×

We gebruiken cookies om LingQ beter te maken. Als u de website bezoekt, gaat u akkoord met onze cookiebeleid.


image

Dutchies to be, AGREE and DISAGREE in Dutch. Learn all about the "het eens zijn met" construction.

Nederlands is echt de allermooiste taal ter wereld! Toch?

Ben je het eens of oneens?

Hallo allemaal, Dutchies to be!

Welkom weer bij een video waarin ik jullie over de aller-, aller-, allermooiste taal ter wereld leer!

Vind jij dat ook? Of vind jij dat niet?

Ja, misschien dat niet iedereen Nederlands de mooiste taal ter wereld vindt

en ik zal je vergeven als je dat niet vindt, ook al breekt het mijn hart natuurlijk...

Maar meningen verschillen...

Anyway, hoe zeg je eigenlijk dat je dat ook vindt of dat je dat niet vindt?

Als je ook vindt dat Nederlands de mooiste taal ter wereld is, dan kun je zeggen:

"Ja, inderdaad"

of "Ja, dat vind ik ook"

of "Ja, je hebt gelijk!"

Maar als je het niet vindt, als je Nederlands niet de mooiste taal ter wereld vindt, dan kun je zeggen:

"Nee, echt niet..."

of "Nee, dat vind ik niet"

of "Nee, je hebt geen gelijk."

Dit zijn prima manieren om te reageren.

Maar meestal reageren wij Nederlanders met een ander soort constructie

en die constructie is een beetje ingewikkeld en die ga ik jullie dus vandaag leren.

Deze constructie is namelijk: "het eens zijn met" als je dat ook vindt

of "het niet eens zijn met"

of "het oneens zijn met" als je dat niet vindt.

Maar we kunnen dit op twee manieren gebruiken.

Je kunt het gebruiken dat je het "eens bent" of "oneens bent" met IEMAND, met een persoon.

Of je kunt het gebruiken dat je "het met IETS eens bent" of "oneens bent".

Dus of met de persoon, of met iets; met de stelling.

En de grammaticale structuur verandert een beetje als je de tweede optie wilt gebruiken

dus we gaan nu goed kijken naar wat voorbeelden.

Laten we eerst kijken wat je zegt als je "het met IEMAND eens bent of oneens bent".

Dus: "Nederlands is de mooiste taal ter wereld."

Als ik dat zeg en jij denkt dat ook, dan kun je zeggen:

"Ja, ik ben het met je eens.

Ik vind dat ook."

Als je dat niet vindt dan zeg je:

"Nee, ik ben het niet met je/jou eens.

Ik vind Spaans mooier."

Je kan ook zeggen: ik heb dezelfde mening als jij:

"Wij zijn het met elkaar eens."

Wij hebben dezelfde mening.

Wij vinden Nederlands allebei de mooiste taal.

Of: Nee we hebben niet dezelfde mening, ik vind Spaans mooier, dan zeg ik:

"We zijn het niet met elkaar eens."

Een andere stelling:

"Andreas vindt Lolita van Nabokov het beste boek aller tijden."

Nou, dan kan ik zeggen:

"Ik ben het met hem eens.

Ik vind dat ook!"

En als ik een ander boek mooier vind dan zeg ik:

"Nee, ik ben het niet met hem (Andreas) eens.

Ik vind Norwegian Wood mooier."

Ja, dus deze constructie is steeds "het eens zijn met ..."

en dan JOU of HEM of ELKAAR of een naam van iemand.

Dat is dus dat je nadruk legt op de mening van die persoon, dat je dezelfde mening hebt als die persoon.

Maar ik kan ook een andere manier gebruiken en dat is dat je zegt dat je "het met IETS eens bent".

Met het concept zelf, met de stelling, of met iemands gedrag.

En dan gebruiken we een ander soort structuur.

Dus we hebben weer: "Nederlands is de mooiste taal ter wereld."

Als je dat niet vindt dan zeg je:

"Ik ben het er niet mee eens."

Ah, kijk! Dus nu is het niet per se dat ik zeg: ik heb niet dezelfde mening als jij.

Nee, het gaat nu alleen over deze stelling.

"Nee, ik ben het er niet mee eens."

Of, ik vind dat wel:

"Ik ben het ermee eens.

Ik vind dat ook!"

Of: "Ik ben het er niet mee eens. Ik vind dat niet."

Nu zie je dat we dus ER hebben in de zin.

En ER staat hier om te verwijzen naar de stelling.

Dus de stelling is: "Nederlands is de mooiste taal."

"Ja, ik ben het ERMEE eens."

ER verwijst naar die stelling van eerst.

En waarom gebruiken we hier ER en niet bijvoorbeeld HET?

Nou, dat heeft te maken met de constructie zelf "het (on)eens zijn met".

Deze hele constructie heeft een prepositie (MET)

en door deze prepositie gebruiken we nu ER in de zin en niet HET.

Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld (een makkelijker voorbeeld) als je zegt:

"Ik zit op de stoel."

"Ik zit OP de stoel" en je wilt "de stoel" vervangen door een ander woord

dan kun je niet zeggen:

"Ik zit op HET/HEM." Nee!

Nu krijg je ER.

In het Nederlands krijg je ER als je wilt verwijzen naar iets uit de vorige zin

of als je een woordgroep wilt vervangen dan krijg je ER.

Dat komt door de prepositie en dan wordt het" "Ik zit erop."

Dit is zelf een heel moeilijk grammaticaal onderwerp

dus als je daar meer over wilt leren dan kun je deze video kijken want daarin leg ik dit helemaal uit.

Voor nu moeten we dit gewoon onthouden!

Als je wilt verwijzen naar de stelling leer dan dat je zegt:

"Ik ben het ERMEE eens" of "Ik ben het ER niet MEE eens".

En waarom staat hier MEE en waarom staat hier niet MET?

Dat is ook weer een grammaticaal dingetje.

Als je ER in de zin hebt staan, dan verandert de prepositie MET altijd in MEE.

Als je daar meer over wilt leren, dan kun je deze video kijken of je aanmelden voor de gratis prepositiecursus.

Nu gaat het dus om de hele constructie zelf.

Die gaan we nu nog vaker gebruiken met wat meer voorbeelden.

Bijvoorbeeld, we zeiden net ook:

"Andreas vindt Lolita van Nabokov het mooiste boek ooit geschreven."

Ja, net zeiden we: "Ik ben het MET HEM eens"

maar we kunnen ook nu zeggen: "Ik ben het ERMEE eens."

Nu leggen we nadruk op het concept: "I agree with this."

"Lolita van Nabokov is het beste boek aller tijden."

"Nee, dat vind ik niet. Ik ben het ER niet MEE eens."

Ik vind Norwegian Wood beter.

"I don't agree with this" = "Ik ben het er niet mee eens."

Dit is als je reageert op een stelling, maar je kan ook zeggen of je het eens bent met iemands gedrag.

Bijvoorbeeld als ik moeder zou zijn en mijn dochter is 16, en als zij uitgaat in het weekend komt ze altijd heel laat thuis

dan kan ik tegen haar zeggen:

"Ik ben het er niet mee eens dat je altijd zo laat thuiskomt."

"Ik ben het ER niet mee eens DAT je altijd zo laat thuiskomt."

Ik vind dat niet goed! Je moet eigenlijk vroeger thuiskomen, uit de kroeg bijvoorbeeld.

Of iets anders:

"Ik ben het er niet mee eens dat in sommige landen kleine kinderen al alcohol krijgen...." (bijvoorbeeld).

"Ik ben het er niet mee eens dat ouders hun kleine kinderen soms alcohol geven."

En hier gebruiken we ER om helemaal vooruit te wijzen naar de bijzin

en dan krijg je in de dat-zin (de bijzin) iets waar je aan refereert wat je wel goed vindt of niet goed vindt.

Ja, dus hier moet ook weer ER in de zin staan (grammaticaal) om vooruit te wijzen.

Nou, als laatste nog twee dingen.

De eerste is als iemand iets direct tegen jou zegt

bijvoorbeeld weer: "Nederlands is de allermooiste taal"

en jij vindt dit ook, dan kun je ook gewoon alleen zeggen:

"Eens!"

"Eens!"

Ja.... Makkelijk! Waarom ben ik niet de de video hiermee begonnen?

Nou, je zegt gewoon "eens!" Klaar! Video afgelopen.

Doei! Tot de volgende video!

"Eens!"

"Lolita is het beste boek ooit geschreven."

"Eens!"

Ja... Dus dit kan alleen als je iets ook vindt, als iemand direct iets tegen jou zegt

en jij dezelfde mening hebt, dan kun je zeggen: "Eens!"

Juist!

En nummer twee is dat in de constructie met ER, dat je ER ook kan vervangen door DAAR of HIER

en dan leg je iets meer nadruk.

Bijvoorbeeld: "Nederlands is de mooiste taal".

Nou, net zeiden we: "Ik ben het ERMEE eens."

Je kan ook zeggen: "Ik ben het HIERMEE eens"

of "Ik ben het DAARMEE eens."

"Ja, ik ben het DAARMEE eens!"

Of: "Ik ben het HIER niet mee eens"

of "Ik ben het DAAR niet mee eens."

Maar HIER en DAAR kunnen ook op de eerste plek van de zin komen.

ER kan niet op de eerste plek staan! Maar HIER en DAAR wel.

Het legt net iets meer nadruk.

"Lolita van Nabokov vind ik het beste boek ooit."

"Ja, DAAR ben ik het mee eens!"

Of: "Nee, DAAR ben ik het niet mee eens..."

Dus nog een laatste voorbeeld:

"We moeten geen alcohol geven aan jonge kinderen."

Nou, je kan dus zeggen: "Eens!"

"Eens!"

Of: "Ik ben het MET JE eens"

of "Ik ben het ERMEE eens"

of "Ik ben het HIERMEE eens",

"Ik ben het DAARMEE eens"

of "DAAR ben ik het mee eens"

of "HIER ben ik het mee eens."

Juist! Hoeveel mogelijkheden waren dat? Acht? Negen?

"Eens", "Ik ben het MET JE eens", "Ik ben het ERMEE eens", "Ik ben het HIERMEE eens", "Ik ben het DAARMEE eens", "DAAR ben ik het mee eens", "HIER ben ik het mee eens"...

Zeven! Veel!

Juist!

Nou, dat was het voor vandaag.

Dit is misschien even ook weer veel...!

Voor mijn patrons heb ik trouwens nog een extra bestand geüpload op Patreon met nog wat meer voorbeelden.

Dus als je een patron bent (of wordt) en je wilt dit een beetje herhalen en wat meer voorbeelden zien

ga dan naar mijn Patreonpagina.

Maar voor nu, voor hier, voor jullie allemaal, nog een opdracht, een beetje huiswerk.

Ik geef jullie drie stellingen en jullie mogen in de reacties zetten of je "het eens bent" of "het oneens bent" met deze stellingen.

Nou, de eerste is wat we al duizend keer hebben herhaald:

De stelling: "Nederlands is de mooiste taal ter wereld!"

Ben je het ermee eens?

Dus wat zeg je als ik vraag: "Ben je het ermee eens?"

Nummer twee: afgelopen zaterdag ben ik 36 geworden

(true story, ja...)

en oh mijn God, de tijd vliegt voorbij!

"De tijd vliegt! Waar blijft de tijd?"

Ben je het met mij eens, of niet?

En nummer drie: "Deze video was heel informatief, toch?"

Ben je het hiermee eens, of niet?

Ben je het hiermee eens, of niet?

Ja, laat het me weten in de reacties.

Nou jongens, als jullie mij willen helpen, geef deze video alsjeblieft een like!

Reageer in de reacties met ofwel een antwoord of iets anders:

"Hoi Kim, hoe gaat het?" (bijvoorbeeld...)

En als je nog niet was geabonneerd dan kun je dat nu doen, zodat je nog meer Nederlands met mij kan blijven leren.

Ik wens jullie allemaal een heel mooie dag en tot heel snel in de volgende video! Doei!

Nederlands is echt de allermooiste taal ter wereld! Toch? Dutch is truly the most beautiful language in the world! Right?

Ben je het eens of oneens? Do you agree or disagree?

Hallo allemaal, Dutchies to be! Hello all, Dutchies to be!

Welkom weer bij een video waarin ik jullie over de aller-, aller-, allermooiste taal ter wereld leer! Welcome again to a video in which I teach you about the utter most beautiful language in the world!

Vind jij dat ook? Of vind jij dat niet? Do you think that as well? Or don't you think so?

Ja, misschien dat niet iedereen Nederlands de mooiste taal ter wereld vindt Yes, maybe not everyone thinks Dutch is the most beautiful language in the world

en ik zal je vergeven als je dat niet vindt, ook al breekt het mijn hart natuurlijk... and I'll forgive you if you don't, even if it breaks my heart of course... et je te pardonnerai si tu ne le penses pas, même si cela me brise le cœur, bien sûr.

Maar meningen verschillen... But opinions differ...

Anyway, hoe zeg je eigenlijk dat je dat ook vindt of dat je dat niet vindt? Anyway, how do you say that you think that as well, or that you don't think that?

Als je ook vindt dat Nederlands de mooiste taal ter wereld is, dan kun je zeggen: If you also think that Dutch is the most beautiful language in the world, then you can say:

"Ja, inderdaad" "Ja, inderdaad" (Yes, indeed)

of "Ja, dat vind ik ook" or "Ja, dat vind ik ook" (Yes, I think so too)

of "Ja, je hebt gelijk!" or "Ja, je hebt gelijk!" (Yes, you're right!)

Maar als je het niet vindt, als je Nederlands niet de mooiste taal ter wereld vindt, dan kun je zeggen: But if you don't think so, if you don't think Dutch is the most beautiful language in the world, you can say:

"Nee, echt niet..." "Nee, echt niet..." (No, it's not...)

of "Nee, dat vind ik niet" or "Nee, dat vind ik niet" (No, I don't think so)

of "Nee, je hebt geen gelijk." or "Nee, je hebt geen gelijk." (No, you're not right)

Dit zijn prima manieren om te reageren. These are great ways to respond.

Maar meestal reageren wij Nederlanders met een ander soort constructie But usually we Dutch react with a different kind of construction

en die constructie is een beetje ingewikkeld en die ga ik jullie dus vandaag leren. and that construction is a bit complicated and so I'm going to teach you that one today.

Deze constructie is namelijk: "het eens zijn met" als je dat ook vindt This construction is namely: "het eens zijn met" if you agree

of "het niet eens zijn met" or "het niet eens zijn met"

of "het oneens zijn met" als je dat niet vindt. or "het oneens zijn met" if you do not agree.

Maar we kunnen dit op twee manieren gebruiken. But we can use this in two ways.

Je kunt het gebruiken dat je het "eens bent" of "oneens bent" met IEMAND, met een persoon. You can use it that you "agree" or "disagree" with SOMEONE, with a person.

Of je kunt het gebruiken dat je "het met IETS eens bent" of "oneens bent". Or you can use it that you "agree/disagree" with SOMETHING.

Dus of met de persoon, of met iets; met de stelling. So either with the person or with something; with the statement. Donc soit avec la personne, soit avec quelque chose ; avec la proposition.

En de grammaticale structuur verandert een beetje als je de tweede optie wilt gebruiken And the grammatical structure changes a bit if you want to use the second option,

dus we gaan nu goed kijken naar wat voorbeelden. so let's take a closer look at some examples now.

Laten we eerst kijken wat je zegt als je "het  met IEMAND eens bent of oneens bent". First, let's see what you say when you "agree or disagree with SOMEONE".

Dus: "Nederlands is de mooiste taal ter wereld." So: "Dutch is the most beautiful language in the world."

Als ik dat zeg en jij denkt dat ook, dan kun je zeggen: If I say that and you think so too, you can say,

"Ja, ik ben het met je eens. "Ja, ik ben het met je eens." (Yes, I agree with you).

Ik vind dat ook." "Ik vind dat ook."" (I think so too.)

Als je dat niet vindt dan zeg je: If you don't like that, say:

"Nee, ik ben het niet met je/jou eens. "Nee, ik ben het niet met je/jou eens." (No, I don't agree with you.)

Ik vind Spaans mooier." "Ik vind Spaans mooier." (I like Spanish better.)

Je kan ook zeggen: ik heb dezelfde mening als jij: You can also say: I have the same opinion as you:

"Wij zijn het met elkaar eens." "Wij zijn het met elkaar eens." (We agree with each other.)

Wij hebben dezelfde mening. We have the same opinion.

Wij vinden Nederlands allebei de mooiste taal. We both think Dutch is the most beautiful language.

Of: Nee we hebben niet dezelfde mening, ik vind Spaans mooier, dan zeg ik: Or: No, we don't have the same opinion, I like Spanish better, then I say:

"We zijn het niet met elkaar eens." "We zijn het niet met elkaar eens." (We don't agree with each other.)

Een andere stelling: Another statement:

"Andreas vindt Lolita van Nabokov het beste boek aller tijden." "Andreas thinks Lolita by Nabokov is the best book of all time."

Nou, dan kan ik zeggen: Well, then I can say,

"Ik ben het met hem eens. "Ik ben het met hem eens." (I agree with him.)

Ik vind dat ook!" "Ik vind dat ook!"

En als ik een ander boek mooier vind dan zeg ik: And if I like another book better, I say,

"Nee, ik ben het niet met hem (Andreas) eens. "Nee, ik ben het niet met hem (Andreas) eens." (No, I don't agree with him)

Ik vind Norwegian Wood mooier." "Ik vind Norwegian Wood mooier."

Ja, dus deze constructie is steeds "het eens zijn met ..." Yes, so this construction is always "het eens zijn met ..."

en dan JOU of HEM of ELKAAR of een naam van iemand. and then JOU or HEM or ELKAAR or someone's name.

Dat is dus dat je nadruk legt op de mening van die persoon, dat je dezelfde mening hebt als die persoon. So that is that you emphasize the opinion of that person, that you have the same opinion as that person.

Maar ik kan ook een andere manier gebruiken en dat is dat je zegt dat je "het met IETS eens bent". But I can also use another way and that is you say you "agree with SOMETHING".

Met het concept zelf, met de stelling, of met iemands gedrag. With the concept itself, with the statement, or with someone's behaviour.

En dan gebruiken we een ander soort structuur. And then we use a different kind of structure.

Dus we hebben weer: "Nederlands is de mooiste taal ter wereld." So we have again: "Dutch is the most beautiful language in the world."

Als je dat niet vindt dan zeg je: If you don't think so, then you say,

"Ik ben het er niet mee eens." "Ik ben het er niet mee eens." (I don't agree with this.)

Ah, kijk! Dus nu is het niet per se dat ik zeg: ik heb niet dezelfde mening als jij. Oh, look! So now it's not necessarily that I'm saying I don't have the same opinion as you.

Nee, het gaat nu alleen over deze stelling. No, it is now only about this statement.

"Nee, ik ben het er niet mee eens." "Nee, ik ben het er niet mee eens." (No, I don't agree (with this))

Of, ik vind dat wel: Or, I do think so:

"Ik ben het ermee eens. "Ik ben het ermee eens." (I agree (with this))

Ik vind dat ook!" "Ik vind dat ook!"

Of: "Ik ben het er niet mee eens. Ik vind dat niet." Or, "Ik ben het er niet mee eens. Ik vind dat niet."

Nu zie je dat we dus ER hebben in de zin. Now you see that we have ER in the sentence.

En ER staat hier om te verwijzen naar de stelling. And ER is here to refer to the statement.

Dus de stelling is: "Nederlands is de mooiste taal." So the statement is: "Dutch is the most beautiful language."

"Ja, ik ben het ERMEE eens." "Ja, ik ben het ERMEE eens."

ER verwijst naar die stelling van eerst. ER refers to that statement from earlier.

En waarom gebruiken we hier ER en niet bijvoorbeeld HET? And why do we use ER here and not, for example, HET?

Nou, dat heeft te maken met de constructie zelf "het (on)eens zijn met". Well, that has to do with the construction itself "het (on)eens zijn met".

Deze hele constructie heeft een prepositie (MET) This whole construction has a preposition (MET)

en door deze prepositie gebruiken we nu ER in de zin en niet HET. and because of this preposition we now use ER in the sentence and not HET.

Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld (een makkelijker voorbeeld) als je zegt: The same goes for example (an easier example) when you say,

"Ik zit op de stoel." "Ik zit op de stoel." (I'm sitting on the chair.)

"Ik zit OP de stoel" en je wilt "de stoel" vervangen door een ander woord "Ik zit OP de stoel" and you want to replace "de stoel" with another word

dan kun je niet zeggen: then you can't say

"Ik zit op HET/HEM." Nee! "Ik zit op HET/HEM." No!

Nu krijg je ER. Now you get ER.

In het Nederlands krijg je ER als je wilt verwijzen naar iets uit de vorige zin In Dutch you get ER if you want to refer to something from the previous sentence

of als je een woordgroep wilt vervangen dan krijg je ER. or if you want to replace a word group then you get ER. ou si vous voulez remplacer une phrase, vous obtenez ER.

Dat komt door de prepositie en dan wordt het" "Ik zit erop." That's because of the preposition and then it becomes: "Ik zit erop" (I'm sitting on it).

Dit is zelf een heel moeilijk grammaticaal onderwerp This is itself a very difficult grammatical subject

dus als je daar meer over wilt leren dan kun je deze video kijken want daarin leg ik dit helemaal uit. so if you want to learn more about that then you can watch this video because in it I explain this in full.

Voor nu moeten we dit gewoon onthouden! For now, we have to just remember this!

Als je wilt verwijzen naar de stelling leer dan dat je zegt: If you want to refer to the statement learn that you say

"Ik ben het ERMEE eens" of "Ik ben het ER niet MEE eens". "Ik ben het ERMEE eens" or "Ik ben het ER niet MEE eens".

En waarom staat hier MEE en waarom staat hier niet MET? And why does it say MEE and why doesn't it say MET?

Dat is ook weer een grammaticaal dingetje. That is also another grammatical thing.

Als je ER in de zin hebt staan, dan verandert de prepositie MET altijd in MEE. When you have ER in the sentence, the preposition MET always changes to MEE.

Als je daar meer over wilt leren, dan kun je deze video kijken of je aanmelden voor de gratis prepositiecursus. If you want to learn more about that, you can watch this video or sign up for the free preposition course.

Nu gaat het dus om de hele constructie zelf. So now it's about the whole construction itself.

Die gaan we nu nog vaker gebruiken met wat meer voorbeelden. We are now going to use it even more often with some more examples.

Bijvoorbeeld, we zeiden net ook: For example, we also just said:

"Andreas vindt Lolita van Nabokov het mooiste boek ooit geschreven." "Andreas thinks Lolita by Nabokov is the most beautiful book ever written."

Ja, net zeiden we: "Ik ben het MET HEM eens" Yes, we just said: "Ik ben het MET HEM eens"

maar we kunnen ook nu zeggen: "Ik ben het ERMEE eens." but we can also now say, "Ik ben het ERMEE eens."

Nu leggen we nadruk op het concept: "I agree with this." Now we put emphasis on the concept: "I agree with this." Maintenant, nous mettons l'accent sur le concept : "Je suis d'accord avec cela".

"Lolita van Nabokov is het beste boek aller tijden." "Lolita by Nabokov is the best book of all time."

"Nee, dat vind ik niet. Ik ben het ER niet MEE eens." "Nee, dat vind ik niet. Ik ben het ER niet MEE eens."

Ik vind Norwegian Wood beter. "Ik vind Norwegian Wood beter."

"I don't agree with this" = "Ik ben het er niet mee eens." "I don't agree with this" = "Ik ben het er niet mee eens."

Dit is als je reageert op een stelling, maar je kan ook zeggen of je het eens bent met iemands gedrag. This is when you respond to a statement, but you can also say whether you agree with someone's behavior.

Bijvoorbeeld als ik moeder zou zijn en mijn dochter is 16, en als zij uitgaat in het weekend komt ze altijd heel laat thuis For example if I were a mother and my daughter is 16, and if she goes out on the weekends, she always comes home very late

dan kan ik tegen haar zeggen: I can say to her:

"Ik ben het er niet mee eens dat je altijd zo laat thuiskomt." "I don't agree that you are always coming home so late."

"Ik ben het ER niet mee eens DAT je altijd zo laat thuiskomt." "Ik ben het ER niet mee eens DAT je altijd zo laat thuiskomt."

Ik vind dat niet goed! Je moet eigenlijk vroeger thuiskomen, uit de kroeg bijvoorbeeld. I don't like that! You should actually come home earlier, from the pub for example. Je n'aime pas ça ! En fait, tu devrais rentrer plus tôt, du pub par exemple.

Of iets anders: Or something else:

"Ik ben het er niet mee eens dat in sommige landen kleine kinderen al alcohol krijgen...." (bijvoorbeeld). "I don't agree that in some countries small children are already getting alcohol...." (for example)

"Ik ben het er niet mee eens dat ouders hun kleine kinderen soms alcohol geven." "I do not agree that parents sometimes give their small children alcohol."

En hier gebruiken we ER om helemaal vooruit te wijzen naar de bijzin And here we use ER to point all the way forward to the subordinate clause

en dan krijg je in de dat-zin (de bijzin) iets waar  je aan refereert wat je wel goed vindt of niet goed vindt. and then in the dat-sentence (the subordinate clause) you get something to which you refer that you like or don't like

Ja, dus hier moet ook weer ER in de zin staan (grammaticaal) om vooruit te wijzen. Yes, so we need ER in the sentence (grammatically) to point forward.

Nou, als laatste nog twee dingen. Well, two last things.

De eerste is als iemand iets direct tegen jou zegt The first is if someone says something directly to you,

bijvoorbeeld weer: "Nederlands is de allermooiste taal" for example: "Dutch is the most beautiful language"

en jij vindt dit ook, dan kun je ook gewoon alleen zeggen: and you think this too, then you can also just say:

"Eens!" "Eens!" (Agree!)

"Eens!" "Eens!"

Ja.... Makkelijk! Waarom ben ik niet de de video hiermee begonnen? Yes.... Easy! Why didn't I start the video with this? Oui.... Facile ! Pourquoi n'ai-je pas commencé la vidéo par cela ?

Nou, je zegt gewoon "eens!" Klaar! Video afgelopen. Well, you just say "eens!" Finished! Video ended. Il suffit de dire "une fois". C'est fait ! Vidéo terminée.

Doei! Tot de volgende video! Bye! Until the next video!

"Eens!" "Eens!"

"Lolita is het beste boek ooit geschreven." "Lolita is the best book ever written."

"Eens!" "Eens!"

Ja... Dus dit kan alleen als je iets ook vindt, als iemand direct iets tegen jou zegt Yes... So this is only possible if you also think something, if someone directly says something to you

en jij dezelfde mening hebt, dan kun je zeggen: "Eens!" and you have the same opinion, then you can say: "Eens!"

Juist! Right!

En nummer twee is dat in de constructie met  ER, dat je ER ook kan vervangen door DAAR of HIER And number two is that in the construction with ER, you can also replace ER with DAAR or HIER

en dan leg je iets meer nadruk. and then you put a little more emphasis.

Bijvoorbeeld: "Nederlands is de mooiste taal". For example: "Dutch is the most beautiful language".

Nou, net zeiden we: "Ik ben het ERMEE eens." Well, we just said, "Ik ben het ERMEE eens."

Je kan ook zeggen: "Ik ben het HIERMEE eens" You can also say, "Ik ben het HIERMEE eens"

of "Ik ben het DAARMEE eens." or "Ik ben het DAARMEE eens."

"Ja, ik ben het DAARMEE eens!" "Ja, ik ben het DAARMEE eens!"

Of: "Ik ben het HIER niet mee eens" Or, "Ik ben het HIER niet mee eens"

of "Ik ben het DAAR niet mee eens." or "Ik ben het DAAR niet mee eens."

Maar HIER en DAAR kunnen ook op de eerste plek van de zin komen. But HIER and DAAR can also come on the first spot of the sentence.

ER kan niet op de eerste plek staan! Maar HIER en DAAR wel. ER can't be first! But HIER and DAAR can.

Het legt net iets meer nadruk. It just puts a little more emphasis.

"Lolita van Nabokov vind ik het beste boek ooit." "I think Lolita by Nabokov is the best book ever."

"Ja, DAAR ben ik het mee eens!" "Ja, DAAR ben ik het mee eens!"

Of: "Nee, DAAR ben ik het niet mee eens..." Or: "Nee, DAAR ben ik het niet mee eens..."

Dus nog een laatste voorbeeld: So one last example:

"We moeten geen alcohol geven aan jonge kinderen." "We shouldn't give alcohol to young children."

Nou, je kan dus zeggen: "Eens!" Well, you can say, "Eens!"

"Eens!" "Eens!"

Of: "Ik ben het MET JE eens" Or: "Ik ben het MET JE eens"

of "Ik ben het ERMEE eens" or "Ik ben het ERMEE eens"

of "Ik ben het HIERMEE eens", or "Ik ben het HIERMEE eens",

"Ik ben het DAARMEE eens" "Ik ben het DAARMEE eens"

of "DAAR ben ik het mee eens" or "DAAR ben ik het mee eens"

of "HIER ben ik het mee eens." or "HIER ben ik het mee eens."

Juist! Hoeveel mogelijkheden waren dat? Acht?  Negen? Right! How many possibilities were that? eight? Nine?

"Eens", "Ik ben het MET JE eens", "Ik ben het ERMEE eens", "Ik ben het HIERMEE eens", "Ik ben het DAARMEE eens", "DAAR ben ik het mee eens",  "HIER ben ik het mee eens"... "Eens", "Ik ben het MET JE eens", "Ik ben het ERMEE eens", "Ik ben het HIERMEE eens", "Ik ben het DAARMEE eens", "DAAR ben ik het mee eens", "HIER ben ik het mee eens"...

Zeven! Veel! Seven! A lot!

Juist! Right!

Nou, dat was het voor vandaag. Well, that's it for today.

Dit is misschien even ook weer veel...! This might be a lot again...!

Voor mijn patrons heb ik trouwens nog een extra bestand geüpload op Patreon met nog wat meer voorbeelden. By the way, for my patrons, I uploaded an extra file on Patreon with some more examples.

Dus als je een patron bent (of wordt) en je wilt dit een beetje herhalen en wat meer voorbeelden zien So if you are (or become) a patron and want to repeat this a little bit and see some more examples,

ga dan naar mijn Patreonpagina. head over to my Patreon page.

Maar voor nu, voor hier, voor jullie allemaal, nog een opdracht, een beetje huiswerk. But for now, for here, for all of you, one more assignment, a little homework.

Ik geef jullie drie stellingen en jullie mogen in de reacties zetten of je "het eens bent" of "het oneens bent" met deze stellingen. I give you three statements and you can write in the comments whether you "agree" or "disagree" with these statements.

Nou, de eerste is wat we al duizend keer hebben herhaald: Well, the first is what we've repeated a thousand times:

De stelling: "Nederlands is de mooiste taal ter wereld!" The statement: "Dutch is the most beautiful language in the world!"

Ben je het ermee eens? "Ben je het ermee eens?"

Dus wat zeg je als ik vraag: "Ben je het ermee eens?" So what do you say when I ask, "Ben je het ermee eens?"

Nummer twee: afgelopen zaterdag ben ik 36 geworden Number two: last Saturday I turned 36

(true story, ja...) (true story, yes...)

en oh mijn God, de tijd vliegt voorbij! and oh my God, time flies!

"De tijd vliegt! Waar blijft de tijd?" "Time flies! Where does the time go?"

Ben je het met mij eens, of niet? "Ben je het met mij eens, of niet?"

En nummer drie: "Deze video was heel informatief, toch?" And number three: "This video was very informative, wasn't it?"

Ben je het hiermee eens, of niet? "Ben je het hiermee eens, of niet?"

Ben je het hiermee eens, of niet? "Ben je het hiermee eens, of niet?"

Ja, laat het me weten in de reacties. Yes, let me know in the comments.

Nou jongens, als jullie mij willen helpen, geef deze video alsjeblieft een like! Well guys, if you want to help me, please give this video a like!

Reageer in de reacties met ofwel een antwoord of iets anders: Reply in the comments with either an answer or something else: Répondez dans les commentaires avec une réponse ou quelque chose d'autre :

"Hoi Kim, hoe gaat het?" (bijvoorbeeld...) "Hi Kim, how are you?" (for example...)

En als je nog niet was geabonneerd dan kun je dat nu doen, zodat  je nog meer Nederlands met mij kan blijven leren. And if you haven't subscribed yet, you can do so now, so you can keep learning even more Dutch with me.

Ik wens jullie allemaal een heel mooie dag  en tot heel snel in de volgende video! Doei! I wish you all a very nice day and see you very soon in the next video! Bye!