam Они|идут|как|студент по обмену|в|Амстердам ellas|van|como|estudiante de intercambio|a|Ámsterdam Ils|vont|en tant que|étudiant d'échange|à|Amsterdam loro|vanno|come|studente di scambio|verso|Amsterdam They are going to Amsterdam as exchange students. Ils partent en tant qu'étudiants d'échange à Amsterdam. Eles vão como estudantes de intercâmbio para Amsterdã. Değişim öğrencisi olarak Amsterdam'a gidiyorlar. Они едут в Амстердам как студенты по обмену. Sie gehen als Austauschstudent nach Amsterdam. Вони їдуть до Амстердама як студенти за обміном. 그들은 교환학생으로 암스테르담에 갑니다. إنهم سيذهبون كطلاب تبادل إلى أمستردام. 他们作为交换学生去阿姆斯特丹。 آنها به عنوان دانشجوی تبادلی به آمستردام می‌روند. Ellos van como estudiantes de intercambio a Ámsterdam. Ei merg ca studenți de schimb la Amsterdam. 他们作为交换学生去阿姆斯特丹。 Vanno ad Amsterdam come studenti di scambio. Hun ouders brengen ze naar de luchthaven. والدینشان|والدین|می‌برند|آنها را|به|فرودگاه|فرودگاه 她们的|父母|送|她们|到|这|机场 Їхні|батьки|відвозять|її|до|(визначений артикль)|аеропорту Ihre|Eltern|bringen|sie|zur|die|Flughafen their||bring them||||airport Seus|pais|levam|ela|para|o|aeroporto والديهم|الآباء|يأخذون|هم|إلى|ال|المطار părinții lor|părinți|duc|pe ei|la|aeroport|aeroport 그들의|부모|데려다준다|그들을|에|그|공항 她们的|父母|送|她们|到|这|机场 Onlar|ebeveynler|götürüyorlar|onları|e|belirli artikel|havaalanı Их|родители|отвозят|их|в|аэропорт|аэропорт sus|padres|llevan|los|a|la|aeropuerto Leurs|parents|emmènent|ils|à|l'|aéroport i loro|genitori|portano|loro|verso|l'|aeroporto Their parents take them to the airport. Leurs parents les emmènent à l'aéroport. Seus pais os levam para o aeroporto. Ebeveynleri onları havaalanına götürüyor. Их родители отвозят их в аэропорт. Ihre Eltern bringen sie zum Flughafen. Їхні батьки відвозять їх до аеропорту. 그들의 부모님이 그들을 공항에 데려다 줍니다. يأخذهم والديهم إلى المطار. 他们的父母把他们送到机场。 والدینشان آنها را به فرودگاه می‌برند. Sus padres los llevan al aeropuerto. Părinții lor îi duc la aeroport. 他们的父母把他们送到机场。 I loro genitori li portano all'aeroporto. Julia is in de auto erg nerveus. جولیا|است|در|آن|ماشین|خیلی|عصبی 朱莉亚|在|在|这辆|汽车|非常|紧张 Julia|ist|im|dem|Auto|sehr|nervös Юлія|є|в|автомобілі|автомобілі|дуже|нервова ||in||||nervous Julia|está|no|do|carro|muito|nervosa جوليا|هي|في|السيارة|السيارة|جدا|متوترة Julia|este|în|mașină|mașină|foarte|nervoasă 줄리아|~이다|~안에|그|차|매우|긴장한 Julia|在|在|这辆|汽车|非常|紧张 Julia|-dır|içinde|-de|araba|çok|gergin Юлия|есть|в|машине|автомобиль|очень|нервничает Julia|está|en|el|coche|muy|nerviosa Julia|est|dans|la|voiture|très|nerveuse Julia|è|in|l'|auto|molto|nervosa Julia is very nervous in the car. Julia está muito nervosa no carro. Julia est très nerveuse dans la voiture. Julia arabada çok gergin. Юлия очень нервничает в машине. Julia ist im Auto sehr nervös. Юлія в автомобілі дуже нервує. 줄리아는 차 안에서 매우 긴장하고 있다. جوليا في السيارة متوترة للغاية. 朱莉娅在车里非常紧张。 جولیا در ماشین بسیار عصبی است. Julia está muy nerviosa en el coche. Julia este foarte nervoasă în mașină. 朱莉娅在车里非常紧张。 Julia è molto nervosa in macchina. Op de luchthaven wordt ze weer rustig. در|آن|فرودگاه|می‌شود|او|دوباره|آرام 在|这个|机场|她变得|她|再次|冷静 На|а|аеропорт|стає|вона|знову|спокійною An|der|Flughafen|wird|sie|wieder|ruhig at|the|airport|is|she|again|calm No|da|aeroporto|fica|ela|novamente|calma في|المطار|المطار|تصبح|هي|مرة أخرى|هادئة la|aeroport|aeroport|devine|ea|din nou|calmă ~에서|그|공항|~가 되다|그녀는|다시|차분한 在|这个|机场|她变得|她|再次|冷静 Havaalanında|de|havaalanı|olur|o|tekrar|sakin В|аэропорту|аэропорт|становится|она|снова|спокойной en|el|aeropuerto|se pone|ella|de nuevo|tranquila À|l'|aéroport|devient|elle|à nouveau|calme all'|l'|aeroporto|diventa|lei|di nuovo|calma At the airport, she becomes calm again. À l'aéroport, elle redevient calme. Oro uoste ji atgauna nuovoką. No aeroporto, ela fica calma novamente. Havaalanında tekrar sakinleşiyor. В аэропорту она снова успокаивается. Am Flughafen wird sie wieder ruhig. В аеропорту вона знову заспокоюється. 공항에서 그녀는 다시 차분해진다. في المطار تصبح هادئة مرة أخرى. 在机场她又冷静下来。 در فرودگاه او دوباره آرام می‌شود. En el aeropuerto, ella se calma de nuevo. La aeroport, ea devine din nou calmă. 在机场她又平静下来。 All'aeroporto si calma di nuovo. Zij en Daniel vertrekken naar Nederland. او|و|دانیل|حرکت می‌کنند|به|هلند 她|和|丹尼尔|出发|去|荷兰 Вона|і|Даніель|відправляються|до|Нідерланди Sie|und|Daniel|fahren|nach|Niederlande She|||leave for|| Ela|e|Daniel|partem|para|Países Baixos هي|و|دانيال|يغادرون|إلى|هولندا ea|și|Daniel|pleacă|spre|Olanda 그녀는|그리고|다니엘|출발하다|~로|네덜란드 她|和|Daniel|他们出发|去|荷兰 O|ve|Daniel|ayrılıyorlar|e|Hollanda Она|и|Даниэль|уезжают|в|Нидерланды ella|y|Daniel|se van|a|Países Bajos Elle|et|Daniel|partent|vers|Pays-Bas lei|e|Daniel|partono|verso|Paesi Bassi She and Daniel are leaving for the Netherlands. Ela e Daniel partem para a Holanda. Elle et Daniel partent pour les Pays-Bas. O ve Daniel Hollanda'ya gidiyor. Она и Даниэль отправляются в Нидерланды. Sie und Daniel fahren nach Nederland. Вона та Даніель вирушають до Нідерландів. 그녀와 다니엘은 네덜란드로 떠난다. هي ودانيال يغادران إلى هولندا. 她和丹尼尔前往荷兰。 او و دانیل به هلند می‌روند. Ella y Daniel se dirigen a los Países Bajos. Ea și Daniel pleacă spre Olanda. 她和丹尼尔出发去荷兰。 Lei e Daniel partono per i Paesi Bassi.

SENT_CWT:AFkKFwvL=4.0 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=4.38 SENT_CWT:AFkKFwvL=4.52 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.39 SENT_CWT:AFkKFwvL=2.89 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=3.38 SENT_CWT:AFkKFwvL=4.66 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.84 SENT_CWT:AFkKFwvL=3.47 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.27 SENT_CWT:AFkKFwvL=3.98 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=3.33 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=4.18 PAR_CWT:AvJ9dfk5=11.35 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=4.03 PAR_CWT:AvJ9dfk5=6.1 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=1.65 PAR_CWT:AvJ9dfk5=5.72 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=3.83 PAR_CWT:AvJ9dfk5=3.76 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.99 PAR_CWT:AvJ9dfk5=2.86 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=2.72 PAR_CWT:AvJ9dfk5=4.56 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=3.83 PAR_CWT:AvJ9dfk5=6.1 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=4.07 PAR_CWT:B7ebVoGS=6.39 pt:AFkKFwvL fr:AFkKFwvL tr:AFkKFwvL ru:AFkKFwvL de:AFkKFwvL uk:AFkKFwvL ko:AvJ9dfk5 ar:AvJ9dfk5 zh-cn:AvJ9dfk5 fa:AvJ9dfk5 es:AvJ9dfk5 ro:AvJ9dfk5 zh-tw:AvJ9dfk5 it:B7ebVoGS openai.2025-02-07 ai_request(all=70 err=0.00%) translation(all=139 err=0.00%) cwt(all=785 err=0.13%)