×

We gebruiken cookies om LingQ beter te maken. Als u de website bezoekt, gaat u akkoord met onze cookiebeleid.


image

De geschiedenis van kalif ooijevaar door Oude Sprookjes, Deel 3

Deel 3

Thans kwam de ooijevaar, die boven rondgevlogen had, bij den anderen ooijevaar aan het moeras neêrstrijken, en de kalif en Mansor kwamen nieuwsgierig nader. Inderdaad verstonden zij nu het volgende gesprek:

‘Goeden morgen, vrouw Langbeen!'

‘Insgelijks, lieve vrouw Klapperbek,' antwoordde de andere ooijevaar.

‘Wilt ge eens meêproeven? Ik heb daar een lekker hagedisje.'

‘Dank je, ik heb al vijf dikke kikkers op; ik mag mij niet al te dik eten, want van middag moet ik voor de gasten van mijn papa dansen, die eene groote partij geeft,' zeide de eerste ooijevaar, en begon terstond op de allerkluchtigste manier op de wieken heen en weêr te haspelen. De Kalif en Mansor vergaten van verbazing alle voorzigtigheid, en konden zich eindelijk niet meer inhouden. Zij barstten in lagchen uit: de beide wezenlijke ooijevaars keken verschrikt op, en vlogen weg.

‘Dat was me daar eene klucht!' riep eindelijk kalif-ooijevaar.'

‘O heer!' riep Mansor echter verschrikt uit, ‘wat een ongeluk! ik ben het woord vergeten!'

‘Och jemenie joosje,' riep de kalif, ‘ik ook!' Bedenk je eens goed, hoe was het ook: Mu-muk-mum ...' Zij keerden zich naar het oosten, en bedachten zich al hun best; maar het woord wou hun maar niet meer invallen, en de kalif en Mansor waren en bleven ooijevaars.

Treurig zweefden beiden eenige dagen buiten om, en hapten nu en dan eens een kikkertje op. Eindelijk zeide de kalif: ‘Maar hoe zullen mijne onderdanen het nu maken? Gaauw, laat ons naar de stad vliegen.' Beiden verhieven zich in de lucht, kwamen in de stad, zetten zich op het dak van het paleis neder, en zagen - hoe juist de nieuwe kalif zijn plegtigen intogt hield.

‘O wee Mansor!' riep de kalif; ‘nu begrijp ik alles. Die schurk, die schobbejak, die daar nu mijne plaats inneemt, is een verwenschte toovenaar, dien ik eens liet afrossen, en die mij wraak zwoer. Wat vangen wij nu aan?'

‘Heer, laat ons naar Mecca, naar het graf van den profeet vliegen,' zeide Mansor, ‘daar vinden wij misschien hulp.'


Deel 3 Teil 3 Part 3 Parte 3

Thans kwam de ooijevaar, die boven rondgevlogen had, bij den anderen ooijevaar aan het moeras neêrstrijken, en de kalif en Mansor kwamen nieuwsgierig nader. Now the ewes, which had flown about above, came to land on the other ewes of the marsh, and the caliph and Mansor approached curiously. Şimdi, yukarıda uçmuş olan öbür, diğer koyunlarla birlikte bataklığa geldi ve halifeyle Mansor, merakla yaklaştı. Inderdaad verstonden zij nu het volgende gesprek: Indeed, they now understood the following conversation: Aslında şu anda şu konuşmayı anladılar:

‘Goeden morgen, vrouw Langbeen!' "Good morning, Lady Longleg!" "Günaydın, karısı Langbeen!"

‘Insgelijks, lieve vrouw Klapperbek,' antwoordde de andere ooijevaar. 'Likewise, dear Lady Klapperbek,' replied the other stork. "Aynı şekilde, sevgili Bayan Klapperbek," diğer boku yanıtladı.

‘Wilt ge eens meêproeven? "Would you like to taste? "Denemek ister misin? Ik heb daar een lekker hagedisje.' I have a nice lizard there.' Orada güzel bir kertenkelem var. "

‘Dank je, ik heb al vijf dikke kikkers op; ik mag mij niet al te dik eten, want van middag moet ik voor de gasten van mijn papa dansen, die eene groote partij geeft,' zeide de eerste ooijevaar, en begon terstond op de allerkluchtigste manier op de wieken heen en weêr te haspelen. "Thank you, I already have five fat frogs on; "I must not eat too fat, because this afternoon I will have to dance in front of my daddy's guests, who is giving a great party," said the first ewe, and immediately began to stumble on the sails in the most airy manner. "Teşekkür ederim, üzerinde zaten beş tane büyük kurbağa var; Çok fazla yemek yememe izin vermediğim için, öğleden sonra babamın büyük bir parti verecek olanları için dans etmek zorunda kalacağım, "dedi ilk ewer, ve hemen hemen en komik şekilde fitiller üzerine çığlık atmaya başladı. De Kalif en Mansor vergaten van verbazing alle voorzigtigheid, en konden zich eindelijk niet meer inhouden. The Caliph and Mansor forgot all caution in astonishment, and at last could not contain themselves any longer. Kalif ve Mansor tüm şaşkınlıklarını unutmuşlar, ve sonunda artık kendilerini içeremezlerdi. Zij barstten in lagchen uit: de beide wezenlijke ooijevaars keken verschrikt op, en vlogen weg. They burst into laughter: the two real storks looked up in terror, and flew away. Lagünlere doğru patladılar: iki temel kartal çok korkmuş görünüyordu ve uçup gitti.

‘Dat was me daar eene klucht!' 'That was a farce to me there!' "O benim bir saçmalıktı!" riep eindelijk kalif-ooijevaar.' Sonunda buzağı-domuzu.

‘O heer!' riep Mansor echter verschrikt uit, ‘wat een ongeluk! exclaimed Mansor, startled, however, "what an accident! diye haykırdı Mansor, dehşete kapılmış, "ne kaza! ik ben het woord vergeten!' I forgot the word! Kelimeyi unuttum! "

‘Och jemenie joosje,' riep de kalif, ‘ik ook!' "Oh yemenie boy," called the caliph, "me too!" 'Ah yemenie,' halife bağırdı, 'ben de!' Bedenk je eens goed, hoe was het ook: Mu-muk-mum ...' Zij keerden zich naar het oosten, en bedachten zich al hun best; maar het woord wou hun maar niet meer invallen, en de kalif en Mansor waren en bleven ooijevaars. Just think how it was: Mu-muk-mum ... "They turned east, and thought their best; but the word would not come to them again, and the caliph and Mansor were and remained heifers. Sadece şunu düşünün, nasıldı: Mu-muk-mum ... "Doğuya döndüler ve ellerinden gelenin en iyisini yaptdılar; ama sözcük artık onları istemiyordu ve halifeyle Mansur tehlikeler gibi kaldılar.

Treurig zweefden beiden eenige dagen buiten om, en hapten nu en dan eens een kikkertje op. Sadly both floated outside for a few days, occasionally catching a frog. Ne yazık ki, ikisi de birkaç günlüğüne dışarıda süzülüyor ve arada sırada bir kurbağa takıyorlardı. Eindelijk zeide de kalif: ‘Maar hoe zullen mijne onderdanen het nu maken? At last the caliph said, "But how will my subjects make it now? Sonunda halif şöyle dedi, "Fakat konularım şimdi nasıl yapacak? Gaauw, laat ons naar de stad vliegen.' Gaauw, şehre uçalım. " Beiden verhieven zich in de lucht, kwamen in de stad, zetten zich op het dak van het paleis neder, en zagen - hoe juist de nieuwe kalif zijn plegtigen intogt hield. Both rose in the air, entered the city, sat down on the roof of the palace, and saw how precisely the new caliph kept his perpetrators. İkisi de havada yükseldi, şehre geldi, sarayın çatısına yerleşti ve gördü - yeni halifenin faillerini nasıl tuttuğunu gördü.

‘O wee Mansor!' 'O woe is Mansor! riep de kalif; ‘nu begrijp ik alles. halif denir; "Şimdi her şeyi anlıyorum. Die schurk, die schobbejak, die daar nu mijne plaats inneemt, is een verwenschte toovenaar, dien ik eens liet afrossen, en die mij wraak zwoer. That villain, that schobbejak, who now takes my place there, is a desperate sorcerer whom I once let go, and who swore revenge. Bu kötü adam, şu an yerimi işgal eden o schobbejak, bir zamanlar izin verdiğim ve intikam almak için yemin eden bir sihirbazdır. Wat vangen wij nu aan?' What do we catch now? Şimdi ne yakalarız? "

‘Heer, laat ons naar Mecca, naar het graf van den profeet vliegen,' zeide Mansor, ‘daar vinden wij misschien hulp.' "Lord, let us fly to Mecca, to the tomb of the prophet," said Mansor, "there we may find help." “Efendimiz, Mekke'ye, peygamberin mezarına gidelim,” dedi Mansor, “Orada yardım bulabiliriz.”