Les IO Wanneer?

Wanneer? When?

(grammatica 32) 1 Welke dag is het vandaag? Hoe laat gaan de winkels dicht} Hoe lang duurt de cursus? Wanneer gaat u met vakantie? Hoe laat bent u opgestaan? What time did you get up? A que horas você se levantou? Dit soort vragen stellen we vaak. We often ask these kinds of questions. Frequentemente, fazemos esses tipos de perguntas. We willen kennelijk graag weten wanneer iets gebeurt of hoe lang iets duurt. Hieruit blijkt dat tijd een heel belangrijk element is in ons leven. This shows that time is a very important element in our lives. 5 We verdelen om die reden de tijd in bepaalde stukken: jaren, maanden, weken, dagen en minuten. 5 For that reason we divide the time into certain parts: years, months, weeks, days and minutes. Zo bestaat een jaar uit twaalf maanden en een maand uit ongeveer vier weken. - Wat voor seizoenen kent Nederland? - What seasons does the Netherlands have? Wij verdelen het jaar in vier perioden van drie maanden: de lente, de zomer, de herfst en 10 de winter. We divide the year into four three-month periods: spring, summer, autumn and winter. In juni, juli en augustus is het zomer. En in januari en februari is het winter. - Maar wat bedoelt men dan met lvoorjaaf en 'najaar'? - But what do they mean by Ivory and 'Autumn'? - Mas o que eles querem dizer com marfim e "outono"? In plaats van lente' zeggen we ook wel 'voorjaar'. Instead of spring, we also say "spring." Dat is de periode maart, april, mei. En in plaats van 'herfst' gebruiken we ook het woord 'najaar'. And instead of 'autumn' we also use the word 'autumn'. Dat seizoen begint in september en eindigt in december. That season starts in September and ends in December. 15 - Is het in het najaar warm of koud? Het wordt vooral in oktober en november wat kouder. De dagen worden korter: The days are getting shorter: