×

We gebruiken cookies om LingQ beter te maken. Als u de website bezoekt, gaat u akkoord met onze cookiebeleid.


image

12. Op de markt

12. Op de markt

Op de markt - Vijf pond bananen één-vijftig!

Wie is er aan de ? Ja, ik wil bananen graag. Geeft u i kilo. - Alstublieft. Anders nog iets, mevrouw? kosten de appels? - Die groene zijn 0,80 kilo, die rode 0,70. Doet maar twee kilo groene appels. - Wilt u een tasje bij? Nee, dank u, ik een grote tas bij me. Op de is van alles te koop. De belangrijkste zijn fruit, groente, kaas en vis. Maar kunt er ook terecht voor kleren en . Zowel voor dames als voor heren. Het waarvan ze worden gemaakt, is natuurlijk vrij . - Waarom doen mensen graag hun boodschappen op markt? Ze vinden het gezellig. Op de wordt handel gedreven. De verkopers proberen met stem de aandacht van het publiek te . We kunnen nog een andere reden noemen: zijn de prijzen. Die liggen er wat . dan in de winkel. De markt is vergeleken met een winkel. En in de. van de dag gaan de prijzen van hoop producten zelfs nog verder naar beneden. andere woorden: je geld is op de meer waard dan in een winkel. Geef antwoord: 1. Doe je liever boodschappen op de markt of in de winkel? Waarom? 2. Welke producten kun je op de markt kopen? 3. Hoe trekken de verkopers de aandacht van het publiek? 4. Waarom gaan de prijzen op de markt in de loop van de dag naar beneden?

Grammatica (18) Ik heb een grote tas bij me. Heb jij een tas bij je? En u?

Hebt u een tas bij u? Hij/zij heeft een tas bij zich, Wij hebben een fiets bij ons. Hebben jullie ook een fiets bij je. Zij hebben geen fiets bij zich.


12. Op de markt

Op de markt - Vijf pond bananen één-vijftig! In the market - Five pounds of bananas one-fifty!

Wie is er aan de ? Who's on the ? Ja, ik wil bananen graag. Yes, I would like bananas. Geeft u i kilo. Gives onion kilos. - Alstublieft. Anders nog iets, mevrouw? Anything else, miss? kosten de appels? do the apples cost? - Die groene zijn 0,80 kilo, die rode 0,70. - The green ones are 0.80 kilos, the red ones are 0.70. Doet maar twee kilo groene appels. Does only two kilos of green apples. - Wilt u een tasje bij? - Do you want a bag with? Nee, dank u, ik een grote tas bij me. No, thank you, I have a large bag with me. Op de is van alles te koop. On the everything is for sale. De belangrijkste zijn fruit, groente, kaas en vis. The most important are fruit, vegetables, cheese and fish. Maar kunt er ook terecht voor kleren en . But can also go for clothes and. Zowel voor dames als voor heren. Both for ladies and gentlemen. Het waarvan ze worden gemaakt, is natuurlijk vrij . What they are made of is of course free. - Waarom doen mensen graag hun boodschappen op markt? - Why do people like to sell their groceries on the market? Ze vinden het gezellig. They like it. Op de wordt handel gedreven. On the trade is driven. De verkopers proberen met stem de aandacht van het publiek te . The sellers try to get the public's attention by voice. We kunnen nog een andere reden noemen: zijn de prijzen. We can mention another reason: are the prices. Die liggen er wat . There are some. dan in de winkel. then in the store. De markt is vergeleken met een winkel. The market has been compared to a shop. En in de. van de dag gaan de prijzen van hoop producten zelfs nog verder naar beneden. Today, the prices of heap of products go down even further. andere woorden: je geld is op de meer waard dan in een winkel. other words: your money is worth more than in a store. Geef antwoord: 1\\. Answer: 1\\\\. Doe je liever boodschappen op de markt of in de winkel? Do you prefer shopping at the market or in the store? Waarom? 2\\. Welke producten kun je op de markt kopen? What products can you buy in the market? 3\\. Hoe trekken de verkopers de aandacht van het publiek? How do the sellers attract the attention of the public? 4\\. Waarom gaan de prijzen op de markt in de loop van de dag naar beneden? Why do prices in the market go down during the day?

Grammatica (18) Ik heb een grote tas bij me. Grammar (18) I have a large bag with me. Heb jij een tas bij je? Do you have a bag with you? En u?

Hebt u een tas bij u? Do you have a bag with you? Hij/zij heeft een tas bij zich, Wij hebben een fiets bij ons. He/she has a bag with him, We have a bicycle with us. Hebben jullie ook een fiets bij je. Do you also have a bicycle with you. Zij hebben geen fiets bij zich. They don't have a bicycle with them.