N-Les 39 een wedstrijd
een wedstrijd Daan en Bart zijn vroeg wakker.
Ze moeten vandaag voetballen.
Vanochtend spelen ze een wedstrijd Ze moeten winnen .
Daan heeft ervan gedroomd. Hoewel Daan een stuk ouder is ,spelen de broers toch in dezelfde ploeg.
Bij de jeugd tot twaalf jaar .
De wedstrijd start om tiien uur .
Het gras is nog nat . Bart staat in het doel .
Logisch want hij is vrij lang . Daan speelt normaal aan de linkerkant,langs de lijn ,
vandaag staat hij centraal.
De eerste helft spelen ze zwak.
Daan raakt de bal telkens verkeerd.
Hij rent en springt ,maar het lukt gewoon niet .
Bart is ook niet in vrom ,hij is niet scherp/
‘Je staat te slapen ,'roept Daan naar zijn broer Een speler van de andere ploeg krijgt de bal.
Hij schiet hard op het doel/
Bart pakt de bal maar laat die uit zijn handen vallen.
Een andere speler reageert vlug :een -nul/
Dan is het rust.