×

We use cookies to help make LingQ better. By visiting the site, you agree to our cookie policy.

image

HET LATE LEVEN [part 1], Hoofdstuk 11

Hoofdstuk 11

Het was eenige dagen daarna, toen op een middag, laat, Brauws aanbelde. Constance zag hem door het hoekraam van den salon, waar zij zat, aankomen, en toen zij de bel hoorde overgaan, voelde zij al een schok van angst. Zij was bang, zij wist niet waarom, en angstig luisterde zij naar zijn zware stem in de gang.

- Is meneer thuis?

- Neen meneer...

- Is mevrouw misschien thuis?

- Ja meneer, mevrouw is thuis. Ik zal even vragen...

Truitje kwam binnen.

- Meneer Brauws...

- Laat meneer binnen...

Zij voelde haar hart nog kloppen van dien vreemden, onbegrijpelijken schok van angst. En het was, meende zij, om alleen te zijn met dien vreemden man, die een werkman was geweest in Amerika, en die zoo ruw, soms, in eens, iets zeggen kon.

Zij begroetten elkaâr.

- Henri is uit, zeide zij. Maar gaat u zitten. Ik heb in den courant gezien, u spreekt morgen te Arnhem. - Ja mevrouw, maar het is niet om over mijn conferenties te praten, dat ik kom. Ik kom u heel nederig mijn excuzes maken.

- Waarom?

- Mevrouw, ik ben een beer. Ik weet niet te spreken. Vergeef me... wat ik verleden gezegd heb.

- Maar wat heeft u gezegd...

- Juist niets... op uw vriendelijken aandrang... dan lompheden...

- Ik hecht niet aan titels, zeide zij snel.

Zij zeide dat zoo in eens, spontaanweg, dat het haarzelve verbaasde, en zij zich eene seconde afvroeg: waarom zeg ik dat... en is het waar, nu... of is het niet waar... En zij wist het zelve niet.

- U misschien niet... maar Hans wel... Maar vooral ben ik lomp geweest, omdat ik niet op uw vriendelijk, vriendschappelijk verzoek ben ingegaan, en over mijn leven gesproken heb.

- Maar u zoû dat immers doen, als we elkaâr beter kenden.

- Men kent elkaâr nooit goed, zeide hij. Maar toch...

- Wat?

- Ik weet het niet... Màg ik u zoo nu en dan van mij vertellen? Misschien, dat het u niet zóó interesseert als u het laat voorkomen, uit beleefdheid... maar als ik het gedaan heb... zal ik mij verlucht voelen... Mijn God, wat zijn woorden moeilijk!

- En u spreekt uren lang...

- Dat is iets anders... Dan spreekt een ander... in mij. Als ikzelf spreek in het dagelijksche leven... zijn woorden mij moeilijk.

- Doe u dan geen geweld aan, en vertel mij... langzamerhand.

- Zeg mij: wat dacht Addy?

- Hij was teleurgesteld, maar hij heeft niet veel gezegd.

- Hij is een ernstig kind? Zeg mij, hoe hij is...

Zij gevoelde geen angst meer, en sprak over Addy. Hij lachte, zacht vriendelijk, om haar telkens uitstralenden trots.

- Ik was ook een ernstig kind, zeide hij.

En zij begreep, dat hij zich geweld aandeed, om over zichzelven te praten.

- Ik was een vreemd kind. Achter ons huis was een dennebosch met heuvels, en daar achter een kleine rivier... Dagen lang zwierf ik in die bosschen, over de heuvels en was ik bij die rivier... Zij misten mij dan thuis, en zochten mij, en vonden mij... Maar langzamerhand waren zij niet meer bang, omdat zij begrepen, dat ik speelde... Ik speelde in mijzelve... een eenzaam, ernstig kind... Ik speelde woudlooper en roover, en mijn spel was toch heel ernstig... Niet als van een kind... Ik word nog ontroerd... als ik aan dien vreemden kindertijd denk... Ik speelde daar in die bosschen... en aan die rivier - in Holland... maar soms verbeeldde ik mij, dat ik roover en woudlooper speelde in Amerika, in tropische landen... En voor mijn kinderverbeelding veranderde de Hollandsche natuur... werd het de bruischende rivier met groote blokken steenen, waarvan het water schuimende neêrviel, en met heel dicht tropisch gebladerte, zooals ik gezien had op platen, en er bloeiden aan de reusachtige boomen, groote bloemen, witte en roode... Dan veranderde mijn fantazie, en ik was geen roover meer, en geen woudlooper... maar ik werd een Oostersche prins... Ik weet niet waarom in mij - een geheel Hollandsch kind - zoo vreemd het Oosten, iets van de tropen, daar op die denneheuvels, en bij dat kleine riviertje begon op te droomen... Sedert was het altijd zoo: het tropische landschap, de kokoswaaiers, de breede banaanblâren, en de groote bloemen, de witte en de roode... en dan dacht ik dikwijls: nu wil ik haar zoeken... Wie ik zoeken wilde, wist ik niet, maar dan liep ik de heuvels af, en zwierf langs het riviertje en zocht en zocht... en mijn zoeken naar ‘haar' werd fantastisch: ik zocht, Oostersche prins, naar een fee, naar een prinses... ik weet nu niet meer... Het scheen mij... of zij daar verder uit voor mij liep, heel blank en teêrtjes... een kindje, als ik een kind; een meisje, als ik een jongen, in het wit en met de bloemen versierd, de witte, de roode... En mijn zoeken naar de prinses, naar de fee, naar het blanke en teêre meisje werd zoo intens, dat ik soms haar dacht gevonden te hebben... dat ik haar vond in mijn verbeelding... en dan sprak ik met haar... als in een droom... Tot dat... tot dat ik wakker werd uit mijn wakenden droom, en bedacht, dat ik uren lang gedwaald had van huis, dat mijn moeder ongerust zoû zijn, dat ik er uitzag ontoonbaar als een vieze straatjongen... dat ik niets had gedaan dan gedroomd, dat er geen witte of roode bloemen om mij heen waren... en dan huilde ik, jongen van dertien jaren al, hartstochtelijk of ik gek zoû worden... En dat alles heb ik nooit aan iemand verteld, maar ik vertel het u... om u te vragen: zoo is Addy niet, niet waar? en wat verschillen kinderen toch op dien leeftijd.

Zij zat bleek op haar stoel en kon niet praten.

- Mijn ouders wisten niet, dat ik zoo was, en ik vertelde van mijn vreemde fantazieën niets, aan niemand... Ik ging onderwijl naar school, en was er een schooljongen als ieder ander. Ik was wreed tegen dieren, gemeen met andere jongens, onderwijl, en alleen in die vrije uren... dwaalde ik en droomde ik... en als ik nu zie uw jongen - die is als een kleine man - denk ik soms: hoe is het mogelijk, dat hij zóó is, en ik zóó was,... op dien zelfden leeftijd...

Zij poogde te glimlachen.

- Nu ziet u, zeide hij; LANGZAMERHAND zal ik u misschien wat van mijn leven kunnen vertellen, als u dat ten minste interesseert...

Het scheen of zijn eerste bekentenis hem inderdaad een meerdere gemakkelijkheid had gegeven, want als van zelf vertelde hij nu: hoe hij, een paar jaar ouder, die fantazieën van zich had afgeschud als kinderspel, zich ernstig aan allerlei studie had gewijd tot hij op de Akademie gekomen was, waar hij niet alleen in de rechten studeerde, maar er onder door eigenlijk alle andere faculteiten bij nam, terwijl hij zich tevens door alle wetenschap voelde aangetrokken.

- Ik leerde gemakkelijk, en ik las vlug, ik onthield alles, en het was in mij als een koorts om alles te weten op de wereld, om alles te kennen, wat er geweten en geleerd kan worden. Dat ik daarna reisde, spreekt bijna van zelve. En toen...

Het was op dit oogenblik, dat Van der Welcke binnenkwam. Hij was eerst verwonderd, bijna geërgerd Brauws te zien, maar zijn warme vriendschap kwam boven.

- Zoo, anarchist! groette hij; ben je daar?

Maar het was al heel laat; Addy kwam binnen; het was zoo etenstijd.

Brauws nam afscheid, en beloofde Van der Welcke weêr eens te komen halen met een ‘kachel', en dat maakte bij Van der Welcke alles goed.

Learn languages from TV shows, movies, news, articles and more! Try LingQ for FREE

Hoofdstuk 11 Chapter Chapter 11

Het was eenige dagen daarna, toen op een middag, laat, Brauws aanbelde. |||||||||||anklopfte It|was|few|days|later|when|on|a|afternoon|late|Brauws|rang the doorbell It was a few days later, when one afternoon, late, Brauws rang the doorbell. Constance zag hem door het hoekraam van den salon, waar zij zat, aankomen, en toen zij de bel hoorde overgaan, voelde zij al een schok van angst. |||||Eckfenster||||||||||||||||||||| Constance|saw|him|through|the|corner window|of|the|parlor|where|she|was sitting|arrive|and|when|she|the|bell|heard|ring|felt|she|already|a|shock|of|fear Constance saw him approaching through the corner window of the living room, where she was sitting, and when she heard the bell ring, she felt a jolt of fear. Zij was bang, zij wist niet waarom, en angstig luisterde zij naar zijn zware stem in de gang. She|was|afraid|she|knew|not|why|and|anxiously|listened|she|to|his|heavy|voice|in|the|hallway She was scared, she didn't know why, and anxiously she listened to his heavy voice in the hallway.

- Is meneer thuis? Is|Mr|home - Is the gentleman home?

- Neen meneer... No|sir - No, sir...

- Is mevrouw misschien thuis? Is|Mrs|perhaps|home - Is the lady perhaps home?

- Ja meneer, mevrouw is thuis. Yes|sir|madam|is|home - Yes, sir, the lady is home. Ik zal even vragen... I|will|just|ask I will ask for a moment...

Truitje kwam binnen. Truitje|came|inside Truitje came in.

- Meneer Brauws... Mr|Brauws - Mr. Brauws...

- Laat meneer binnen... Let|sir|in - Let Mr. in...

Zij voelde haar hart nog kloppen van dien vreemden, onbegrijpelijken schok van angst. She|felt|her|heart|still|beating|from|that|strange|incomprehensible|shock|of|fear She felt her heart still beating from that strange, incomprehensible shock of fear. En het was, meende zij, om alleen te zijn met dien vreemden man, die een werkman was geweest in Amerika, en die zoo ruw, soms, in eens, iets zeggen kon. And|it|was|believed|she|to|alone|to|be|with|that|strange|man|who|a|laborer|had been|been|in|America|and|who|so|rude|sometimes|in|once|something|to say|could And it was, she believed, to be alone with that strange man, who had been a worker in America, and who could sometimes, all of a sudden, say something so rough.

Zij begroetten elkaâr. |begrüßten| They|greeted|each other They greeted each other.

- Henri is uit, zeide zij. Henri|is|out|said|she - Henri is out, she said. Maar gaat u zitten. But|you go|you|sit But please have a seat. Ik heb in den courant gezien, u spreekt morgen te Arnhem. I|have|in|the|newspaper|seen|you|speak|tomorrow|in|Arnhem I saw in the newspaper that you are speaking in Arnhem tomorrow. - Ja mevrouw, maar het is niet om over mijn conferenties te praten, dat ik kom. Yes|madam|but|it|is|not|to|about|my|conferences|to|talk|that|I|come - Yes madam, but I did not come to talk about my conferences. Ik kom u heel nederig mijn excuzes maken. I|come|you|very|humbly|my|excuses|to make I have come to humbly apologize to you.

- Waarom? Why - Why?

- Mevrouw, ik ben een beer. Madam|I|am|a|bear - Ma'am, I am a bear. Ik weet niet te spreken. I|know|not|to|speak I do not know how to speak. Vergeef me... wat ik verleden gezegd heb. ||||vergangen|| forgive|me|what|I|past|said|have Forgive me... for what I said in the past.

- Maar wat heeft u gezegd... But|what|have|you|said - But what did you say...

- Juist niets... op uw vriendelijken aandrang... dan lompheden... |||||||Unhöflichkeiten Just|nothing|on|your|friendly|urging|then|rudeness - Just nothing... in response to your friendly insistence... then rudeness...

- Ik hecht niet aan titels, zeide zij snel. I|attach|not|to|titles|said|she|quickly - I don't care about titles, she said quickly.

Zij zeide dat zoo in eens, spontaanweg, dat het haarzelve verbaasde, en zij zich eene seconde afvroeg: waarom zeg ik dat... en is het waar, nu... of is het niet waar... En zij wist het zelve niet. ||||||spontan heraus|||||||||||||||||||||||||||||| She|said|that|so|in|once|spontaneously|that|it|herself|surprised|and|she|herself|a|second|wondered|why|say|I|that|and|is|it|true|now|or|is|it|not|true|and|she|knew|it|herself|not She said that so suddenly, spontaneously, that it surprised herself, and for a second she wondered: why am I saying that... and is it true, now... or is it not true... And she didn't know herself.

- U misschien niet... maar Hans wel... Maar vooral ben ik lomp geweest, omdat ik niet op uw vriendelijk, vriendschappelijk verzoek ben ingegaan, en over mijn leven gesproken heb. You|maybe|not|but|Hans|yes|But|especially|have|I|rude|been|because|I|not|on|your|friendly|friendly|request|have|responded|and|about|my|life|spoken|have - You may not... but Hans does... But above all, I have been rude because I did not respond to your kind, friendly request and spoke about my life.

- Maar u zoû dat immers doen, als we elkaâr beter kenden. But|you|would|that|surely|do|if|we|each other|better|knew - But you would do that if we knew each other better.

- Men kent elkaâr nooit goed, zeide hij. One|knows|each other|never|well|said|he - One never really knows each other, he said. Maar toch... But|still But still...

- Wat? What - What?

- Ik weet het niet... Màg ik u zoo nu       en dan van mij vertellen? I|know|it|not|May|I|you|so|now|and|then|about|me|tell - I don't know... May I tell you about myself now and then? Misschien, dat het u niet zóó interesseert als u het laat voorkomen, uit beleefdheid... maar als ik het gedaan heb... zal ik mij verlucht voelen... Mijn God, wat zijn woorden moeilijk! |||||||||||||||||||||||erleichtert|||||||schwierig Maybe|that|it|you|not|so|interests|as|you|it|lets|appear|out|politeness|but|when|I|it|done|have|will|I|myself|relieved|feel|My|God|how|are|words|difficult Maybe you don't find it that interesting as you pretend, out of politeness... but once I've done it... I will feel relieved... My God, words are so difficult!

- En u spreekt uren lang... And|you|speaks|hours|long - And you talk for hours...

- Dat is iets anders... Dan spreekt een ander... in mij. That|is|something|different|Then|speaks|another|other|in|me - That is something different... Then another speaks... within me. Als ikzelf spreek in het dagelijksche leven... zijn woorden mij moeilijk. If|I myself|speak|in|the|daily|life|are|words|me|difficult When I speak myself in daily life... words are difficult for me.

- Doe u dan geen geweld aan, en vertel mij... langzamerhand. Do|you|then|no|violence|to|and|tell|me|slowly - Do not do violence to yourself, and tell me... gradually.

- Zeg mij: wat dacht Addy? Say|to me|what|thought|Addy - Tell me: what did Addy think?

- Hij was teleurgesteld, maar hij heeft niet veel gezegd. ||enttäuscht|||||| He|was|disappointed|but|he|has|not|much|said - He was disappointed, but he didn't say much.

- Hij is een ernstig kind? He|is|a|serious|child - Is he a serious child? Zeg mij, hoe hij is... Say|to me|how|he|is Tell me, what is he like...

Zij gevoelde geen angst meer, en sprak over Addy. She|felt|no|fear|more|and|spoke|about|Addy She felt no fear anymore, and spoke about Addy. Hij lachte, zacht vriendelijk, om haar telkens uitstralenden trots. |||||||ausstrahlenden|Stolz He|laughed|softly|kindly|at|her|every time|radiating|pride He laughed, softly and kindly, at her constantly radiating pride.

- Ik was ook een ernstig kind, zeide hij. I|was|also|a|serious|child|said|he - I was also a serious child, he said.

En zij begreep, dat hij zich geweld aandeed, om over zichzelven te praten. And|she|understood|that|he|himself|violence|inflicted|in order to|about|himself|to|talk And she understood that he was forcing himself to talk about himself.

- Ik was een vreemd kind. I|was|a|strange|child - I was a strange child. Achter ons huis was een dennebosch met heuvels, en daar achter een kleine rivier... Dagen lang zwierf ik in die bosschen, over de heuvels en was ik bij die rivier... Zij misten mij dan thuis, en       zochten mij, en vonden mij... Maar langzamerhand waren zij niet meer bang, omdat zij begrepen, dat ik speelde... Ik speelde in mijzelve... een eenzaam, ernstig kind... Ik speelde woudlooper en roover, en mijn spel was toch heel ernstig... Niet als van een kind... Ik word nog ontroerd... als ik aan dien vreemden kindertijd denk... Ik speelde daar in die bosschen... en aan die rivier - in Holland... maar soms verbeeldde ik mij, dat ik roover en woudlooper speelde in Amerika, in tropische landen... En voor mijn kinderverbeelding veranderde de Hollandsche natuur... werd het de bruischende rivier met groote blokken steenen, waarvan het water schuimende neêrviel, en met heel dicht tropisch gebladerte, zooals ik gezien had op platen, en er bloeiden aan de reusachtige boomen, groote bloemen, witte en roode... Dan veranderde mijn fantazie, en ik was geen roover meer, en geen woudlooper... maar ik werd een Oostersche prins... Ik weet niet waarom in mij - een geheel Hollandsch kind - zoo vreemd het Oosten, iets van de tropen, daar op die denneheuvels, en bij dat kleine riviertje begon op te droomen... Sedert was het altijd zoo: het tropische landschap, de kokoswaaiers, de breede       banaanblâren, en de groote bloemen, de witte en de roode... en dan dacht ik dikwijls: nu wil ik haar zoeken... Wie ik zoeken wilde, wist ik niet, maar dan liep ik de heuvels af, en zwierf langs het riviertje en zocht en zocht... en mijn zoeken naar ‘haar' werd fantastisch: ik zocht, Oostersche prins, naar een fee, naar een prinses... ik weet nu niet meer... Het scheen mij... of zij daar verder uit voor mij liep, heel blank en teêrtjes... een kindje, als ik een kind; een meisje, als ik een jongen, in het wit en met de bloemen versierd, de witte, de roode... En mijn zoeken naar de prinses, naar de fee, naar het blanke en teêre meisje werd zoo intens, dat ik soms haar dacht gevonden te hebben... dat ik haar vond in mijn verbeelding... en dan sprak ik met haar... als in een droom... Tot dat... tot dat ik wakker werd uit mijn wakenden droom, en bedacht, dat ik uren lang gedwaald had van huis, dat mijn moeder ongerust zoû zijn, dat ik er uitzag ontoonbaar als een vieze straatjongen... dat ik niets had gedaan dan gedroomd, dat er geen witte of roode bloemen om mij heen waren... en dan huilde ik, jongen van dertien jaren al, hartstochtelijk of ik gek zoû worden... En dat alles heb ik nooit aan iemand       verteld, maar ik vertel het u... om u te vragen: zoo is Addy niet, niet waar? |||||der Kiefernwald|||||||||||streifte|||||||||||||||vermissten|||||||||||||||||||||||||||||||||Waldläufer||Räuber||||||||||||||||gerührt||||||Kindheit|||||||||||||||||||||||||||||||||kinderliche Fantasie||||||||rauschende||||Blöcke|||||||||||tropisch|||||||||||||||||||||||||||||||||||||östlicher|||||||||||||||||||tropischen Ländern||||die Hügel|||||Bächlein|||||seitdem|||||||||Kokosnüsse|||Bananenblätter|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||Prinz||||||||||||||||||||||||||zart|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||wachend||||||||||||||||||||||||||Straßenjunge||||||||||||||||||||||||||||leidenschaftlich||||||||||||||||||||||||||||| Behind|our|house|was|a|pine forest|with|hills|and|there|behind|a|small|river|Days|long|wandered|I|in|those|forests|over|the|hills|and|was|I|by|that|river|They|missed|me|then|home|and|searched|me|and|found|me|But|gradually|were|they|no longer|more|afraid|because|they|understood|that|I|played|I|played|in|myself|a|lonely|serious|child|I|played|wood runner|and|robber|and|my|play|was|still|very|serious|Not|like|of|a|child|I|become|still|moved|when|I|to|that|strange|childhood|think|I|played|there|in|those|forests|and|at|that|river|in|Holland|but|sometimes|imagined|I|myself|that|I|robber|and|wood runner|played|in|America|in|tropical|countries|And|for|my|child imagination|changed|the|Dutch|nature|became|it|the|rushing|river|with|large|blocks|stones|of which|it|water|foaming|fell|and|with|very|dense|tropical|foliage|as|I|seen|had|on|pictures|and|there|bloomed|on|the|gigantic|trees|large|flowers|white|and|red|Then|changed|my|fantasy|and|I|was|no longer|robber|more|and|no longer|wood runner|but|I|became|an|Eastern|prince|I|know|not|why|in|me|a|completely|Dutch|child|so|strange|the|East|something|of|the|tropics|there|on|those|pine hills|and|by|that|small|river||||dreaming||||||||||coconut palms|||banana leaves||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||fee|||||||||||||||||||||||tea||||||||||||||||||||decorated|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||<wakenden>||||||||I had wandered||||||||||||||||||street boy||||||||||||||||||||||||||||passionate||||||||||||||||||||||||||||| Behind our house was a pine forest with hills, and behind that a small river... For days I wandered in those woods, over the hills and by that river... They missed me at home, searched for me, and found me... But gradually they were no longer afraid, because they understood that I was playing... I played by myself... a lonely, serious child... I played woodsman and robber, and my play was still very serious... Not like a child's... I still get emotional... when I think of that strange childhood... I played there in those woods... and by that river - in Holland... but sometimes I imagined that I was playing robber and woodsman in America, in tropical countries... And for my childlike imagination, the Dutch nature transformed... it became the rushing river with large blocks of stone, from which the water tumbled down foaming, and with very dense tropical foliage, as I had seen in pictures, and there bloomed on the gigantic trees, large flowers, white and red... Then my fantasy changed, and I was no longer a robber, nor a woodsman... but I became an Eastern prince... I do not know why in me - a completely Dutch child - something so strange as the East, something of the tropics, began to dream there on those pine hills, and by that little river... Since then it has always been like this: the tropical landscape, the coconut palms, the broad banana leaves, and the large flowers, the white and the red... and then I often thought: now I want to search for her... Who I wanted to search for, I did not know, but then I ran down the hills, and wandered along the river and searched and searched... and my search for 'her' became fantastic: I searched, Eastern prince, for a fairy, for a princess... I no longer know... It seemed to me... as if she was walking further out for me, very fair and delicate... a child, as I was a child; a girl, as I was a boy, dressed in white and adorned with flowers, the white, the red... And my search for the princess, for the fairy, for the fair and delicate girl became so intense that I sometimes thought I had found her... that I found her in my imagination... and then I spoke with her... as in a dream... Until that... until I woke from my waking dream, and realized that I had wandered for hours from home, that my mother would be worried, that I looked unrecognizable like a dirty street boy... that I had done nothing but dream, that there were no white or red flowers around me... and then I cried, a thirteen-year-old boy, passionately as if I would go mad... And I have never told anyone all of this, but I tell it to you... to ask you: so Addy is not like that, is he? en wat verschillen kinderen toch op dien leeftijd. and|what|differ|children|so|at|that|age and how different children are at that age.

Zij zat bleek op haar stoel en kon niet praten. ||blass||||||| She|sat|pale|on|her|chair|and|could|not|talk She sat pale in her chair and could not speak.

- Mijn ouders wisten niet, dat ik zoo was, en ik vertelde van mijn vreemde fantazieën niets, aan niemand... Ik ging onderwijl naar school, en was er een schooljongen als ieder ander. ||||||||||||||Fantasien|||||||||||||||| My|parents|knew|not|that|I|so|was|and|I|told|of|my|strange|fantasies|nothing|to|nobody|I|went|meanwhile|to|school|and|was|there|a|schoolboy|like|every|other - My parents did not know that I was like this, and I told no one about my strange fantasies... In the meantime, I went to school, and was a schoolboy like any other. Ik was wreed tegen dieren, gemeen met andere jongens, onderwijl, en alleen in die vrije uren... dwaalde ik en droomde ik... en als ik nu zie uw jongen - die is als een kleine man - denk ik soms: hoe is het mogelijk, dat hij zóó is, en ik zóó was,... op dien zelfden leeftijd... ||||||||||||||||wanderte|||||||||||||||||||||||||||||||||||| I|was|cruel|to|animals|mean|to|other|boys|meanwhile|and|only|in|those|free|hours|wandered|I|and|dreamed|I|and|if|I|now|see|your|boy|he|is|like|a|little|man|think|I|sometimes|how|is|it|possible|that|he|so|is|and|I|so|was|at|that|same|age I was cruel to animals, mean to other boys, meanwhile, and only in those free hours... I wandered and dreamed... and when I see your boy now - he is like a little man - I sometimes think: how is it possible that he is like this, and I was like that,... at the same age...

Zij poogde te glimlachen. |versuchte|| She|tried|to|smile She tried to smile.

- Nu ziet u, zeide hij; LANGZAMERHAND zal ik u misschien wat van mijn leven kunnen vertellen, als u dat ten minste interesseert... Now|sees|you|said|he|gradually|will|I|you|perhaps|a little|of|my|life|can|tell|if|you|that|at|least|interests - Now you see, he said; SLOWLY I may be able to tell you something about my life, if that interests you at all...

Het scheen of zijn eerste bekentenis hem inderdaad een meerdere gemakkelijkheid had gegeven, want als van zelf vertelde hij nu: hoe hij, een paar jaar ouder, die fantazieën van zich had afgeschud als kinderspel, zich ernstig aan allerlei studie had gewijd tot hij op de Akademie gekomen was, waar hij niet alleen in de rechten studeerde, maar er onder door eigenlijk alle andere faculteiten bij nam, terwijl hij zich tevens door alle wetenschap voelde aangetrokken. ||||||||||Leichtigkeit|||||||||||||||||||||abgeschüttelt||Kinderspiel||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||| It|seemed|or|his|first|confession|him|indeed|a|greater|ease|had|given|for|as|of|self|told|he|now|how|he|a|few|years|older|those|fantasies|of|himself|had|shaken off|as|child's play|himself|seriously|to|all kinds of|study|had|devoted|until|he|at|the|Academy|arrived|was|where|he|not|only|in|the|law|studied|but|there|under|through|actually|all|other|faculties|along|took|while|he|himself|also|by|all|science|felt|attracted It seemed as if his first confession had indeed given him a bit more ease, for he now told, as if by itself: how he, a few years older, had shaken off those fantasies like child's play, had seriously dedicated himself to various studies until he arrived at the Academy, where he not only studied law, but also took on actually all other faculties, while he felt attracted to all sciences.

- Ik leerde gemakkelijk, en ik las vlug, ik onthield alles, en het was in mij als een koorts om alles te weten op de wereld, om alles te kennen, wat er geweten en geleerd kan worden. ||leicht||||||behalten||||||||||||||||||||||||||| I|learned|easily|and|I|read|quickly|I|remembered|everything|and|it|was|in|me|like|a|fever|to|everything|to|know|in|the|world|to|everything|to|know|what|there||and|learned|can|be - I learned easily, and I read quickly, I remembered everything, and it was in me like a fever to know everything in the world, to know everything that can be known and learned. Dat ik daarna reisde, spreekt bijna van zelve. That|I|afterwards|traveled|speaks|almost|of|itself That I then traveled is almost self-evident. En toen... And|then And then...

Het was op dit oogenblik, dat Van der Welcke binnenkwam. It|was|at|this|moment|that|Van|the|Welcke|entered It was at this moment that Van der Welcke entered. Hij was eerst verwonderd, bijna geërgerd Brauws te zien, maar zijn warme vriendschap kwam boven. He|was|initially|surprised|almost|annoyed|Brauws|to|see|but|his|warm|friendship|came|above He was initially surprised, almost annoyed to see Brauws, but his warm friendship came to the surface.

- Zoo, anarchist! |Anarchist Zoo|anarchist - So, anarchist! groette hij; ben je daar? greeted|he|are|you|there he greeted; are you there?

Maar het was al heel laat; Addy kwam binnen; het was zoo etenstijd. But|it|was|already|very|late|Addy|came|inside|it|was|so|mealtime But it was already very late; Addy came in; it was dinner time.

Brauws nam afscheid, en beloofde Van der Welcke weêr eens te komen halen met een ‘kachel', en dat maakte bij Van der Welcke alles goed. Brauws|took|farewell|and|promised|Van|the|Welcke|again|once|to|come|pick up|with|a|heater|and|that|made|at|Van|the|Welcke|everything|right Brauws said goodbye and promised Van der Welcke to come pick him up again with a 'stove', and that made everything right with Van der Welcke.

SENT_CWT:AFkKFwvL=17.94 PAR_TRANS:gpt-4o-mini=12.8 en:AFkKFwvL openai.2025-02-07 ai_request(all=82 err=0.00%) translation(all=65 err=0.00%) cwt(all=1232 err=20.86%)